Dowaai
Van Wikipedia
|
|||
Postcode | 59500 | ||
Burgemeester Zittingsperiode |
Jacques Vernier 2001-2008 |
||
Coördinaten | 50°22' NB 03°04' OL | ||
Hoogtes | gemiddeld: 24 m laagste: 16 m hoogste: 38 m |
||
Oppervlakte - hectare - km² |
1688 ha 16,88 km² |
||
Bevolking - Totaal (1999) - Dichtheid |
42.796 2538/km² |
||
|
|||
Departement: | 59 Nord | ||
Arrondissement: | Dowaai | ||
Kanton: | Dowaai | ||
Bron: http://www.insee.fr/ |
Dowaai (Frans: Douai) is een stad in het noordwesten van Frankrijk (in Frans-Vlaanderen) en maakt deel uit van het departement Noord.
[bewerk] Geschiedenis
Dowaai bewaart talrijke herinneringen aan zijn militair verleden als vestingstad zoals de stadspoorten, het militair arsenaal, de kazernes en de kanonnengieterij.
Dowaai wordt voor het eerst vermeld in 930 als Duacum en was al in die tijd een residentie van de graven van Vlaanderen. De bevaarbaarheid van de Scarpe maakte het al snel tot een bloeiende stad. Met Rijsel en Orchies vormde ze de drie steden van Rijsels-Vlaanderen, het min of meer zelfstandige deel van het graafschap Vlaanderen, dat al sinds de 12e eeuw Franssprekend is. In de 13de en 14 de eeuw was ze een speelbal in de strijd tussen de Franse koningen en Vlaanderen. De streek was erg Vlaamsgezind: Tos Flamens, tos Flamens estons. Een overwinning op Lodewijk XI van Frankrijk in 1479 ligt aan de oorsprong van de Reuzenommegang, de gayants, die nog altijd bestaat.
Koning Filips II van Spanje stichtte er in 1562 een universiteit, de tweede in de Nederlanden na Leuven. Dit werd een bolwerk van de katholieke contrareformatie. Dowaai was dan ook in 1579 een van de ondertekenaars van de Unie van Atrecht om de katholieke Spaanse vorst en het katholicisme te verdedigen tegen de Nederlandse opstand.
Tijdens de Devolutieoorlog werd Dowaai op 6 juli 1667 door de troepen van Lodewijk XIV van Frankrijk ingenomen en met het Verdrag van Aken het jaar daarop werd de stad definitief Frans. Als vestingstad, versterkt door Vauban, kreeg ze een arsenaal, kazernes en een kanonnengieterij. De koning verplaatste zijn noordelijk hooggerechtshof, het Parlement van Vlaanderen, van Doornik over Kamerijk naar Dowaai. De stad is nog altijd de zetel van een beroepshof.
Tijdens de Franse Revolutie werd Dowaai de hoofdplaats van het departement Nord, maar moest die functie al snel aan Rijsel afstaan, met uitzondering van het hof van beroep. Ook de universiteit verhuisde in 1887 naar Rijsel. Tijdens de negentiende eeuw kwamen er belangrijke industrieën en in de buurt werden kolenmijnen geëxploiteerd. De beide wereldoorlogen brachten de stad zware schade toe en zetten een rem op de ontwikkeling.
[bewerk] De stad
De oude gebouwen in het centrum (belfort, kerken, herenhuizen) contrasteren nogal met de troosteloze arbeiderswijken.
In het Musée de la Chartreuse wordt het Jacobus- en Stefanusaltaarstuk uit 1540 bewaard, een groot veelluik van Jan van Scorel, dat oorspronkelijk geschilderd was voor de abdij van Marchiennes.