Giulio Andreotti
Van Wikipedia
Giulio Andreotti (Rome, 14 januari 1919) is een Italiaans politicus. De jurist Andreotti was tot de ondergang van die partij lid van de Democrazia Cristiana, de Italiaanse christen-democraten. Sinds 1945 zit hij in het Italiaanse parlement. Hij heeft aan 33 regeringen deelgenomen (van de 59 regeringen sinds 1945, per 2004), waarbij hij zeven maal minister-president was. Hij is recordhouder van de kortste en één-na-kortste ambtsperiode: 8 en 10 dagen. Hij was verder:
- 8 keer minister van defensie
- 5 keer minister van buitenlandse zaken
- 2 maal minister van financiën
- 2 maal minister van begroting
- 2 maal minister van industriële zaken
- eenmaal minister van de schatkist
- eenmaal minister van binnenlandse zaken
Tijdens zijn laatste ambtstermijn als premier werd hij in 1991 door president Francesco Cossiga tot senatore a vita (senator voor het leven) benoemd.
Inhoud |
[bewerk] Vroege politieke carrière
In het begin van zijn politieke carrière, bij het ontstaan van de Democrazia Cristiana, werkte Andreotti veel samen met Alcide De Gasperi en Aldo Moro.
[bewerk] Presidente del Consiglio
Andreotti was minister-president in de volgende kabinetten:
- 18 februari 1972 – 26 februari 1972
- 26 juni 1972 – 12 juni 1973
- 29 juli 1976 – 16 januari 1978
- 11 maart 1978 – 31 januari 1979
- 20 maart 1979 – 31 maart 1979
- 22 juli 1989 – 29 maart 1991
- 12 april 1991 – 24 april 1992
[bewerk] De ontvoering van Moro
Tijdens de zaak van de ontvoering van Aldo Moro door de Brigate Rosse (de Rode Brigades) (16 maart - 9 mei 1978) was Andreotti premier van Italië. Vreemd genoeg wilde hij, in tegenstelling tot een eerdere ontvoeringszaak, ineens niet onderhandelen met de communistische terroristen om zijn partijgenoot vrij te krijgen. Voor de Rode Brigades bleef niets anders over dan hun gijzelaar maar te doden. Op 9 mei 1978 werd Moro's lijk gevonden in de Via Caetani in Rome.
[bewerk] Contacten met de maffia
Het is opmerkelijk dat de Romein Andreotti zijn kiezersbasis niet in Latium heeft, maar op Sicilië. Dit houdt verband met de steun die Andreotti op dat eiland van de maffia krijgt.
In 1980 had Andreotti een ontmoeting met de Palermitaanse maffiabaas Stefano Bontate.
Onder andere in 1987 ontmoette hij Salvatore Riina, de toenmalige hoogste maffiabaas van de Cosa Nostra, die voor ongeveer 1000 moorden verantwoordelijk zou zijn.
Ook in de jaren '80 ontmoette hij de neven Nino en Ignazio Salvo op een banket in het Grand Hotel in Palermo. Merkwaardig van deze zaak is dat de Italiaanse kranten een foto hadden gepubliceerd die genomen is tijdens dit banket, waarop Andreotti te zien is, met aan weerszijden de neven Salvo. Hoewel half Italië de neven Salvo kent, beweerde Andreotti de beide maffiosi niet te kennen. Hij meende naar eigen zeggen van doen te hebben met de manager van het hotel. Volgens pentito Tommaso Buscetta noemden de neven Salvo Andreotti "lo zio" (de oom). Andreotti heeft ook ooit een huwelijksgeschenk gestuurd naar de dochter van Nino Salvo.
Het parlementslid Salvo Lima, vermoord op 12 maart 1992 in Palermo, gold als een belangrijke schakel tussen Andreotti en de Siciliaanse maffia. De moord op Salvo Lima was waarschijnlijk bedoeld als waarschuwing aan het adres van Andreotti dat de maffia er niet voor zou terugdeinzen om collaborerende DC-politici als hijzelf te vermoorden. Een andere reden kan zijn dat Lima en Andreotti er niet in waren geslaagd om enkele maffiabazen vrijgesproken te krijgen.
Op 19 augustus 1985 ontmoette Andreotti in Mazara del Vallo Andrea Manciaracina, de latere maffiabaas van die plaats.
[bewerk] Andere contacten
[bewerk] P2
Andreotti's naam komt ook voor op de ledenlijst van de "vrijmetselaars"-loge Propaganda Due van Licio Gelli, die plannen had om met een staatsgreep de macht te grijpen in Italië. Van Gelli ontving hij zelfs instructies.
[bewerk] Michele Sindona
Andreotti had banden met de financiële zwendelaar Michele Sindona, die verantwoordelijk is voor de grootste Italiaanse bankfraude aller tijden.
[bewerk] Vito Ciancimino
Andreotti en Vito Ciancimino, een gewezen maffiose burgemeester van Palermo, waren goede vrienden. Ciancimino's banden met Cosa Nostra werden vastgesteld bij uitspraak van de rechtbank van Palermo van 17 januari 1992.
[bewerk] Contacten met de VS
Ondanks Andreotti's twijfelachtige banden met de maffia, kon hij altijd rekenen op de steun van de Verenigde Staten, omdat zij in de DC de belangrijkste tegenstander van de communisten zagen.
[bewerk] Vervolging
In november 2002 werd Andreotti veroordeeld voor de moord op de journalist Mino Pecorelli in 1979. Pecorelli had beschuldigingen gepubliceerd dat Andreotti banden had met de Siciliaanse maffia. Hij werd veroordeeld tot 24 jaar gevangenisstraf, maar de toen 83-jarige Andreotti werd hangende een hoger beroep onmiddellijk vrijgelaten.
Op 30 oktober 2003 vernietigde het Corte d'Appello (Hof van beroep) de uitspraak en sprak het Andreotti vrij van de moord.
In datzelfde jaar werd hij op grond van verjaring ontslagen van rechtsvervolging van de beschuldiging van banden met de maffia. Door vertragingstactieken van Andreotti's advocaten was de datum van de uitspraak na de verjaringsdatum komen te liggen. Het hof kon alleen nog vaststellen dat Andreotti inderdaad sterke banden met de maffia had en deze had gebruikt voor zijn politieke carrière, en wel zo vergaand dat hij als een onderdeel van de maffia beschouwd moest worden, maar dat het feit inmiddels verjaard was. Het merendeel van het bewijs tegen Andreotti in beide zaken kwam van de pentito Tommaso Buscetta.
Opmerkelijk was de slechte berichtgeving in de Italiaanse media, die spraken van een vrijspraak, terwijl sprake was van een ontslag van rechtsvervolging. De kranten en de televisiejournaals gingen voorbij aan het feit dat het hof Andreotti schuldig achtte aan het hebben van banden met de maffia.
Bronnen en referenties: |
|
Zie ook: Lijst van Italiaanse premiers |
![]() |