Gorecht
Van Wikipedia
Het Gorecht (Gronings: t Gerecht), soms als Goorecht geschreven, is een oorspronkelijk rechtsgebied (gericht) rond de stad Groningen. Het besloeg grotendeels het gebied van de huidige gemeentes: Groningen, Haren en Hoogezand-Sappemeer. Het werd ook wel het Gerecht van Selwerd genoemd. Hoewel het oorspronkelijke dorp Groningen ook in het Gorecht lag heeft het steeds een eigen positie gehad, op de duur werd het als stad een eigen rechtsgebied.
Het gebied bestond uit twee delen: het Go, ten westen van de Hunze, en het "Drentherwold", of het Wold, ten oosten hiervan. Go heeft de algemene betekenis van gouw of landstreek, maar werd ook in de meer speciale betekenis van immuniteit gebruikt. Beide delen werden ook wel aangeduid als de hoge en de lage zijde.
Oorspronkelijk was het Gorecht een deel van Drenthe. Doordat de Frankische koningen hier echter een koningsgoed stichtten verloor het de band met Drenthe. Het voormalige koningsgoed werd waarschijnlijk in gedeeltes door de Duitse keizer geschonken aan de abdij van Werden en aan de Utrechtse bisschop en het kapittel van het bisdom. Het beheer werd overgelaten aan een prefect. De positie van de prefect werd in de loop der tijden steeds zwakker, de stad gedroeg zich steeds meer als heer over het Gorecht. In 1392 werd dit ook erkend door de toenmalige bisschop van Utrecht, Frederik van Blankenheim.
Kerkelijk was het Gorecht oorspronkelijk een parochie die onder de Sint Maartenskerk in de stad viel. Die kerk geldt dan ook als moederkerk van alle kerken in het Gorecht.
Het Gorecht bestond oorspronkelijk uit 13 kerspelen en buurtschappen. Later werden ook Selwerd en Paddepoel tot het Gorecht gerekend. De oorspronkelijke 13 kerspelen en buurtschappen in dit gebied waren:
- Engelbert
- Essen en Dilgt
- Glimmen
- Haren
- Helpen, (nu Helpman)
- Hemmen
- Kropswolde
- Middelbert
- Noorddijk
- Noordlaren
- Onnen
- Westerbroek
- Wolfsbarge
Nadat een begin werd gemaakt met de ontginning van de veengebieden ten oosten van Wolfsbarge ontstonden Hoogezand en Sappemeer. Het was de vraag of deze nieuwe gebieden tot het Oldambt of tot het Gorecht gerekend moesten worden. De stad Groningen was inmiddels heer in beide streken. Het gebied werd door de stad gerekend tot het Gorecht, maar het kreeg een eigen gerecht in Sappemeer. Niet het landrecht van Selwerd maar het landrecht van het Oldambt werd gezien als het geldende recht.