Gregory S. Paul
Van Wikipedia
Gregory S. Paul, geboren in 1954, is een Amerikaans paleontoloog en wetenschappelijk illustrator. Paul is vooral bekend door zijn vele illustraties van dinosauriërs, zowel van restauraties van skeletten als scènes van levende dieren.
[bewerk] Carrière
Paul begon zijn carrière als medewerker van Robert Bakker, de paleontoloog die in de jaren zeventig de theorie dat de dinosauriërs endotherm waren bekendheid gaf. Bakker was zelf een niet onverdienstelijk tekenaar maar hij besefte dat hij iemand van groter talent nodig had om zijn ideeën visueel uit te dragen. Die persoon vond hij in de jeugdige biologiestudent Paul die ook nog eens een vurig aanhanger van de nieuwe leer was. Paul kwam al snel tot de conclusie dat alle illustraties tot dan toe gemaakt "niet in woorden uit te drukken zo slecht" waren. Gedreven begon hij aan een project om van alle bekende vondsten voor het eerst gestandaardiseerd de skeletdelen in tekeningen af te beelden die de naar de meest recente inzichten correcte lichaamshouding weergaven. Daarna maakte hij reconstructies van het spierstelsel. Deze methode leverde genoeg gegevens op om voor het eerst ook realistische afbeeldingen van de levende dieren te maken. Hierbij koos hij voor de snelle methode van de zwart-wit-illustratie in inkt of Siberisch krijt.
[bewerk] Tekeningen
Paul publiceerde zijn eerste tekening in 1977 en al snel liet hij een vloed aan afbeeldingen op de paleontologische wereld los. Het succes was enorm. Zijn gedegen anatomische kennis stelde hem in staat om de vage opgeblazen gedrochten die zolang de pagina's onveilig hadden gemaakt, te vervangen door illustraties die de werkelijke eigenheid van iedere soort tot uitdrukking brachten. Andere kunstenaars begonnen al snel Paul's werk te imiteren: soms zelfs zijn stijl maar vrijwel altijd de weergave van zijn anatomische inzichten. Omdat zijzelf geen wetenschapper waren en Paul wel zagen ze zijn tekeningen als de te volgen wetenschappelijke norm, iets wat nog versterkt werd door zijn gewoonte om ze steeds aan te passen aan nieuwe vondsten en inzichten. Die inzichten waren vooral ook die van Bakker: Theropoda waren snelle actieve jagers met een horizontale houding; kleine soorten dinosauriërs waren bevederd; Ceratopia hadden rechte voorpoten en konden galopperen; ook de grootste Sauropoda waren nog warmbloedig en levendig.
De meerderheid van de toenmalige paleontologische wereld kon die inzichten hoogstens zeer ten dele delen, maar men bezag Paul met een zekere sympathie omdat hij zulke mooie dingen maakte. Dat veranderde enigszins toen bleek dat de kunstenaar zich ook als paleontoloog wilde betonen. Zolang dat op de academische manier ging door het publiceren van artikelen over allerlei détails gaf dat nog geen problemen. In 1987 echter schreef Paul een hoofdstuk voor Dinosaurs, Past & Present dat weliswaar de uiterlijke vorm had van een aantal richtlijnen voor het illustreren van dinosauriërs, maar in feite een met grote stelligheid uitgesproken analyse van de anatomie van de hele groep behelsde. Leidde dit al tot opgetrokken wenkbrauwen: het jaar daarop publiceerde Paul een heel boek over de Theropoda: Predatory Dinosaurs of the World. Bibliofiel was dit werk een doorslaand succes. Iedereen was erover eens dat er nog nooit zo'n prachtig boek over het onderwerp was geschreven (al was het alleen maar omdat dit de eerste keer was) en vooral geïllustreerd. Maar als wetenschappelijk werk werd het boek in de recensenties neergesabeld. De storm aan negatieve kritiek had verschillende oorzaken. Het geschrift waagde het zowel wetenschappelijk als populair-wetenschappelijk te zijn. Paul had zelfs een aantal nieuwe soorten benoemd, samen met vele andere taxa. Het vervreemdde zijn moderne vrienden door de methode van de kladistiek te verwerpen. De conservatieven bracht het tot hoongelach door iedere kleine soort met veren uit te dossen en zelfs expliciet te beweren dat een belangrijk deel van de dinosauriërs uit loopvogels bestond! Het boek was ook een commerciële flop en van het oorspronkelijke plan om ook van de andere dinosauriërgroepen een overeenkomstig deel te laten verschijnen kwam niets terecht.
[bewerk] Dinobijbel
Enigszins aangeslagen wierp Paul zich op zijn kunstzinnige arbeid. Al snel echter steeg zijn reputatie. Om te beginnen kreeg Predatory Dinosaurs of the World binnen enkele jaren de status van een cultusboek. De ware dinofan verwierf zich een tweedehands exemplaar (tot nu toe is er geen tweede druk verschenen) en "PDW" werd naast Bakkers Dinosaur Heresies een soort dinobijbel. Toen kwam in 1996 het bekendmaken van de vondst van Sinosauropteryx, de eerste Chinese dinosauriër met veren. In snel tempo volgden daarna de vondsten van bevederde dinosauriërs elkaar op. Toen National Geographic in 1998 de nu befaamde persconferentie gaf bij de opening van de tentoonstelling in Amerika over de nieuwe vormen zat "GSP" erbij om na afloop de felicitaties (en beschaamde excuses) in ontvangst te nemen. Hij was de man die het allemaal voorspeld had en nu door de feiten in het gelijk werd gesteld. Althans, wat de bevedering van dinosauriërs betreft. Het meest omstreden deel van zijn theorieën: dat de Maniraptoriformes afstamden van een vliegende voorouder of zelfs binnen Aves geplaatst moesten worden, vond nog steeds geen genade in de ogen van de paleontologische gemeenschap hoewel de plausibiliteit ervan door de vondst van Microraptor enorm was toegenomen. Om zijn denkbeelden kracht bij te zetten publiceerde Paul in 2002 een lijvig boekwerk, Dinosaurs of the Air, waarin hij een zeer geleerde en uitgebreide analyse gaf van het probleem. Het werk was vanzelfsprekend door de auteur zelf rijkelijk geïllustreerd. In hetzelfde jaar werd Paul geëerd doordat een aan Microraptor verwante vorm naar hem vernoemd werd: Cryptovolans pauli. Onder redactie van Paul is in 2000 het Scientific American Book of Dinosaurs verschenen dat een vijftal artikelen van zijn hand bevat en zeer veel van zijn illustraties waaronder afbeeldingen van skeletten van tachtig dinosauriërs.