HMAV Bounty
Van Wikipedia
HMAV Bounty was eerst een steenkool koopvaardij-schip genaamd Bethia. Het was een relatief klein schip, uitgerust met slechts vier lichte kanonnen. Toen de Britse Marine haar op 26 mei 1787 kocht werd ze hernoemt tot HMAV Bounty. HMAV staat voor His/Her Majesty’s Armed Vessel. Het werd voor een speciale missie naar Tahiti gestuurd.
Inhoud |
[bewerk] Reis
De HMAV Bounty moest daar jonge broodboompjes halen en die naar de plantages in Brits West-Indië brengen, om daar als goedkope voedselbron te dienen voor de plantage werkers. Lt. William Bligh werd als kapitein aangesteld voor de HMAV Bounty. Na een reis van 10 maanden kwam de Bounty aan op Tahiti en gedurende 5 maanden werden de broodbomen verzameld die naar de Caraïben gebracht moesten worden. Gedurende deze periode mocht een deel van de bemanning aan wal wonen om voor de planten te zorgen. Dit deed de discipline en tucht geen goed, en drie bemanningsleden deserteerden. Zij werden echter gevangengenomen en gestrafd. Churchill kreeg twee dozijn zweepslagen, Muspratt en Millward ieder vier dozijn, wat een zware straf was.
[bewerk] Muiterij
Zie Muiterij op de Bounty voor het hoofdartikel over dit onderwerp. |
Op 28 april 1789, drie weken na het vertrek uit Tahiti, leidde Fletcher Christian een muiterij tegen kapitein Bligh. Als oorzaak van de muiterij wordt vaak het tirannieke gedrag van Bligh genoemd, en dat Christian zich boos en vernederd voelde door het gedrag van kapitein Bligh. In werkelijkheid was Bligh echter erg mild, en het is dan ook waarschijnlijker dat heimwee naar het seksparadijs Tahiti de oorzaak van de muiterij was.
Er waren op dat moment 44 bemanningsleden (twee waren reeds eerder overleden). Negentien man, waaronder de kapitein, werden overboord gezet in de sloep van de Bounty. Dezen hadden natuurlijk geen deel aan de muiterij. Het is niet precies bekend wie van degenen die aan boord bleven, trouw waren aan kapitein Bligh en wie meededen aan de muiterij.
[bewerk] De reis van de sloep
Kapitein Bligh was een zeer kundig zeeman, en het is dan ook waarschijnlijk daaraan te danken dat hij zijn avontuur in de sloep tot een goed einde heeft gebracht. Met verlies van slechts één man, John Norton, die kort na de muiterij door de bewoners van een eiland werd gedood, bereikte de sloep op 15 juni de Hollandse kolonie op Timor. Bligh kocht daar een schip om naar Batavia te reizen, en van daaraf boekte hij passage op een Hollands schip om Engeland te bereiken en verslag uit te brengen.
[bewerk] De Bounty na de muiterij
Van degenen die op de Bounty achterbleven, is niet precies bekend wie een actief aandeel hadden in de muiterij. Er waren er wellicht die op het moment van de muiterij sliepen. Sommigen konden niet met de overbelaste sloep mee, en anderen moesten aan boord blijven omdat ze op het schip niet gemist konden worden.
Een jaar na de muiterij kwam de Pandora aan op Tahiti, met het doel de muiters gevangen te nemen. De gevangen die aldus terugkwamen in Engeland, werden door de krijgsraad in Portsmouth berecht, en we kunnen aannemen dat de krijgsraad de juiste conclusies heeft getrokken. Twee van de ter dood veroordeelden -een was adelborst geweest, de ander een bootsman's maat -kregen alsnog gratie van de Koning. Veel van de opvarenden zijn echter niet meer teruggekomen in Engeland, en hun zaak is nooit voor de krijgsraad gekomen.
De Bounty zette na de muiterij via Tahiti koers naar het eiland Tubuai, maar die plek werd uiteindelijk niet veilig gevonden. Het schip vertrok na 3 maanden weer naar Tahiti. Daar werden 16 man aan land gezet en Fletcher Christian vertrok met 8 bemanningsleden, 6 Tahitaanse mannen en 12 Tahitaanse vrouwen (1 met een baby).
De reden dat veel bemanningsleden ervoor kozen op Tahiti te blijven, was waarschijnlijk omdat men zich er thuis en (ten onrechte) veilig voelde. Degenen die onschuldig waren, wisten natuurlijk dat ze op Tahiti een goede kans hadden ooit weer naar Engeland terug te keren.
Van degenen die met de Bounty wegvoeren, kan worden aangenomen dat ze daarmee schuld bekenden, maar wellicht rekenden ze ook op een kans om het schip weer terug te veroveren of achtten ze het als hun plicht het schip trouw te blijven.
Uiteindelijk belandde het schip op Pitcairn. Omdat het schip niet verborgen kon worden, werd de Bounty leeggehaald, gesloopt en ten slotte verbrand in wat nu Bounty Bay heet. Het schip ligt daar nog steeds onder water. De bel van het schip hangt nu bij het dorpsplein van Adamstown. Ook het anker is hier te vinden.
Op Pitcairn hadden de muiters echter weinig rust. Door onderlinge twisten verloren de meeste mannen al spoedig het leven. Toen het eiland na 18 jaar werd ontdekt, was nog slechts één man, John Adams, in leven. De nakomelingen van de muiters wonen daar nog steeds.
[bewerk] De anderen
Van de 16 man die op Tahiti werden afgezet werden er 14 in het jaar 1791 opgepakt door de HMS Pandora die achter de muiters van de HMAV Bounty was aangestuurd door de Britse admiraliteit. De Pandora verging op de terugweg bij Torres Straight. De mannen die dit avontuur overleefden, werden in Engeland voor de krijgsraad gebracht. Drie van hen, Burkett, Ellison en Millward, werden op 29 oktober 1792 ter dood gebracht.
[bewerk] Lijst van opvarenden
Een lijst van opvarenden is hier te vinden.
[bewerk] Eigenschappen
- Gewicht: 215 ton111
- Lengte 27,5 meter
- Boegspriet 7,3 meter
[bewerk] Zie ook
- Muiterij op de Bounty
- Bounty eilanden, een eilandengroep die naar het schip is vernoemd.