Mensaap
Van Wikipedia
Mensaap is een gemeenschappelijke, doch parafyletische naam voor een groep dieren uit de orde der primaten. De term wordt gebruikt voor de primaten die het nauwst verwant zijn aan de mens. In de ruimere zin van het woord kan de mens inbegrepen worden bij de mensapen, samen worden ze ingedeeld in de superfamilie Hominoidea.
De mensapen worden tegenwoordig ingedeeld in twee families:
- De familie der Hylobatidae bestaat uit 12 gibbon-soorten, met inbegrip van de withandgibbon en de siamang, ook wel de kleine mensapen genoemd
- De familie der Hominidae welke bestaat uit gorilla's, chimpansees en bonobo's, orang-oetans, ook wel de grote mensapen genoemd. Tot deze familie worden ook de mensen gerekend.
In vroegere definities werd de mensaap omschreven als een staartloze (en daarom bijzonder menselijk) primaat, maar naarmate de taxonomische kennis vorderde werd het duidelijk dat staartloosheid een eigenschap was die bij een aantal verschillende en niet verwante soorten voorkwam, als de berberaap.
De familie die alle grote mensapen omvat stond in het verleden bekend als Pongidae, waaruit mensen (en fossiele hominiden) werden weggelaten. Op gronden van verwantschap is er echter geen argument om dit te doen. De chimpansees, de gorilla's, de mensen en de orang-oetans zijn ieder dichter aan elkaar verwant dan om het even welk van deze vier groepen aan gibbons en siamangs zijn. Desondanks wordt de term "hominide" nog onterecht gebruikt in de specifieke betekenis van uitgestorven primaten die dichter bij de mensen staan dan bij de andere mensapen (bijvoorbeeld Australopithecus). Het is nu gebruikelijker om de onderfamilie Homininae te gebruiken om de hominiden, in deze smalle betekenis, van de bestaande niet-menselijke leden van de familie der Hominidae te scheiden.
Huidig bewijsmateriaal impliceert dat de mensen gemeenschappelijke, uitgestorven, voorvader met de chimpansee/bonobolijn delen, waar wij meer recentelijk van afscheiden zijn dan de gorillalijn. Alle levende leden van Hylobatidae en Hominidae zijn staartloos, en de mensen kunnen daarom nauwkeurig als tweevoetige apen worden omschreven. Nochtans zijn er ook primaten in andere families welke staartloos zijn.
Zowel de grote mensapen als de kleinere mensapen vallen binnen de klade Catarrhini ("smalneusapen"), die ook de apen van de Oude Wereld omvat. Binnen deze groep kunnen beide families van mensapen van deze apen worden onderscheiden aan de hand van het aantal bobbeltjes op hun kiezen (de mensapen hebben er vijf - het "Y-5" kiespatroon, de Oude Wereldapen hebben er slechts vier in een "bilophodont" patroon). Mensapen hebben mobielere schouderverbindingen en armen en een minder beweegbare ruggengraat in vergelijking met de apen van de Oude Wereld. Dit zijn allen anatomische aanpassingen aan verticaal hangen en slingeren. De splitsing van de Catarrhini in apen en mensapen voltrok zich waarschijnlijk in het Mioceen met de ontwikkeling van de eerste mensaap Pierolapithecus.
Behalve gorilla's en mensen zijn alle mensapen behendige bomenklimmers. Zij worden het best beschreven als omnivoor, hun dieet bestaat uit fruit, graszaden, en in de meeste gevallen kleine hoeveelheden vlees (hetzij gejaagd of geaasd), aangevuld met overig voedsel dat gemakkelijk wordt verteerd. Ze zijn inheems in Afrika en Azië.
De meeste mensaapsoorten zijn zeldzaam of met uitsterven bedreigd. De belangrijkste bedreiging voor de meeste mensaapsoorten is verlies van leefomgeving in het tropisch regenwoud, hoewel sommige populaties eerder in gevaar worden gebracht door de jacht op woudvlees (bushmeat).
[bewerk] Culturele aspecten
De intelligentie en de menselijke verschijning van mensapen zijn de oorzaak van legenden die hun menselijke kwaliteiten toeschrijven; er wordt bijvoorbeeld soms gezegd dat mensapen kunnen spreken maar dit uit luiheid weigeren. Er wordt ook wel eens gezegd dat zij het resultaat van een vloek zijn - een Joodse folklore claimt dat een van de rassen die de Toren van Babel bouwde als straf aap werd, terwijl moslimfolkore vertelt dat de joden (Elath) aap werden als straf voor het vissen op de Sabbat. De christelijke folklore beweert weer dat de apen als een symbool van verlangen door Satan zijn gecreëerd als antwoord op het scheppen van de mensen door God. Het is niet duidelijk of een van deze verwijzingen specifiek op de mensapen slaat, gezien allen uit een tijd dateren waarin het onderscheid tussen apen en mensapen nog niet algemeen bekend was.