Olympische Winterspelen 2006/Biatlon
Van Wikipedia
Het biatlon op de Olympische Winterspelen 2006 bestaat uit het volgende programma:
Datum | Onderdeel |
---|---|
11 februari | 20 km individueel Mannen |
13 februari | 15 km individueel Vrouwen |
14 februari | 10 km sprint Mannen |
16 februari | 7,5 km sprint Vrouwen |
18 februari | 10 km achtervolging Vrouwen
12,5 km achtervolging Mannen |
21 februari | 4 x 7,5 km estafette Mannen |
23 februari | 4 x 6 km estafette Vrouwen |
25 februari | 12,5 km massastart Vrouwen
15 km massastart Mannen |
Inhoud |
[bewerk] Mannen
[bewerk] 20 kilometer Individueel
Titelverdediger | Ole Einar Bjørndalen | Noorwegen |
---|
De eerste medailles tijdens de Olympische Winterspelen 2006 werden verdiend op de 20 kilometer individueel in het biatlon. Om en om vertrokken de biatleten om te beginnen aan hun Olympisch avontuur. Aanvankelijk ging de Duitser Ricco Gross het best van start. Hij miste in de eerste twee schietrondes geen enkele schijf en was tevens snel op de latten en nam daarmee de leiding in handen.
Titelverdediger en favoriet Ole Einar Bjørndalen miste zowel bij de eerste als bij de tweede schietbeurt zijn laatste schot en kwam daarmee op een flinke achterstand door. De foutloze Michael Greis, nam de leiding in handen en na verloop van tijd kwam plotseling uit het niets de Slowaak Marek Matiaško als derde door na de tweede schietbeurt. Nadat Gross in de fout was gegaan bij de derde ronde nam Matiaško de leiding zelfs in handen.
De andere favoriet Raphaël Poirée miste veel schijven in de schietrondes en was daarmee kansloos voor een topnotering. Ook Halvard Hanevold en Sergei Tchepikov die beiden laat gestart waren kwamen met goede tijden door en streden mee voor de medailles. De snelle langlaufer Bjørndalen bleef foutloos in de derde en vierde schietbeurt, terwijl Greis één fout maakte.
In de eindsprint wist Bjørndalen zijn achterstand terug te brengen tot 16 seconden, maar moest hij wel genoegen nemen met het zilver. Marek Matiaško leek de bronzen medaille te pakken, totdat de eindsprints ingezet door Sergei Tchepikov en Halvard Hanevold een snellere tijd opleverden. Hanevold wist de spannende strijd om het brons te winnen met slechts 0,8 seconden voorsprong.
rang | naam | land | tijd |
---|---|---|---|
Michael Greis | Duitsland | 54:23.0 | |
Ole Einar Bjørndalen | Noorwegen | + 16.0 | |
Halvard Hanevold | Noorwegen | + 1:08.9 | |
4 | Sergei Tchepikov | Rusland | + 1:09.7 |
5 | Marek Matiaško | Slowakije | + 1:25.6 |
6 | Julien Robert | Frankrijk | + 1:36.4 |
7 | Christian De Lorenzi | Italië | + 1:41.0 |
8 | Ivan Tcherezov | Rusland | + 1:42.7 |
9 | Wilfried Pallhuber | Italië | + 1:45.4 |
10 | Jay Hakkinen | Verenigde Staten | + 1:47.9 |
11 | Ricco Gross | Duitsland | + 1:51.3 |
12 | Paavo Puurunen | Finland | + 2:15.9 |
13 | Pavel Rostovtsev | Rusland | + 2:24.2 |
14 | Kyoji Suga | Japan | + 2:34.7 |
15 | Frode Andresen | Noorwegen | + 2:47.2 |
[bewerk] 10 kilometer Sprint
Titelverdediger | Ole Einar Bjørndalen | Noorwegen |
---|
In de sprint waren er veel favorieten. De wedstrijd was daarmee spannend en lang niet alle favorieten konden de druk aan. Een enkele schietfout was vaak al fataal en met twee schietfouten was men al meteen kansloos voor eremetaal omdat er per misser een strafronde gelopen diende te worden.
Olympisch kampioen op de individuele afstand Michael Greis maakte al bij zijn eerste schietbeurt twee fouten. Ole Einar Bjørndalen had er één bij de eerste en twee bij de tweede schietbeurt. Ook mannen als Ricco Gross, Raphaël Poirée en Alexander Wolf faalden en kwamen niet op het podium terecht.
Twee mannen bleven geheel foutloos en eisten dan ook de eerste twee plaatsen voor zich op. Het beste langlaufwerk kwam van Sven Fischer die daarmee het goud wegkaapte voor Halvard Hanevold. De zilveren medaille van Hanevold was zijn tweede op deze Olympische Spelen. De in Rotterdam geboren Noor Frode Andresen ging éénmaal in de fout, maar bleek de beste langlaufer van alle biatleten die één misser maakten, wat goed genoeg was voor het brons.
rang | naam | land | tijd |
---|---|---|---|
Sven Fischer | Duitsland | 26:11.6 | |
Halvard Hanevold | Noorwegen | + 8.2 | |
Frode Andresen | Noorwegen | + 19.7 | |
4 | Wolfgang Perner | Oostenrijk | + 40.0 |
5 | Vincent Defrasne | Frankrijk | + 42.6 |
6 | Ivan Tcherezov | Rusland | + 57.4 |
7 | Ricco Gross | Duitsland | + 1:03.5 |
8 | Mattias Jr. Nilsson | Zweden | + 1:06.9 |
9 | Raphaël Poirée | Frankrijk | + 1:07.4 |
10 | Maxim Tchoudov | Rusland | + 1:08.9 |
11 | Zdeněk Vítek | Tsjechië | + 1:12.8 |
12 | Ole Einar Bjørndalen | Noorwegen | + 1:13.9 |
13 | Ilmars Bricis | Letland | + 1:15.3 |
14 | Björn Ferry | Zweden | + 1:19.5 |
15 | Alexander Wolf | Duitsland | + 1:22.9 |
[bewerk] 12,5 kilometer Achtervolging
Titelverdediger | Ole Einar Bjørndalen | Noorwegen |
---|
Bij de achtervolging kwamen de beste 60 deelnemers van de tien kilometer sprint opnieuw aan de start. De winnaar, de Duitser Sven Fischer mocht als eerste van start en kreeg dezelfde voorsprong die hij had in de sprint van 8.2 secondes op de nummer twee, de Noor Halvard Hanevold, hierna mocht de nummer drie van start en zo voort.
De Noorse titel verdediger Ole Einar Bjørndalen was vooraf een van de favorieten, met vijf gouden medailles tot dan toe was hij op jacht naar de het record van Bjorn Daehlie, zijn landgenoot die bij het langlaufen in totaal acht Olympische titels had gewonnen.
Bjørndalen kwam als eerste het laatste rechte stuk in het stadion op, hij werd op 1,8 seconde gevolgd door de Franse soldaat Vincent Defrasne. Met een laatste krachtsinspanning wist Defrasne alsnog voorbij de Noor te komen. Het uiteindelijke verschil was 2,7 seconde in het voordeel van Defrasne.
Het brons ging uiteindelijk naar Fischer die als eerste was gestart.
rang | naam | land | tijd |
---|---|---|---|
Vincent Defrasne | Frankrijk | 35:20.2 | |
Ole Einar Bjørndalen | Noorwegen | + 2.7 | |
Sven Fischer | Duitsland | + 15.6 | |
4 | Ilmars Bricis | Letland | + 26.7 |
5 | Halvard Hanevold | Noorwegen | + 37.5 |
6 | Frode Andresen | Noorwegen | + 56.7 |
7 | Christoph Sumann | Oostenrijk | + 1:19.5 |
8 | Michael Greis | Duitsland | + 1:19.7 |
9 | Maxim Tchoudov | Rusland | + 1:21.2 |
10 | Julien Robert | Frankrijk | + 1:55.7 |
11 | Nikolay Kruglov | Rusland | + 1:58.7 |
12 | Ricco Gross | Duitsland | + 2:03.3 |
13 | René Laurent Vuillermoz | Italië | + 2:07.1 |
14 | Christian De Lorenzi | Italië | + 2:08.3 |
15 | Ivan Tcherezov | Rusland | + 2:09.5 |
[bewerk] 15 kilometer Massastart
Titelverdediger | geen, nieuw op programma |
---|
De 15 kilometer met massastart stond voor het eerst op het Olympische programma. Het vond plaats op de laatste zaterdag van de Spelen. Bij dit onderdeel starten de beste 30 atleten van de voorgaande onderdelen allemaal tegelijk voor een race over vijf ronden van drie kilometer. Na de eerste vier ronde moest er steeds vijf keer geschoten worden. Na de eerste twee rondes liggend en vervolgens nog twee maal staand. Voor elk gemiste schot moesten de deelnemers een strafrondje van 150 meter lopen.
Voor de grootte held van de vorige spelen, de Noor Ole Einar Bjørndalen was dit onderdeel zijn laatste kans om nog een gouden medaille toe te voegen aan de vier gouden plakken die hij won tijdens de Spelen in Salt Lake City.
Tot de laatste schiet beurt lag Bjørndalen samen met de Pool Tomasz Sikora op kop, op enige afstand werd dit tweetal gevold door de Duitser Michael Greis. Bjørndalen miste echter tweemaal en moest dus twee extra rondjes lopen. Omdat de Sikora ook eenmaal miste kon Greis weer aansluiten. Vlak voor de finish plaatste de Duitser de beslissende versnelling, voldoende om zijn derde gouden medaille in ontvangst te nemen. Bjørndalen kon op het laatste stuk langlaufen nog wel een deel van zijn achterstand goed maken, maar moest toch het zilver laten aan Sikora.
rang | naam | land | tijd |
---|---|---|---|
Michael Greis | Duitsland | 47:20.0 | |
Tomasz Sikora | Polen | + 6.3 | |
Ole Einar Bjørndalen | Noorwegen | + 12.3 | |
4 | Paavo Puurunen | Finland | + 23.7 |
5 | Sergei Tchepikov | Rusland | + 39.1 |
6 | Emil Hegle Svendsen | Noorwegen | + 53.8 |
7 | Halvard Hanevold | Noorwegen | + 54.9 |
8 | Alexander Wolf | Duitsland | + 55.3 |
9 | Christoph Sumann | Oostenrijk | + 57.4 |
10 | Michael Rösch | Duitsland | + 59.5 |
11 | Vincent Defrasne | Frankrijk | + 1:00.7 |
12 | Raphaël Poirée | Frankrijk | + 1:04.9 |
13 | Jay Hakkinen | Verenigde Staten | + 1:09.6 |
14 | Mattias Jr. Nilsson | Zweden | + 1:17.7 |
15 | Maxim Tchoudov | Rusland | + 1:20.2 |
[bewerk] 4 x 7,5 kilometer Estafette
Titelverdedigers | Bjørndalen, Hanevold, Andresen, Gjelland | Noorwegen |
---|
De Amerikanen gingen met Jay Hakkinen snel van start. De leiding kwam echter al snel stevig in handen van het Duitse team door het snelle en vooral foutloos schieten van Michael Rösch. De ruime voorsprong zorgde ervoor dat, zelfs na een aantal missers van Fisher en Greis, de Duitsers onbedreigd naar de finish gingen. Slotloper Greis had zelfs tijd om met een Duitse vlag in de hand de laatste meters af te legen.
Uiteindelijk was het verschil 20 seconden op de nummer twee, Rusland. Het brons ging na het bestuderen van de fotofinish naar Frankrijk. Raphaël Poirée drukte zijn skie net voor de Zweedse slotloper over de streep.
Titelverdediger Noorwegen stelde erg teleur en eindigde uiteindelijk op de vijfde plaats.
rang | biatleten | land | tijd |
---|---|---|---|
Gross, Rösch, Fischer, Greis | Duitsland | 1:21:51.5 | |
Tcherezov, Tchepikov, Rostovtsev, Kruglov | Rusland | + 20.9 | |
Robert, Defrasne, Cannard, Poirée | Frankrijk | + 43.6 | |
4 | Borjesson, Ferry, Nilsson, Bergman | Zweden | + 43.6 |
5 | Hanevold, Eckhoff, Andresen, Bjørndalen | Noorwegen | + 1:12.1 |
6 | Moravec, Vitek, Dostal, Slesingr | Tsjechië | + 1:12.5 |
7 | Bilanenko, Deryzemlya, Korobeynikov, Lysenko | Oekraïne | + 1:41.0 |
8 | De Lorenzi, Vuillermoz, Longo, Pallhuber | Italië | + 1:49.4 |
9 | Hakkinen, Burke, Bailey, Teela | Verenigde Staten | + 2:31.9 |
10 | Maric, Ozbolt, Bauer, Poklukar | Slovenië | + 3:09.9 |
11 | Syman, Novikov, Valiullin, Ryzhenkov | Wit-Rusland | + 3:12.6 |
12 | Kasahara, Isa, Suga, Saito | Japan | + 3:24.1 |
13 | Ziemianin, Sikora, Piecha, Plywaczyk | Polen | + 5:05.5 |
14 | Hurajt, Simocko, Mi. Matiasko, Ma. Matiasko | Slowakije | + 5:53.4 |
15 | Borovik, Tobreluts, Lessing, Viks | Estland | + 5:57.4 |
[bewerk] Vrouwen
[bewerk] 15 kilometer Individueel
Titelverdedigster | Andrea Henkel | Duitsland |
---|
Hoe snel de kansen per deelnemer gedurende een wedstrijd kunnen verschillen bleek eens te meer tijdens de 15 kilometer individueel. Aanvankelijk leek Kati Wilhelm samen met de andere Duitse favorieten voor een mogelijke sweep kunnen zorgen. Zowel Wilhelm, Andrea Henkel en Uschi Disl die alle drie vroeg startten bleven foutloos na twee schietbeurten.
Wilhelm hield het zelfs drie ronden foutloos vol. Ook de later gestarte Martina Glagow zette in de eerste schietbeurten een goede prestatie neer. Achter de Duitsers waren het voornamelijk drie Russinnen en Liv Grete Poirée die meestreden om de medailles. Nadat de leidster in de wedstrijd Kati Wilhelm bij de laatste schietbeurt drie maal in de fout ging stegen de kansen voor de Russinnen, even daarvoor waren Andrea Henkel en Uschi Disl ook meerdere malen in de fout gegaan bij het schieten.
De tot dan toe nog foutloze Noorse Liv Grete Poirée kwam bij de vierde schietbeurt als eerste door, maar ook zij faalde met drie missers. Svetlana Ishmouratova die tot dan toe slechts één maal miste bleef wel foutloos in de vierde ronde en verbeterde de eerste tijd met stip. Even later greep Albina Akhatova de tweede plaats en leken opeens de Russinnen te kunnen zorgen voor een sweep, toen ook Olga Pyleva na de vierde schietronde als tweede doorkwam. Martina Glagow wist echter de Duitse eer te redden door Akhatova alsnog van het podium te stoten.
Enkele dagen later werd Olga Pyleva betrapt op het gebruik van doping. Zij moest derhalve haar zilveren medaille inleveren en tevens wacht haar een schorsing. Martina Glagow schoof op naar het zilver en Albina Akhatova ontving alsnog het brons.
rang | naam | land | tijd |
---|---|---|---|
Svetlana Ishmouratova | Rusland | 49:24.1 | |
Martina Glagow | Duitsland | + 1:10.8 | |
Albina Akhatova | Rusland | + 1:30.9 | |
4 | Andrea Henkel | Duitsland | + 2:22.2 |
5 | Krystyna Palka | Polen | + 2:26.6 |
6 | Sandrine Bailly | Frankrijk | + 2:34.1 |
7 | Olga Nazarova | Wit-Rusland | + 2:35.5 |
8 | Natalia Levtchenkova | Moldavië | + 2:47.6 |
9 | Liv Grete Poirée | Noorwegen | + 2:57.9 |
10 | Madara Liduma | Letland | + 3:03.1 |
11 | Ekaterina Dafovska | Bulgarije | + 3:21.0 |
12 | Uschi Disl | Duitsland | + 3:25.6 |
13 | Tora Berger | Noorwegen | + 3:29.3 |
14 | Olena Zubrilova | Wit-Rusland | + 3:31.5 |
15 | Anna Carin Olofsson | Zweden | + 3:31.7 |
[bewerk] 7,5 kilometer Sprint
Titelverdedigster | Kati Wilhelm | Duitsland |
---|
De wedstrijd ging van start zonder de zilveren medaillewinnares van de 15 kilometer individueel Olga Pyleva. Zij was eerder die dag betrapt op doping en mocht uit voorzorg niet aantreden. Later zou zij geschorst worden en haar medaille moeten inleveren. Ondanks het uitvallen van Pyleva bleven er nog altijd veel favorieten over.
Kati Wilhelm had vooraf de meeste overwinningen op de sprint behaald in het wereldbekercircuit en ging ook in deze wedstrijd lange tijd aan de leiding. In haar tweede schietbeurt maakte ze één fout en moest daarom de strafronde van 150 meter in. Toen ze aan de finish kwam verbeterde ze de snelste tijd tot dan toe met ruim 40 seconden.
Met ruim 80 deelnemers aan de wedstrijd was Wilhelm echter allerminst zeker van haar zege toen ze over de eindstreep kwam. Op dat moment moesten er zelfs nog diverse atleten beginnen aan hun wedstrijd. Vele atleten doken onder de tijd van Wilhelm na de eerste schietbeurt en ook bij de tweede schietbeurt waren er behoorlijk wat die onder de tijd van de Duitse doken.
Niet iedereen kon die voorsprong op Wilhelm behouden tot aan de finish. De eerste die wel onder de tijd van Wilhelm dook was Anna Carin Olofsson, die exact 16 seconden sneller was. Nadat ook Sandrine Bailly en Olena Zubrilova onder de tijd van Wilhelm uitkwamen werd duidelijk dat er voor haar geen medaille inzat. Ook Albina Akhatova kwam sterk voor de dag en kwam als tweede over de finish, 6.4 seconden achter Olofsson.
Bij de late starters zaten echter nog een aantal goed presterende atleten. Onder hen de Française Florence Baverel-Robert. Bij beide schietbeurten bleef ze foutloos en ze kwam als eerste door na de tweede schietronde, echter met een minieme voorsprong op Olofsson. Alles zou aankomen in de laatste kilometers langlaufen. Bij de streep bleek dat Baverel-Robert haar voorsprong had behouden met slechts 2.4 seconden.
Toen de medailles verdeeld leken kwam de Oekraïense Lilia Efremova foutloos door na zowel schietronde 1 als 2 en zat ze vlak achter de top 2 op dat moment, maar nog voor Akhatova en dus op medaillekoers. Efremova die nog nooit een podiumplaats bereikte in haar carrière hield stand en veroverde het brons.
rang | naam | land | tijd |
---|---|---|---|
Florence Baverel-Robert | Frankrijk | 22:31.4 | |
Anna Carin Olofsson | Zweden | + 2.4 | |
Lilia Efremova | Oekraïne | + 6.6 | |
4 | Albina Akhatova | Rusland | + 8.8 |
5 | Olena Zubrilova | Wit-Rusland | + 9.1 |
6 | Sandrine Bailly | Frankrijk | + 11.6 |
7 | Kati Wilhelm | Duitsland | + 18.4 |
8 | Olga Nazarova | Wit-Rusland | + 21.8 |
9 | Olga Zaitseva | RUS | + 34.4 |
10 | Svetlana Ishmouratova | Rusland | + 38.9 |
11 | Xianying Liu | China | + 46.1 |
12 | Liv Grete Poirée | Noorwegen | + 48.6 |
13 | Michela Ponza | Italië | + 55.8 |
14 | Delphyne Peretto | Frankrijk | + 59.8 |
Teja Gregorin | Slovenië | + 59.8 |
[bewerk] 10 kilometer Achtervolging
Titelverdedigster | Olga Pyleva | Rusland |
---|
Vooraf was de Duitse Kati Wilhelm de grootte favoriet, ze stond eerste in de wereldbeker en had al tweemaal goud gewonnen op de vorige spelen. Ze moest echter wel met 18 achterstand beginnen aan de achtervolging nadat ze zevende was geworden op de 7,5 km sprint. De winnares van dit onderdeel, de Française Baverel-Robert mocht als eerste van start.
Door gelijk foutloos te beginnen bij de eerste keer schieten nam Wilhelm echter al meteen een ruime voorsprong die ze niet meer af zou staan. Op de finish had ze uiteindelijk een voorsprong van ruim een minuut op haar landgenote Martina Glagow. Glagow was op de laatste kilometers nog de de Russin Albina Achatova voorbij gegaan. Achatova moest uiteindelijk genoegen nemen met haar tweede bronzen medaille. De eerste had ze op de sprint gewonnen nadat haar landgenoot Olga Pyleva uit de uitslag was verwijderd wegens doping gebruik.
rang | naam | land | tijd |
---|---|---|---|
Kati Wilhelm | Duitsland | 36:43.6 | |
Martina Glagow | Duitsland | + 1:13.6 | |
Albina Akhatova | Rusland | + 1:21.4 | |
4 | Svetlana Ishmouratova | Rusland | + 1:45.4 |
5 | Michela Ponza | Italië | + 2:08.1 |
6 | Liv Grete Poirée | Noorwegen | + 2:19.8 |
7 | Olga Nazarova | Wit-Rusland | + 2:26.1 |
8 | Lilia Efremova | Oekraïne | + 2:26.2 |
9 | Xianying Liu | China | + 2:41.7 |
10 | Uschi Disl | Duitsland | + 2:47.2 |
11 | Katrin Apel | Duitsland | + 2:55.3 |
12 | Sandrine Bailly | Frankrijk | + 2:55.8 |
13 | Florence Baverel-Robert | Frankrijk | + 3:14.0 |
14 | Anna Carin Olofsson | Zweden | + 3:22.5 |
15 | Linda Tjørhom | Noorwegen | + 3:36.2 |
[bewerk] 12,5 kilometer Massastart
Titelverdedigster | geen, nieuw op programma |
---|
De 12,5 kilometer met de massastart voor de vrouwen was het laatste biatlon onderdeel tijdens de Winterspelen van Turijn. Net als bij de mannen kwamen bij de vrouwen ook de 30 beste atleten bij de voorgaande onderdelen aan de start. De race bestond uit vijf rondes van 2,5 kilometer met na elke ronde een schietonderdeel. Een misser bij het schieten betekent een extra strafrondje van 150 meter.
Na het eerste schietpunt lag de Zweedse Anna Carin Olofsson samen met de Duitse deelneemsters Kati Wilhelm en Uschi Disl aan de leiding. Van deze drie koploopsters was alleen de Zweedse foutloos bij de twee volgende schietbeurten. Daardoor nam Olofsson zoveel voorsprong dat ze ondanks een misser bij het laatste schietonderdeel onbedreigd naar de overwinning toe. Dit was de eerste olympische titel bij het biatlon voor de Zweden sinds 1960 tijdens de Spelen in Squaw Valley. Toen won Klas Lestander goud op de 20 kilometer.
rang | naam | land | tijd |
---|---|---|---|
Anna Carin Olofsson | Zweden | 40:36.5 | |
Kati Wilhelm | Duitsland | + 18.8 | |
Uschi Disl | Duitsland | + 41.9 | |
4 | Martina Glagow | Duitsland | + 57.1 |
5 | Florence Baverel-Robert | Frankrijk | + 1:04.0 |
6 | Olga Nazarova | Wit-Rusland | + 1:14.0 |
7 | Xianying Liu | China | + 1:20.7 |
8 | Ekaterina Dafovska | Bulgarije | + 1:32.9 |
9 | Albina Akhatova | Rusland | + 1:43.0 |
10 | Sandrine Bailly | Frankrijk | + 1:45.0 |
11 | Michele Ponza | Italië | + 1:45.1 |
12 | Svetlana Ishmouratova | Rusland | + 1:57.0 |
13 | Andrea Henkel | Duitsland | + 2:05.0 |
14 | Linda Tjørhom | Noorwegen | + 2:10.0 |
15 | Olga Zaitseva | Rusland | + 2:21.8 |
[bewerk] 4 x 6 kilometer Estafette
Titelverdedigsters | Apel, Disl, Henkel, Wilhelm | Duitsland |
---|
Bij de 4 x 6 kilometer voor de vrouwen kwam de Russische inzending met een gewijzigd team aan de start. De startloopster Anna Bogali verving de dopingzondaar Olga Pyleva, deze verandering verzwakte het team echter niet. Pyleva ging goed van start en lag al snel op een ruime voorsprong, deze voorsprong gaven de Russinnen niet meer uit handen. Het grootste verschil werd gemaakt door het schieten. Rusland miste van de veertig schoten er slechts twee, terwijl de uiteindelijke nummer twee Duitsland in totaal acht keer miste. De voorsprong bij de start voor de slotloopster Akhatova was zo groot dat zij het rustig aan kon doen. Frankrijk legde beslag op de bronzen medaille.
rang | biatletes | land | tijd |
---|---|---|---|
Bogaliy, Ishmouratova, Zaitseva, Akhatova | Rusland | 1:16:12.5 | |
Glagow, Henkel, Apel, Wilhelm | Duitsland | + 50.7 | |
Peretto, Baverel-Robert, Becaert, Bailly | Frankrijk | + 2:26.2 | |
4 | Ivanova, Nazarova, Ananko, Zubrilova | Wit-Rusland | + 3:07.1 |
5 | Berger, Poirée, Andreassen, Tjørhom | Noorwegen | + 3:21.9 |
6 | Gregorin, Mali, Grudicek, Brankovic | Slovenië | + 3:43.2 |
7 | Palka, Gwizdon, Ponikwia, Grzywa | Polen | + 4:16.8 |
8 | Filipova, Popova, Nikoultchina, Dafovska | Bulgarije | + 4:26.2 |
9 | Yingchao Kong, Ribo Sun, Qiao Yin, Xianying Liu | China | + 5:31.2 |
10 | Murinova, Pavkovcekova, Halinarova, Mihokova | Slowakije | + 5:43.0 |
11 | Khvostenko, Petrova, Lemesh, Efremova | Oekraïne | + 5:43.0 |
12 | Ponza, S. Santer, N. Santer, Ertl | Italië | + 6:30.2 |
13 | Holubcova, Faltusova, Rezlerova, Vejnarova | Tsjechië | + 8:02.3 |
14 | Plotogea, Tofalvi, Purdea, Rusu | Roemenië | + 9:00.8 |
15 | Steer, T. Barnes, L. Barnes, Treacy | Verenigde Staten | + 9:07.8 |
[bewerk] Medaillespiegels
[bewerk] Landen
rang | land | goud | zilver | brons | totaal |
---|---|---|---|---|---|
1 | Duitsland | 6 | 3 | 1 | 10 |
2 | Rusland | 2 | 2 | 2 | 6 |
4 | Frankrijk | 2 | 0 | 3 | 5 |
4 | Noorwegen | 0 | 3 | 3 | 6 |
5 | Polen | 0 | 1 | 0 | 1 |
Zweden | 0 | 1 | 0 | 1 | |
7 | Oekraïne | 0 | 0 | 1 | 1 |
[bewerk] Atleten
{{{afb_links}}} | Biatlon bij de Olympische Winterspelen | {{{afb_groot}}} | |
---|---|---|---|
Chamonix 1924 (MP) - St. Moritz 1928 (MP) - Garmisch-Partenkirchen 1936 (MP) - St. Moritz 1948 (MP) - Squaw Valley 1960 - Innsbruck 1964 - Grenoble 1968 - Sapporo 1972 - Innsbruck 1976 - Lake Placid 1980 - Sarajevo 1984 - Calgary 1988 - Albertville 1992 - Lillehammer 1994 - Nagano 1998 - Salt Lake City 2002 - Turijn 2006 - Vancouver 2010 |
{{{afb_links}}} | Disciplines op de Olympische Winterspelen van 2006 | {{{afb_groot}}} | |
---|---|---|---|
Alpineskiën - Biatlon - Bobsleeën - Curling - Freestyleskiën - Kunstrijden - Langlaufen - Noordse combinatie - Rodelen - Schaatsen - Schansspringen - Shorttrack - Skeleton - Snowboarden - IJshockey |