Task Force Uruzgan
Van Wikipedia
Nederlandse ISAF-operatie Task Force Uruzgan (TFU) maakt deel uit van een internationale troepen macht in Afghanistan. De Tweede Kamer heeft in februari 2006 ingestemd met de uitzending van ongeveer 1.200 tot 1.400 Nederlandse militairen naar het zuiden van Afghanistan naar de provincie Uruzgan. Zij zullen zich twee jaar lang bezighouden met het bevorderen van stabiliteit en veiligheid in de provincie. De taakgroep zal ook voorwaarden scheppen voor bestuurlijke en economische opbouw in Uruzgan. Deze uit diverse wapens en dienstvakken samengestelde eenheid van de Koninklijke Landmacht telt circa 1200 man, verdeeld over twee locaties: Tarin Kowt en Deh Rawod. Tarin Kowt is de provinciale hoofdstad van Uruzgan en herbergt het grootste Nederlandse kampement, Kamp Holland. Zestig kilometer naar het westen ligt Deh Rahwod, waar het kampement Camp Hadrian zich bevind. De harde kern van de TFU bestaat uit infanterie, met enkele 155 mm pantserhouwitsers van de artillerie ter ondersteuning, de eerste keer dat deze Panzerhaubitze 2000's ingezet worden in een conflict. Desgewenst kan een beroep worden gedaan op F-16 jachtbommenwerpers en AH-64D Apache gevechtshelikopters van de Koninklijke Luchtmacht.
De TFU staat sinds 24 januari 2007 onder leiding van kolonel Hans van Griensven en bestaat uit het Provinciaal Reconstructie Team (PRT), een Battle Group en een luchtmachtdetachement. Het voorbereidende werk, zoals het opbouwen van de kampen, werd gedaan door de Deployment Task Force.
In april 2006 maakte het kabinet bekend tweehonderd militairen extra te sturen, omdat de veiligheidssituatie in de provincie Uruzgan 'aanzienlijk is verslechterd'.
Op 2 september 2006 raakte een Nederlander gewond in Uruzgan. Hij was de bestuurder van de voorste pantserwagen van een konvooi dat in een hinderlaag liep. Daarop volgde een vuurgevecht waarbij meerdere aanvallers gewond zijn geraakt.
[bewerk] Totstandkoming van de Missie
In het najaar van 2005 kwam er vanuit de NAVO een verzoek aan Nederland om ongeveer duizend militairen bij te dragen aan de wederopbouw van Afghanistan. Minister Henk Kamp van Defensie was hier direct een groot voorstander van, terwijl Minister Ben Bot van Buitenlandse Zaken in eerste instantie huiverig was en garanties van de NAVO wilde: "Als ze willen dat we meedoen, is het terecht dat we eisen stellen" [1].
Begin december 2005 werd het besluit om tot uitzending over te gaan dan ook uitgesteld door de ministerraad, als gevolg van een weifelachtige houding van D66 over de missie en grote twijfels over steun van de toenmalig grootste oppositiepartij, de PvdA. Militair leider Mullah Dadullah van de Taliban zei op dezelfde dag dat Nederlandse militairen een potentieel doelwit zouden zijn voor aanslagen. [2].
Secretaris-generaal van de NAVO Jaap de Hoop Scheffer deed vervolgens een dringend beroep op Nederland om toch mee te werken aan wederopbouw. In de Tweede Kamer werd besloten om het debat over de uitzending uit te stellen tot na de Kerstdagen. D66-kamerlid Bert Bakker had toen al in de Volkskrant gezegd: "Niet aan beginnen". [3]
Op 3 februari 2006 werd uiteindelijk door het kabinet besloten om de missie door te laten gaan, met steun van de PvdA. D66 was aanvankelijk tegen, maar maakte een draai.
[bewerk] Tijdlijn gebeurtenissen
- 17 februari 2007
Een militair raakt gewond door het per ongeluk afgaan van het wapen van een andere militair[4]
- 20 februari 2007
In de buurt van Poentjak werd een Pantserhouwitser met granaten ingezet tegen een hinderlaag. Dit is het zwaarste kanon van de Nederlandse strijdmacht. [5]
- 22 februari 2007
Kolonel Hans van Griensven vertelt in een interview met de Defensiekrant dat hij zich vooral wil richten op de meelopers binnen de Taliban. Ook is hij van mening dat de situatie in Uruzgan onveilig wordt: "We worden op dit moment gedwongen om te consolideren. Het is het bekende gegeven van twee stappen vooruit, een stapje op de plaats, maar dan geen stap terug, We zetten onze voet stevig in het zand en gaan daarna weer voorwaarts." [6].
- 23 februari 2007
Nederlandse militairen nemen vier Afghanen gevangen in Camp Hadrian. Zij werden later naar Kamp Holland worden getransporteerd. Het is voor de derde keer in 2007 dat Nederlanders Afghanen gevangen nemen, waarmee het totaal op 10 komt. 3 daarvan zijn inmiddels weer vrijgelaten.
Ook vertrok een delegatie om onderzoek te doen naar papaverteelt. Ministers van Ardenne en Kamp werden het niet eens over de bestrijdingswijze van deze teelt: volgens Van Ardenne wordt met vernietiging van papavervelden de inkomstenbron van veel Afghanen vernietigd. Kamp steunt het omploegen van de velden.
Een militair die weigerde mee te gaan naar Uruzgan en in eerste instantie daarvoor 'oneervol ontslagen' werd, is alsnog eervol ontslagen omdat hij last had van een posttraumatische stresstoornis.
Premier van Australië John Howard geeft aan 550 extra militairen te sturen naar Uruzgan (naast de 450 Australiërs die er al zijn), vlak voordat de Amerikaanse vicepresident Dick Cheney zijn land bezoekt. Hij wil hiermee voorbereid te zijn op het te verwachten lente-offensief van de Taliban [7] hoewel hij onder grote druk staat van de Australische bevolking om terug te trekken.
- 25 februari 2007
Een terreinauto van de Nederlandse troepen rijdt op een bermbom, die later wordt opgeeist door de Taliban. Niemand raakt gewond.
Het ministerie van Defensie maakt bekend geen maatregelen te nemen tegen weblogs van Nederlandse militairen die beledigend zijn voor de lokale bevolking. Dit naar aanleiding van een weblog waarin een militair over de Afghanen zei: "De mensen stinken en de kinderen zijn irritant" [8]
Een patrouille ten noordoosten van Tarin Kowt kwam onder vuur te liggen [9], waarna met een AH-64 Apache werd teruggeschoten. Een Nederlandse F16 hielp ISAF-troepen in Now Zad in de provincie Helmand
- 1 maart 2007
Het ministerie van Defensie maakt bekend tóch weblogs van militairen te controleren [10]. Ze worden echter niet verboden of gecensureerd.