Tweede beeldenstorm
Van Wikipedia
De Tweede beeldenstorm is een term die gebruikt wordt voor de golf van vernieuwingsdrift binnen de Katholieke Kerk in de tweede helft van de twintigste eeuw. De term is afgeleid van de eerste beeldenstorm in 1566.
In de periode direct na het Tweede Vaticaans Concilie (in de tweede helft van de jaren 1960) ontstond er in de Nederlandse kerkprovincie een euforische stemming, gepaard aan een radicale vernieuwingsdrang. In liturgie en kerkgebouw werden vele traditionele elementen verwijderd, vooral uit de periode van ± 1800-1940.
Veel kerken, die ook te maken kregen met een sterke terugval van het kerkbezoek en financiële middelen, deden afstand van (delen van) hun originele inventaris. Beelden, knielstoelen, knielbanken, altaren, tabernakels, koorhekkens, communiebanken en zelfs relikwieën werden soms weggegooid, afgebroken, verbrand, begraven of aan de antiekhandel verkocht. Soms werden ook muur- en gewelfschilderingen bedekt onder lagen witkalk.
Liturgisch betekende de tweede beeldenstorm in meer figuurlijke zin het afstand nemen van de (soms meer dan vijftienhonderd jaar) oude liturgische teksten en vooral gezangen. Het Gregoriaans, de voornaamste kerkzang van de Latijnse Kerk, raakte binnen korte tijd bijna geheel uit de gratie. Ervoor in de plaats kwamen strofische gezangen in de volkstaal, waarbij de werken van Huub Oosterhuis en Bernard Huijbers veel gebruikt werden. Andere tekstdichters volgden in zijn voetspoor.
Gepaard met de tweede beeldenstorm ging een grootschalige verdachtmaking van al diegenen die zich tegen deze golf van vernieuwing en vernietiging van de oude zaken verzetten. Begin 21e eeuw is deze polarisatie aan het afnemen.
Het herstellen van de tradities van vóór de tweede beeldenstorm, vooral in gang gezet door jonge priesters (zoals destijds trouwens ook de tweede beeldenstorm zelf) wordt wel "restauratie" genoemd.
De tweede beeldenstorm beperkte zich trouwens aanvankelijk grotendeels tot Nederland, net als de eerste beeldenstorm. (Verschil: de tweede heeft ook Frankrijk vrij hevig getroffen, zij het niet zo totaal als Nederland). In latere perioden, voornamelijk de jaren '70, traden soortgelijke golven van vernieuwingsdrang op in de katholieke kerken in Vlaanderen en andere delen van Europa, Noord-Amerika, gevolgd door Afrika en Azië.