Het leger der doden
Van Wikipedia
Het Leger der doden of het Schimmenleger was, in de fictieve wereld Midden-aarde van J.R.R. Tolkien, een leger dat Gondor in de Oorlog om de Ring te hulp kwam.
In de Tweede Era legden zij een eed af aan Isildur, waarin ze beloofden hem te hulp te schieten in zijn strijd tegen de duistere heerser Sauron. Toen diens macht groter werd en Isildur een beroep op ze deed, verzaakten ze hun eed en vluchtten de bergen in. Isildur sprak een vloek over hen uit waardoor ze nimmer rust zouden vinden.
Het is Elrond die Aragorn vervolgens in de Oorlog om de Ring in de Derde Era overhaalt om de Paden der doden te volgen, en daar het Leger der doden alsnog aan de eed te houden die zij ooit aan Aragorns voorvader afgelegd hadden. Aragorn weet het leger aan zich te binden en verslaat met hen de grote hoeveelheid strijdkrachten uit Umbar, die met een grote vloot voor de kust van Gondor liggen, teneinde Saurons leger te versterken in de Slag op de Pelennor Velden. Nadat alle strijdkrachten uit Umbar op de vlucht zijn geslagen of zijn verdronken, bevrijdt Aragorn hen van de vloek, en laat ze rusten in vrede.
[bewerk] Verschillen tussen het boek en de film
In de verfilming van Return of the King door Peter Jackson valt te zien dat het Leger der doden de Slag van de velden van de Pelennor beslist, en Minas Tirith weet te ontzetten. In het boek komen ze hier echter nooit aan, omdat Aragorn ze al daarvoor van de vloek verlost. Het is in het boek niet het Leger der doden, maar de grote hoeveelheden opgetrommelde strijdkrachten uit Lebennin en Lamedon, alsmede de Dolers uit het noorden, die de overwinning forceren.
Bronnen en referenties: |
|