Volkert van der Graaf
Van Wikipedia
Volkert van der Graaf (Middelburg, 9 juli 1969) is een Nederlandse milieu- en dierenactivist alsook misdadiger. Hij werd vooral bekend als pleger van de moord op Pim Fortuyn.
Inhoud |
[bewerk] Levensloop
Van der Graaf werd geboren als tweede kind van een Nederlandse vader, die biologieleraar was en overleed toen Volkert 17 was, en een Engelse moeder. Hij volgde het atheneum, ging milieuhygiëne studeren aan de Wageningen Universiteit, werd veganist, en richtte in 1992 samen met Sjoerd van de Wouw de Vereniging Milieu-Offensief (VMO) op. De VMO hield zich met succes bezig met juridische procesvoering tegen milieuovertredingen en dierenmishandeling. Hij controleerde of veehouders en boeren over de vereiste milieuvergunningen beschikten, en spande procedures aan bij de Raad van State.
[bewerk] De moord
Op 6 mei 2002 schoot hij de publicist/columnist en LPF-lijsttrekker Pim Fortuyn van dichtbij door het hoofd op het Mediapark te Hilversum.
Zie verder de moord op Pim Fortuyn |
[bewerk] Na de moord
Van der Graaf werd kort na de aanslag op Fortuyn door de Hilversumse politie gearresteerd. Hij had geen strafblad. Een tijdje later werd ook zijn vriendin (Petra Lievense) opgepakt, maar er was geen bewijs dat zij in directe zin iets met de zaak te maken had. Ook vond er een huiszoeking in Van der Graafs huis plaats. In de garage werden chemicaliën gevonden, zoals ammoniumnitraat, kaliumchloraat in combinatie met suiker, norit, tolueen en zwavelzuur, waarmee explosieven gemaakt kunnen worden.
Tijdens de rechtszaak in maart en april 2003 bekende Van der Graaf de aanslag op Pim Fortuyn. Hij gaf als motief dat hij in Fortuyn een groeiend gevaar voor de samenleving zag, met name voor kwetsbare groepen zoals asielzoekers, moslims en mensen met een WAO-uitkering, aldus de verklaring van het Openbaar Ministerie[1][2]. Het OM:
- Het ging daarbij voor de verdachte om de combinatie van de algemene stigmatiserende politieke denkbeelden van Fortuyn, de polariserende wijze waarop Fortuyn die voor het voetlicht bracht en de grote politieke macht die Fortuyn dreigde te krijgen. Hij zag voor zichzelf geen andere mogelijkheid om dat gevaar te stoppen dan door Fortuyn om het leven te brengen.
Ook door anderen dan het Openbaar Ministerie wordt verwezen naar Van der Graafs dierenactivistisch verleden. Met name schrijver Tomas Ross en onderzoeksjournalist Peter Siebelt verwijzen naar een citaat uit het rapport van de commissie-Van der Haak die de beveiliging van Pim Fortuyn onderzocht. Het citaat is afkomstig uit een door de AIVD afgeluisterd telefoongesprek van 8 januari 2002, toen Pim Fortuyn nog lijsttrekker was van Leefbaar Nederland. In dat gesprek wordt door een milieuactivist gezegd: "Hij (Fortuyn) moet dood!" Nadat de spreker erop attent gemaakt wordt dat ze afgeluisterd worden, corrigeert hij zichzelf en zegt: "Ik bedoel natuurlijk monddood."[3].
[bewerk] Verdere beschuldigingen
Toen bekend werd dat Van der Graaf de moordenaar van Fortuyn was, circuleerden berichten in de media dat hij ook verantwoordelijk zou zijn geweest voor de moord op milieuambtenaar Chris van der Werken in 1996. Naar aanleiding van de berichten in de media is er door justitie uitgebreid onderzoek gedaan naar de mogelijke betrokkenheid van Van der Graaf bij de moord op Van der Werken en andere strafbare feiten waar hij mee in verband werd gebracht. Zo is onderzoek gedaan naar zijn mogelijke betrokkenheid bij het 'taartgooi-incident' (Pim Fortuyn kreeg tijdens zijn campagne een taart in zijn gezicht gedrukt[4] door de 'biologische bakkers brigade'. Ook zijn complottheorieen aangaande de moord op Fortuyn onderzocht en mogelijke chantage van boeren door Vereniging Milieu Offensief, die was opgericht door Van der Graaf. De onderzoeksresultaten zijn door de politie vastgelegd in een vertrouwelijk rapport. Op basis van onder meer dit rapport heeft justitie Van der Graaf niet als verdachte van genoemde strafbare feiten aangemerkt. In dagblad De Telegraaf is op 7 juli 2006 een artikel[5] verschenen waarin Van der Graaf in verband wordt gebracht met de moord op Van der Werken. Ook staat bij genoemd artikel een link naar het vertrouwelijke politierapport. In reactie op dit artikel heeft het Openbaar Ministerie een persbericht[6] doen uitgaan waarin het OM mededeelt dat het genoemde onderzoek het OM niet tot de conclusie heeft kunnen brengen dat alsnog bewijs zou kunnen worden geleverd voor de betrokkenheid van Van der Graaf bij de dood van Van der Werken Uit het NRC Handelsblad van 27 december 2006 blijkt dat de advocaat van Van der Graaf, mr. Quirijn Meijnen, heeft geëist dat De Telegraaf genoemd artikel en het vertrouwelijke politierapport van de Telegraaf-website verwijdert. Ook is een klacht ingediend over het artikel tegen De Telegraaf bij de Raad voor de Journalistiek.[7] Evenals de eerder bij dezelfde Raad voor de Journalistiek ingediende klacht tegen de Evangelische Omroep werd ook deze klacht gegrond verklaard op 13 maart 2007. Onder meer wordt van De Telegraaf geeist dat ze de onterechte aantijging van haar website verwijderdt. [8]
[bewerk] Het proces
Het proces begon na enkele pro-formazittingen op 27 maart 2003 en duurde drie zittingsdagen. De officier van justitie Koos Plooy eiste een levenslange gevangenisstraf. Volgens strafrechtdeskundigen zou een veroordeling tot levenslang een unicum zijn, omdat het gaat om een enkelvoudige moord gepleegd door een dader die nog niet eerder is veroordeeld. De officier van justitie kwam tot zijn eis omdat de aanslag volgens hem niet alleen de persoon Fortuyn trof, maar ook de Nederlandse democratie: Fortuyn was een vooraanstaand politicus en de aanslag vond plaats vlak voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer. Bovendien toonde Van der Graaf nauwelijks berouw voor zijn daad.
Omdat het bewijs tegen hem overstelpend was en hij de moord bekende, richtten zijn advocaten zich vooral op de strafmaat. Ze wezen erop dat een politiek motief geen reden voor strafverzwaring mag zijn - andere motieven zouden dan verlichtend kunnen werken, wat onwenselijk zou zijn. De officier van justitie stelde echter dat geen sprake kon zijn van een politiek motief, omdat de dierenactivist nooit openlijk interesse had getoond voor politieke vraagstukken.
[bewerk] Veroordeling
De rechtbank veroordeelde Van der Graaf op 15 april 2003 tot 18 jaar gevangenisstraf. De inbreuk op het democratische proces was niet ernstig genoeg en de kans op herhaling te klein om een levenslange gevangenisstraf te rechtvaardigen, aldus de rechters. Bij dat laatste baseerde de rechtbank zich op het psychiatrisch rapport. Feiten die voor de rechtbank wel zwaar wogen waren de 'brute wijze' waarop de moord werd gepleegd en het feit dat de rechtsorde ernstig was geschokt.
Hij werd niet alleen veroordeeld voor moord met voorbedachte rade, maar ook voor verboden wapenbezit (van het moordwapen) en voor het bedreigen van de chauffeur van Fortuyn die hem na de aanslag achtervolgde.
[bewerk] Hoger beroep
Zowel Van der Graaf als het Openbaar Ministerie gingen in hoger beroep tegen respectievelijk de hoogte en de laagte van de opgelegde strafmaat. Het gerechtshof in Amsterdam veroordeelde hem opnieuw tot achttien jaar gevangenisstraf.
Zowel het Openbaar Ministerie als Van der Graaf besloten tegen de uitspraak niet in cassatie te gaan, waardoor deze veroordeling definitief werd.
[bewerk] Psychische gesteldheid
Het onderzoeksrapport naar zijn geestelijke gesteldheid, opgesteld door het Pieter Baan Centrum (PBC) en vrijgegeven op 21 maart 2003, stelde dat hij leed aan obsessief-compulsief gedrag. Dit leidt tot perfectionisme en een onbuigzame houding in morele kwesties. Van der Graaf was volgens het rapport echter wel toerekeningsvatbaar, wat door hem werd beaamd.
Niet lang voor de uitspraak in hoger beroep suggereerden enkele wetenschappers in kranten dat hij zou lijden aan het syndroom van Asperger, wat door de onderzoekers van het Pieter Baan Centrum over het hoofd zou zijn gezien. Door het PBC werd dit laatste ontkend. Met de mogelijkheid zou wel degelijk rekening zijn gehouden, maar er waren tijdens het onderzoek geen aanwijzingen voor gevonden. Eind november 2003 diende Van der Graaf bij het Medisch Tuchtcollege een klacht in tegen de Groningse psychiater M. Oosterhoff, de belangrijkste exponent van de theorie dat hij aan het syndroom zou lijden. Op 11 oktober 2004 werd de klacht behandeld. De uitspraak heeft op 22 november plaatsgevonden.
[bewerk] Anonimiteit
Een verdachte wordt in de media in het algemeen niet bij zijn of haar volledige naam genoemd. Lange tijd werd hij in de Nederlandse media dan ook aangeduid als Volkert van der G.. In de buitenlandse media werd hij echter consequent Van der Graaf genoemd. Toen op die manier zijn naam bekend geworden was zijn ook de meeste Nederlandse kranten zijn volledige naam gaan gebruiken. Het gezin Van der Graaf (geen familie van Volkert) dat vlak na de moord op Fortuyn als enige onder die naam in het telefoonboek van Harderwijk te vinden was (de toenmalige woonplaats van de milieuactivist), heeft enige tijd ondergedoken gezeten na verschillende bedreigingen aan hun adres.
[bewerk] Verkiezing ergste Nederlander
Op 16 november 2004 is Van der Graaf door lezers van HP/De Tijd uitgeroepen tot de ergste Nederlander. Deze verkiezing werd gehouden in navolging van de verkiezing tot grootste Nederlander (Pim Fortuyn) door de KRO.
[bewerk] Externe links
Bronnen en referenties: |
|