Brits-Indië
Van Wikipedia
Vlag | Wapen |
---|---|
Kaart | |
Hoofdstad | Calcutta tussen 1700 en 1912 daarna Delhi tussen 1912 en 1931 en nadien New Delhi |
Regeringsvorm | Kroonkolonie van het Verenigd Koninkrijk, na 1876 keizerrijk onder Britse kroon |
Staatshoofd | onderkoning namens Koning van Engeland |
Bestaan | 1858-1947 |
Ontstaan uit | |
Opgegaan in | India, oost en west Pakistan, Bangladesh (1971) (ontstaan uit Oost-Pakistan |
Oppervlakte | 4.235.530 km² |
Inwoners | |
Taal | Engels, Hindi |
Religie | Hindoeïsme, Islam |
Munteenheid | |
Leus | {{{leus}}} |
Volkslied | God Save the Queen |
Brits-Indië of Brits-India was een Britse kolonie tot 1947. Deze kolonie besloeg het gebied dat de huidige landen India, Pakistan, Bangladesh en Sri Lanka voorheen Ceylon was een aparte kroonkolonie.
Vanaf 1876 regeerde de Engelse koningin Victoria deze kolonie niet meer als koningin van Engeland en het Britse Rijk, maar nam zij ook de titel Keizerin van India aan. Men spreekt van 1876 tot 1947 dan ook wel van het Keizerrijk India. Victoria regeerde overigens niet zelf, maar een Onderkoning opereerde als haar plaatsvervanger. Deze maakte op zijn beurt weer gebruik van de macht van Indiase adel (denk aan Raja's en Maharadja's). Door deze samenwerking lukte het de Britten het grote India onder controle te krijgen, iets wat zonder de 'vriendschap' met de Indiase adel waarschijnlijk nooit was gelukt.
Inhoud |
[bewerk] Komst van de Europeanen
Portugal was het eerste Europese land dat om Kaap de Goede Hoop zeilde en India bereikte. Zij vestigden daar de kolonie Goa. Vanaf de 17e eeuw begon Engeland de situatie in India te beïnvloeden. In 1676 vestigden ook de Fransen zich aan de oostkust van India bij Pondicherry, ten zuiden van Madras (Madras). Ook de Nederlandse Verenigde Oost-Indische Compagnie vestigde zich in India, in Malabar aan de zuidwestelijke kust en in de Bengalen, hedendaags Bangladesh.
[bewerk] Britse Periode
Van 1858 hadden de Britten heel India onder controle en tot 1947 werd India geregeerd als een onderdeel van het Britse rijk. In deze periode was Brits-Indië een land waar grote verdeeldheid heerste. Dat kwam door dat de Britten de gebruiken van de Indiërs niet accepteerden. Deze waren namelijk vrijwel allemaal hindoe of moslim. De Britse Christenen lokten veel onrust uit door bijvoorbeeld heilige koeien te slachten en onreine dieren te eten. Daarom wilden veel Indiërs dat de Britten vertrokken.
Ten behoeve van hun Indische vazallen en het bestuursapparaat stichtte de Britse koningin een aantal schitterende Koloniale Ridderorden.
Omdat in de periode van de Britse overheersing van India de slavernij werd afgeschaft werden er veel Indiërs geronseld om te gaan werken als contractarbeider in de andere door de Britten bezette landen. De Indieërs namen de plaats in van de negerslaven op de plantages. In 1872 werd een tractaat gesloten door de Nederlandse regering met de Engelse regering. Dit werd in Engeland ondertekend door Koningin Victoria op 10 februari 1872, en koning Willem III bekrachtigde het zes dagen later. Op 5 juni 1873 arriveerde het eerste schip met Brits-Indische contractanten, de Lalla Rookh, in Suriname.
[bewerk] Dekolonisatie
Na de Tweede Wereldoorlog was het Britse Rijk vooral geconcentreerd op zaken die zich dichter bij huis afspeelden. Daarom was het Rijk niet voorbereid op de opkomst van anti-koloniale nationalistische bewegingen in hun kolonies. Een voornamelijk geweldloze opstand onder Mahatma Gandhi en Jawaharlal Nehru vormde een onderdeel van de weg naar de onafhankelijkheid van Brits-Indië. Hoewel zij in het westen als de grote helden van de onafhankelijkheid worden gezien waren Chandu SkeQar Azad en zijn groep volgens de Indiërs zelf de echte helden. Uddam Singh, Chandu SkeQar Azad en Bhagat Singh leidden met hun groep de onafhankelijkheid van Brits-Indië in 1947. Het Indiaase subcontinent werd door de Britten verdeeld in de seculiere staat India en de kleinere moslimstaat Pakistan. Bangladesh, voorheen Oost-Pakistan, werd in 1971 onafhankelijk van Pakistan..
[bewerk] Na 1947
De onafhankelijkheid van Brits-Indië in 1947 betekende het einde van een 40 jaar durende nationalistische strijd. Het land deelde zich uiteindelijk wel in India en Pakistan, nadat burgeroorlogen duizenden levens hadden gekost. Het door de Britten aanvaarden van India als een republiek in 1949 wordt gezien als het begin van het moderne Gemenebest. Na India begonnen ook andere kolonies in de rest van Azië en Afrika begonnen hun onafhankelijkheid te eisen. Na enkele rampzalige pogingen om de kolonies te behouden besloot men uiteindelijk dat het Britse Rijk zou worden omgevormd tot de hedendaagse Britse Gemenebest.
[bewerk] Deelstaten van Brits-Indië
Brits-Indië bestond vlak voor de onafhankelijkheid in 1947 uit de volgende staten:
- Ajmer-Merwara-Kekri
- Assam
- Baluchistan
- Bengal
- Bihar
- Bombay Province - Bombay
- Central Provinces and Berar
- Delhi Province - Delhi
- Madras Province - Madras
- North-West Frontier Province
- Panth-Piploda
- Orissa
- Punjab
- Sindh
- United Provinces (Agra and Oudh)