Geoff Richardson
Van Wikipedia
Peter Geoffrey (Geoff) Richardson (Hinckley, 15 juli, 1950) is een Brits musicus. Hij bespeelt de (alt-)viool, gitaar en dwarsfluit.
Geoff Richardson is in Hinckley, in Leicestershire geboren, zijn vader was een parttime musicus, zijn grootvader pianist en muziekleraar. Acht jaar oud was hij toen hij begon met viool spelen. Vanaf zijn twaalfde trad hij al op, eerst als violist in het orkest van de familie, later meer als solo-gitarist, folk-gitaar muziek spelend in de club-scene in de Midlands en Manchester.
In die tijd zit Richardson nog op de middelbare school, afstuderen in de muziek kon niet, dus doorliep hij de school met een B-pakket. Na een kort verblijf op de Nuneaton School of Art volgt de studie industrieel ontwerp op het Manchester College of Art and Design. Dit bevalt niet echt en Richardson vertrekt naar de universiteit van Southampton, naar de Winchester School of Art, waar hij van 1969 tot 1972 schilderkunst en grafiek studeert.
In de tijd in Southampton vormt hij een band "Red Acid", die covers speelt van nummers uit de progressieve rock. Ze spelen onder meer werk van Caravan. Steve Borrill, de bassist van Spirogyra vroeg hem in te vallen voor veertrekkende leden van de groep, maar de groep hield op te bestaan. Via Borrill deed Richardson auditie bij Pye Hastings, die op zoek was naar vervanging voor Steve Miller en Richard Sinclair. Richardson trad toe, samen met Derek Austin (keyboards) en Stu Evans (basgitaar).
In 1973 verlaten Austin en Evans Caravan weer, maar Richardson blijft in de band spelen. Langzamerhand laat hij zich ook meer gelden als lid van de band. Pye Hastings bleef duidelijk de leider van de band, maar Richardson vond zijn manier om zijn ideeën geaccepteerd te krijgen. Met name in de live-optredens treedt hij steeds duidelijker op de voorgrond.
Vanaf 1974 begint Richardson ook werk naast Caravan te doen. Hij werkte samen met Kevin Ayers voor een opname van een album en nam muziek op met Café Jacques en met het Penguin Café Orchestra. Miles Copeland, in die tijd de manager van Caravan, zet hem er toe aan om samen te gaan werken met Sonja Kristina (Curved Air) en Stewart Copeland (Miles’ broer, een van de latere oprichters van The Police), met weinig succes. Richardson gaat weer sessie-werk doen, en speelt met de Buzzcocks en met Captain Sensible. De punk-golf heeft zijn terugslag, Richardson besluit in 1978 Caravan te verlaten.
Hij speelt vervolgens onder meer in een band die The Purple Hipsters heette, en produceeerde First Offenders, een album met nummers van allerlei lokale groepen. Hij werkt in 1979-1980 ook weer kort samen met Caravan, The Album wordt opgenomen.
Richardson is zeer druk gebleven met name met sessiewerk, hij heeft een eigen studio en assisteert andere musici. Daarnaast heeft hij nog veel rondgereisd, met name met Murray Head, met het Penguin Café Orchestra en met Bob Geldof. Aan het eind van de tachtiger jaren neemt hij een solo-album op, Viola mon Amour, waarop Richardson alle instrumenten speelt. In de negentiger jaren komen twee albums uit die Richardson samen met Jim Leverton gemaakt heeft.
Naast zijn sessiewerk en optredende werk schrijft Richardson ook muziek voor toneel, televisie, ballet en film. In 1988 heeft Richardson samen met Simon Jeffes zeven stukken van het Penguin Café Orchestra aangepast voor "Still Life At The Penguin Cafe", een ballet op choreografie van David Bintley voor het Royal Ballet. Zijn filmmuziek is onder meer voor Pour Cent Briques T'as Plus Rien, 1982, van Eduardo Molinaro, voor Le Dernier Été (1989, samen met Murray Head) en voor All The Little Animals (1997, Jeremy Thomas).
Van 1990 tot 1994 gaf Richardson (part time) les in de schone kunsten op het Canterbury College, hetzelfde van 1995-1998 op de Winchester School of Art. Van 1996 tot 1998 heeft hij ook colleges verzorgd over de uitvoerende kunsten op het South Kent College.
De goede relatie die Richardson steeds met Pye Hastings gehad heeft, stond garant voor Richardson’s blijvende betrokkenheid bij Caravan. Vanaf 1995, met de opname van The Battle of Hastings is hij weer bij de band betrokken.
In 1998 speelde Richardson samen met Steve Hillage in de band van Rachid Taha. In een project "Un, Deux, Trois Soleil" werd opgetreden met een strijkorkest en de Frans-Arabische zangers Khaled en Faudel. Het resultaat was een live album met daarop een bijzonder mengsel van klassiek Arabische en moderne Westerse muziek.
Op het laatste originele album van Caravan, The Unauthorised Breakfast Item uit 2003, staat een nummer van de hand van Richardson. Richardson blijft nog steeds actief met Caravan, met de Murray Head band en met het Penguin Café Orchestra
[bewerk] Discografie
Onderstaand een lijst van albums waaraan Geoff Richardson een substantiële bijdrage heeft geleverd. De lijst heeft niet de pretentie een volledig overzicht te bieden.
1973 | Caravan | For Girls Who Grow Plump in the Night |
1974 | Caravan | Caravan and the New Symphonia |
1974 | Kevin Ayers | The Confessions of Dr. Dream |
1975 | Caravan | Cunning Stunts |
1976 | Caravan | Blind Dog at St. Dunstans |
1976 | John G Perry | Sunset Wading |
1977 | Caravan | Better By Far |
1977 | Quantum Jump | Barracuda |
1977 | Quantum Jump | Mixing |
1977 | Ozark Mountain Daredevils | Don't Look Down |
1978 | Café Jacques | Round The Back |
1978 | Murray Head | Voices |
1979 | Murray Head | Between Us |
1979 | John Glover | Midnight Over England |
1980 | Caravan | The Album |
1980 | Buzzcocks | Why She's a Girl From The Chainstore |
1980 | Bob Weston | Nightlight |
1980 | Wildlife | Burning |
1980 | Rupert Hine | Immunity |
1981 | Murray Head | Find A Crowd |
1982 | Rupert Hine | Waving Not Drowning |
1982 | Murray Head | Shade |
1983 | Penguin Café Orchestra | Penguin Café Orchestra |
1983 | Penguin Café Orchestra | PCO Mini-album |
1984 | Penguin Café Orchestra | Broadcasting from Home |
1985 | Microdisney | The Clock Comes Down The Stairs |
1986 | Murray Head | Restless |
1986 | Murray Head | Sooner Or Later |
1986 | Murray Head | Some People |
1987 | Paul Brady | Primitive Dance |
1987 | Penguin Café Orchestra | Signs of Life |
1988 | Penguin Café Orchestra | When In Rome |
1990 | Thinkman | Hard Hat Zone |
1990 | Dubh Chapter | Silence, Cunning & Exile |
1990 | Bob Geldof | The Vegetarians of Love |
1991 | The Cross | Blue Rock |
1991 | BBC Concert Orchestra | Still Life at the Penguin Café |
1991 | Murray Head | Wave |
1991 | Renaud | Marchand de Cailloux; |
1991 | Bliss | A Change In The Weather |
1992 | Bob Geldof | The Happy Club |
1992 | Chris De Burgh | Power of Ten |
1993 | Milla Jovovich | The Divine Comedy |
1993 | Penguin Café Orchestra | Union Café |
1993 | Rachid Taha | Rachid Taha |
1993 | Geoffrey Richardson | Viola Mon Amour |
1994 | Penguin Café Orchestra | Concert Program |
1994 | Renaud | A La Belle de Mai |
1995 | Caravan | The Battle Of Hastings |
1995 | Murray Head | When You're In Love |
1995 | Jim Leverton & Geoffrey Richardson | Follow Your Heart |
1995 | Murray Head | Pipe Dreams |
1995 | Nina Morato | L'Allumeuse |
1995 | John G Perry | Seabird |
1995 | Rachid Taha | Ole, Ole |
1996 | Caravan | All Over You |
1996 | Nick Heyward | Tangled |
1996 | Bruno Maman | Aujourd'hui' |
1996 | Renaud | Paris/Provinces |
1997 | Frankie Valentine | Summary of Evidence |
1997 | Rachid Taha | Diwan |
1997 | Metisse | Singe |
1997 | Justin Hayward | The View From The Hill |
1997 | Penguin Café Orchestra | Preludes, Airs and Yodels |
1998 | Linda McCartney | Wide Prairie |
1998 | Wolf Maahn | |
1998 | Rachid Taha | Carte Blanche |
1999 | The Uncalled Four | Rubbed Raw |
1999 | Caravan | Surprise Supplies – Live |
1999 | Caravan | All Over You Too |
1999 | Rachid Taha | Made in Medina; |
2000 | Kofi Dako | Kologo, |
2000 | Jim Leverton & Geoffrey Richardson | Poor Man's Rich Man |
2000 | Penguin Café Orchestra | Simon Jeffes Piano Music |
2003 | Caravan | The Unauthorised Breakfast Item |