Jip en Janneke
Van Wikipedia
Onder de titel Jip en Janneke schreef Annie M.G. Schmidt diverse kinderverhalen. De verhaaltjes, die als wekelijkse afleveringen in het dagblad Het Parool verschenen, gaan over het dagelijks leven van twee buurkinderen: Jip en Janneke. Zij beleven van alles: ze worden jarig, stampen in de regenplassen, gaan op bezoek bij oma, maken een legpuzzel en doen de poppenwas. De hond Takkie en de poes Siepie zijn belangrijke bijfiguren. Ook moeder komt er vaak in voor, zij grijpt nogal eens in met de woorden Dat mag volstrekt niet!
Inhoud |
[bewerk] Verhaaltjes
Op 13 september 1952 publiceerde Het Parool het eerste Jip-en-Jannekeverhaal. Het laatste verhaal verscheen op 7 september 1957.
Elk Jip-en-Jannekeverhaal werd door Schmidt in luttele minuten geschreven in het rumoerige redactielokaal van Het Parool. Sommige belevenissen van Jip en Janneke zijn gebaseerd op avonturen die Schmidts zoontje Flip en diens buurmeisje daadwerkelijk beleefden.
De verhaaltjes werden geïllustreerd door een andere vaste Parool-medewerkster: Fiep Westendorp. Schmidts gewoonte om haar werk pas vlak voor de deadline af te ronden, leidde daarbij regelmatig tot praktische problemen.
[bewerk] Boekjes
Het eerste bundeltje met Jip-en-Jannekeverhalen verscheen in 1953 bij De Arbeiderspers. Tot 1960 werden in totaal acht boekjes uitgebracht. In de loop der jaren verschenen er tevens vertalingen in het Duits (Heiner und Hanni en Julia und Alexander), Engels (Mick and Mandy en Bob and Jilly), Spaans (Mila y Yaco), Ivriet (Yip we-Yaneqe), Indonesisch (Tono dan Tini), Ests (Jip ja Janneke), Latijn (Jippus et Jannica) en Twents (Jipke en Jannöaken.)
De illustraties van Fiep Westendorp waren volgens de Britse uitgever niet geschikt voor de Engelse markt: om de plaatjes ook met de eenvoudige druktechniek van een krant goed te laten ogen had Westendorp ervoor gekozen om Jip en Janneke als zwarte silhouetten weer te geven. Dit werkte volgens de Britten discriminatie in de hand omdat Jip en Janneke er nu uitzagen als negertjes. In Engeland werden daarom andere illustraties gebruikt.
[bewerk] Erfenis
Met het verschijnen van het laatste verhaaltje in 1957 was de geschiedenis van Jip en Janneke niet ten einde.
In de jaren zeventig voorzag Fiep Westendorp voor het tijdschrift Bobo alle verhaaltjes van nieuwe tekeningen. Hoewel het hier kleurenillustraties betrof, bleven Jip en Janneke zelf zwart-witfiguurtjes, waarmee het oorspronkelijke karakter van de plaatjes gehandhaafd bleef.
Naast de boekjes zijn er nog talrijke andere Jip-en-Jannekeproducten in de handel gebracht. Het startsein voor deze merchandising werd al in 1959 gegeven toen de firma Dehnert & Jansen Jip-en-Jannekegordijnen op de markt bracht. Het assortiment is in de loop der jaren uitgebreid met legpuzzels, pyjama's, melkbekers, tandenborstels, kinderstoeltjes, lunchtrommels enz. Het meeste van deze merchandising is thans exclusief bij de HEMA te koop.
Sedert 10 oktober 1992 zijn Jip en Janneke (en Takkie) vereerd met een beeld in Zaltbommel, onthuldt door Annie MG Schmidt en Fiep Westendorp, die in Zaltbommel geboren was.
Na het overlijden van Fiep Westendorp in 2004 is het hele Jip en Janneke-archief van haar aan het Maarten van Rossum-museum in Zaltbommel nagelaten
[bewerk] Jip-en-Janneketaal
Eenvoudig taalgebruik zoals dat in de Jip-en-Jannekeboekjes wordt gehanteerd, staat sinds 2002 in de Nederlandse politiek bekend als Jip-en-Janneketaal. In de aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen van dat jaar hanteerde VVD-partijvoorzitter Bas Eenhoorn die term toen hij VVD-lijsttrekker Hans Dijkstal aanraadde om meer klare taal te gebruiken. Politieke tegenstanders van de VVD gebruikten Eenhoorns ongelukkige woordkeus vervolgens om te suggereren dat de VVD het electoraat als kleine kinderen zou beschouwen. De uitdrukking Jip-en-Janneketaal wordt sindsdien zowel in positieve als in negatieve zin gebruikt om eenvoudig taalgebruik van politici aan te duiden.
Ook de streepjes tussen de lettergrepen die in de Jip-en-Jannekeverhalen worden gebruikt om ze voor kinderen eenvoudiger leesbaar te maken, hebben een bredere betekenis gekregen. De Taalkalender gebruikte ooit het woord Jip-en-Jannekestreepjes voor overbodige streepjes tussen de leden van lange samenstellingen.