Parel
Van Wikipedia
Zie voor het aardappelras: Parel (aardappel) |
Een parel is een hard, rond voorwerp dat door bepaalde weekdieren (hoofdzakelijk oesters, soms slakken) wordt gemaakt, en dat opgevist wordt om als sieraad te dienen.
Inhoud |
[bewerk] Etymologie
De herkomst van het woord parel staat niet vast, misschien is het afgeleid van schelpsoort Latijn voor perna of van ronde vorm sphaerula. Ze bestaat uit parelmoer; dit is voornamelijk koolzure kalk (in de vorm van aragoniet) en organische hoornstof (conchyne) die de concentrish om een middelpunt gerangschikte microkristallen aan elkaar kit. Ofschoon de hardheid slechts 2,5 tot 5 is, zijn parels buitengewoon vast. Het is bijna onmogelijk ze met de hand stuk te maken. De laagjes worden door een hoornachtige stof, het eiwit conchiolin, aan elkaar gekit. Het geheel is het parelmoer.
[bewerk] Geschiedenis
Hoewel parels binnen 100-105 jaar verouderen, dan bladdert het parelmoer af, heeft men in Pompeji parels gevonden uit het jaar 79 na Christus. Het is waarschijnlijk dat mensen al 6000 jaren parels kennen. Egyptenaren waren ermee vertrouwd en ook bij opgravingen in Mexico werden parels gevonden (deze stammen uit 2500 voor Christus). In India worden parels gebruikt als talisman. Volgens de overtuiging van Mongolen verhoogt afkooksel van parels de kracht van de mannen. Parels schijnen vrouwen mooie dromen te geven. Chinezen gebruikten parels in de geneeskunde. Romeinen beschouwden ze als symbool van macht, wijsheid en geluk.
[bewerk] Ontstaan
Parels vormen zich in oestersachtige zeemossels, enkele soorten zoetwatermossels en soms ook in slakken. Ze ontstaan als reactie op binnengedrongen vreemde delen tussen de schelp en de mantel of zelfs in het inwendige van de mantel. De buitenhuid van de mantel, het mantelepitheel, die gewoonlijk parelmoer vormt aan de binnenzijde van de schelp, omsluit echter ook binnengedrongen vreemde voorwerpen. En uit deze inkapsels ontstaat de parel. Als de parel op de binnenkant van de schelp groeit, dan moet ze uit de wand worden gezaagd. De vorm is dan slechts halfkogelvormig. Deze parels het blitser Engels voor huidblaasje of schaalparel, In de handel worden deze parels wel met goed passende parelmoer gerepareerd tot ronde of bolvormige parels. Geschat wordt dat in 1 op de 15000 wilde oesters een parel zit.
[bewerk] Voorkomen
In deze tijd komen de meeste parels uit kwekerijen. In de natuur komen ze voor in Sri Lanka, Zuid-India (Golf van Mannar), de Perzische Golf, Saoedi-Arabië, Iran, Oman. Pareloester groeien op Tahiti en voor de kusten van Japan, Mexico, Panama en Californië. De pareloester Pinctada maxima heeft een diameter van 30 cm en weegt 5,5 kilogram. Hij komt voor langs de kusten van Noord- en West Australië. De grootste pareloester is Tridacna gigas met een diameter van 1 meter en een gewicht van 225 kilogram. Minder bekend zijn de zoetwateroesters uit de Mississippi, en de historische vindplaatsen in Duitsland en Bohemen. De grootte van de parels varieert van een speldenkop tot een duivenei. De grootste tot dusver gevonden parel (naar een vroegere eigenaar Hope-parel genoemd is 5 cm lang en weegt 454 karaat (1814 grein). Deze parel wordt bewaard in het South Kensington Museum in Londen. Bijna alle parels worden tegenwoordig gekweekt. Hiervoor wordt in de oester een klein korreltje parelmoer gelegd en de parel kan dan na twee jaar geoogst worden. De teelt is door de Japanner Kokichi Mikimoto ontwikkeld en in 1896 gepatenteerd. De glans van parels hangt van de reflectie en de breking van het licht in de doorzichtige lagen af. Naarmate de laagjes dunner en talrijker zijn, is de glans fijner.
De sierwaarde van een parel hangt af van de glans, kleur, grootte, perfectie en symmetrie, waarbij de glans het belangrijkste is. Daarom is een kleine Japanse parel meer waard dan een grote parel uit de Grote Oceaan. Perfecte parels zijn zeldzaam en worden in ringen verwerkt. Traanvormige parels worden vaak als hanger gebruikt en onregelmatig gevormde in kettingen.
[bewerk] Zwarte parel
Doorgaans is de parel licht van kleur, maar er zijn er ook met een donkere kleur, de zogenaamde zwarte parels. Deze worden door de zwartkleppige pareloester Pinctada margaritifera, die in de Grote Oceaan leeft, gevormd door de afzetting van een grijze tot zwarte parelmoerstof. Sinds 1963 worden deze oesters gekweekt. Jonge nog vrijlevende oesterlarven worden gevangen en opgekweekt op mosselgaas. Na drie jaar wordt in de dan volwassen oester een parelmoerkorreltje ingebracht, waarna het nog twee tot drie jaar duurt voordat te zien is of er een parel gevormd wordt. De bekendste zwarte parel is de Azra. Ze vormt het hart in een ketting van de Russische kroonjuwelen.