Slag bij Pavia (1525)
Van Wikipedia
De Slag bij Pavia (24 februari 1525) was een voortzetting van de Italiaanse oorlogen die in 1494 begonnen. Italië was tijdens de Renaissance verdeeld in verschillende rivaliserende staten die werden bedreigd door de Europese grootmachten van die tijd, voornamelijk Frankrijk en Spanje. Zwitserse huursoldaten hielden de balans tussen Noord en Zuid in evenwicht.
Koning Frans I van Frankrijk, met de Venetiërs als bondgenoot, had een duidelijke overwinning behaald op de Zwitsers tijdens de Slag van Marignano, bij Milaan, op 13-14 september 1515. Deze slag kreeg grote aandacht in Europa omdat ridders voor de laatste maal wonnen van het pas ten tonele verschenen kanon.
Clemens VII raakte gealarmeerd toen Keizer Karel V het Koninkrijk Napels en Lombardije in zijn macht had. Hij sloot in 1525 een verbond met Frans I die opnieuw over de Alpen trok met een leger van 26.000 Fransen, Italianen, Zwitsers en Duitsers. De campagne begon succesvol, met de verovering van Milaan en Frans' triomfantelijke intocht. Hij talmde echter bij het beleg van Pavia, 35 km ten zuiden van Milaan. De Habsburgse Keizer verloor geen tijd en stuurde een leger van 23.000 man, onder bevel van Francisco de Avalos, Markies van Pescara, om het belegerde garnizoen van 6000 man te steunen.
[bewerk] De veldslag
Eind januari 1525 kwamen de versterkingen aan, maar hun tegenstanders bleven gedurende drie weken rustig. In de nacht van 23 op 24 februari kregen de Keizerlijke troepen door een verrassingsaanval via een bres toegang tot het Franse kamp. Ze werden geleid door een Frans legeraanvoerder, Charles de Bourbon, die tijdens de Slag van Marignano nog aan de kant van de Franse koning streed, maar nu van kamp had gewisseld. De Franse koning maakte een zware tactische fout door zijn cavalerie vóór de artillerie op te stellen, waardoor de kanonnen inactief moesten blijven. Frans I mengde zich in de zwaarste gevechten en werd gevangengenomen nadat zijn paard door een kruisboogschot werd gedood.
De Fransen verloren de slag, een groot deel van het legerkader sneuvelde en de Franse Koning werd in Villefranche bij Nice naar Spanje verscheept. Hij kwam in 1526 vrij na betaling van losgeld en een handtekening onder een overeenkomst waarin hij afstand deed van verdere aanspraken op Artois, Bourgondië en Italië. Zie Vrede van Madrid.