Soemba
Van Wikipedia
Soemba | |
Basisgegevens | |
Locatie | Indische Oceaan |
Eilandengroep | Kleine Soenda-eilanden |
Coördinaten | |
Land | {{{land}}} |
Hoofdplaats | {{{hoofdplaats}}} |
Oppervlakte | 11.150 km² |
Omtrek | |
Inwonertal | ca. 600.000 |
Landgebruik | |
Overig | |
![]() Bosbranden op Soemba en Flores. Foto: NASA ![]() ![]() Soemba bestaat uit de regentschappen Oost-Soemba en West-Soemba |
Het droge en bergachtige eiland Soemba of Sumba (vroeger door de Nederlanders Sandelhouteiland genoemd), behoort tot de Kleine Soenda-eilanden van Indonesië.
Het eiland meet 210 km bij 40 km en heeft een oppervlakte van 11.150 km².
Het ligt in de Indische Oceaan, oostelijk van Java en ten zuiden van Flores, op een afstand van ongeveer 400 km van Bali.
Soemba is een betrekkelijk geïsoleerd eiland zonder duidelijke economische perspectieven. Het staat op de vierde plaats gerangschikt op de lijst van de armste gebieden van Indonesië. Cultureel gezien is het echter één van de rijkste eilanden, waar de traditie (adat) nog overal een grote rol speelt. Het is één van de laatste gebieden op aarde waar het animisme nog volop aanwezig is.
Inhoud |
[bewerk] Geografie
Soemba ligt op een niet meer actieve vulkanische gordel die gevormd wordt door de eilanden Soemba, Savoe, Roti en Timor.
- Van oost naar west loopt langs de noordkust een vlakke strook, die bijna overal onvruchtbaar, droog en steenachtig is. In het oosten is de strook breed en naar het westen toe smaller. Bij kaap Sasar in het noorden loopt het gebergte echter tot aan de kust.
- In het westen bij Kodi bestaat het eiland uit een brede kustvlakte.
- Al het overige is bergland met een hoogvlakte van gemiddeld 400 tot 500 meter hoog. De hoogste berg is de top van de uitgebrande vulkaan, de Wangga Meti (1225 m.)
- Het geheel is een land van kalkheuvels en kalkplateaux, behalve aan de zuidkust waar vulkanisch gesteente de kalkrotsen heeft doorbroken en zwaar begroeide bergen zich verheffen. Hoe verder naar het westen hoe minder woest het gebied wordt.
- Vlaktes zijn er alleen bij Lewa, Anakalang en Waikaboebak.
- De gehele zuidkust is steil, het gebergte komt tot vlak aan zee. Slechts een enkele rivier doorbreekt de bergruggen en vormt dan een brede vruchtbare vlakte (Lamboja en Wanokaka).
- Er zijn enkele autowegen, maar over het algemeen is het eiland moeilijk te bereizen.
[bewerk] Bestuurlijke indeling
Soemba is onderdeel van de provincie Oost-Nusa Tenggara en bestaat uit de twee regentschappen:
- West-Soemba met Waikabubak als administratieve hoofdstad en
- Oost-Soemba met Waingapu als hoofdstad.
[bewerk] Steden en dorpen
- Oost-Soemba: Waingapu (hoofdstad en haven), Pajeti, Kambaniru, Lewa, Melolo, Mangili, Kananggar, Patawange en Boing
- West-Soemba: Waikabubak (hoofdstad, vliegveld), Karuni, Memboro (haven), Lawonda, Anakalang, Wanokaka, Roea, Wai Kelo, Bondokodi, Rara, Patiala en Lamboja
[bewerk] Verkeer en vervoer
- Vliegverbinding: Kupang (Timor) - Waikabubak (vliegveld Tambolaka)
- Bootverbinding: Ende (Flores) - Waingapu en Sumbawa Besar - Waingapu
- In het binnenland is er eigenlijk slechts één voor auto's begaanbare weg. De rest van het eiland is, zelfs te paard, moeilijk toegankelijk.
[bewerk] Bevolking
[bewerk] Demografie
- Aantal in 2000: 600.000 (1990: 450.000)
- Bevolkingsgroepen: De "oer-Soembanees" wordt volgens H.J.T. Bijlmer gekarakteriseerd door de Maleise (proto-maleise of oer-maleise) elementen, terwijl er weinig Melanesische inslag is. Hij meent dat de gehele Soembaneze bevolking uit één groep bestaat. Keers spreekt van een vermenging tussen Negrito's en Proto-Maleiers. Op Oost-Soemba onderscheidt hij twee groepen: de Oost-Soembanees (die ook , voor een deel met anderen vermengd voor komt op West-Soemba) en de "Sabunees". Met deze laatste doelt hij niet op de Savoeneze immigranten die vanaf de achttiende eeuw naar Soemba kwamen, maar op de oorspronkelijke bevolking die eerst naar Soemba kwam en later deels verder trok naar het eiland Savoe. Op Soemba vermengde deze groep zich met de oorspronkelijke bewoners en men noemt zich zelf nu Soembanees. Tegenwoordig wonen er op Soemba o.a. de volgende (grotere) bevolkingsgroepen: Soembanezen, Savoenezen (Immigranten van het eiland Savoe ) en Endenezen (uit de plaats Ende op Flores ).
- Bevolkingsdichtheid: West-Soemba is dichter bevolkt dan het meer bergachtige Oost-Soemba.
[bewerk] Religies
![]() |
- Een gedeelte van de bevolking hangt het christendom aan. In 1961 telde de Geredja Kristen Sumba ruim 45.000 zielen en de Gereja Katolik Sumba 23.000 zielen. De Zending op Soemba begon al in 1872.
- Verder zijn er Moslims en
- aanhangers van het oorspronkelijke geloof de Marapu-godsdienst, een Animistische religie. 'Marapu' betekend: 'de zeer verhevene', 'de zeer vereerde'. De marapu zijn de voorouders tot wie men bid als bemiddelaar tussen de mens en de schepper-god, die boven de voorouders staat. Deze god maakte de eerste mensen en wordt nooit rechtstreeks aangesproken. In de stamdorpen zijn er speciale adat-huizen voor de eredienst en in elk huis is altijd een plaats voor de aanbidding. De marapu-religie wordt in Indonesië (nog) niet erkend als officiele godsdienst.
[bewerk] Taal
![]() |
Indonesisch is tegenwoordig de officiële taal zoals het Maleis dat was in de tijd van de Nederlands-Indië. Het zijn deze talen die worden gebruikt door bestuur en indertijd door de zending.
De oorspronkelijke talen van Soemba behoren tot de Bima-Soembatalen. Het eiland kent hiervan bovendien meerdere dialecten. Onderling verstaat men elkaar soms niet of nauwelijks. De talen 1, 2, 4, 5, 6 en 7 zijn enigszins verwant.
- Laura (10.000 sprekers)
- Mamboru (16.000 sprekers)
- Kodisch (40.000 sprekers)
- Wanukaka (10.000 sprekers)
- Lambojaas (25.000 sprekers)
- Wadjewaas (65.000 sprekers)
- Anakalangu (14.000 sprekers)
- Soembanees (234.000 sprekers)
- Savoenees (20.000 sprekers op Soemba)
Behalve het Savoenees, worden deze talen alleen op Soemba gesproken.
[bewerk] Middelen van bestaan
Door het lang durende droge seizoen en de korte regenperiode is er vaak slechts één oogst per jaar mogelijk. Het stapelvoedsel bestaat voornamelijk uit producten van de droge landbouw zoals tapioca, yam en maïs. Voedselhulp wordt al meerdere jaren door de Indonesische staat verstrekt. De meerderheid van de bewoners leeft onder de armoedegrens.
- Oost-Soemba krijgt gemiddeld slechts 800 mm regen per jaar en is erg droog. Men leeft er o.a. van de verkoop van Karbouwen, vis, mais en producten van de lontarpalm. Ook zijn de op Oost-Soemba gefokte paarden bekend. (Rond 1900 werden er al zo'n 2000 paarden per jaar geëxporteerd naar Java). Ook nu nog worden ze geëxporteerd naar andere eilanden als trekpaard voor rijtuigen. Ze staan bekend om hun uithoudingsvermogen en taaiheid, mogelijk ontstaan door het eten van het veel voorkomende scherpe gras (alang alang) op Soemba.
- West-Soemba is vruchtbaarder door de jaarlijkse neerslag van ongeveer 2250 mm en produceert kapok, pinangnoten en tabak.
- In het westen en rond de rivieren en bronnen verbouwt men ook (rijst).
- Aan de kust is visserij en handel.
[bewerk] Geschiedenis
[bewerk] Oorsprong van de naam Soemba
Soemba is de naam die door de bewoners zelf aan hun land is gegeven. De overlevering zegt hiervan dat een der eerste stamvaders Oemboe Waloe Mandokoe, een vrouw had met de naam Hoemba. Oemboe, die in een prauw aankwam noemde het eiland naar zijn vrouw Hoemba.*
[bewerk] Oorlogen
Onder invloed van het onherbergzame gebied, de geïsoleerdheid van de dorpen, de onverstaanbaarheid van elkaars talen en het animistische geloof waren er tot aan de twintigste eeuw nog vele interne oorlogen en oorlogjes tussen de verschillende koninkrijkjes, dorpen en bevolkingsgroepen.
- De oude oorlogen worden elk jaar herdacht tijdens het Pasola festival. In 1992 liep dat uit de hand toen er verschillende doden vielen en een groot aantal huizen afbrandde tijdens een wel erg realistische herdenking.
[bewerk] De vroegste geschiedenis
Tussen de 3e en de 5e eeuw werd Soemba al bewoond. Men heeft bij Melolo wapens en metalen gereedschappen gevonden uit die periode. Het eiland was totaal geisoleerd tot dat in de 11e eeuw Arabische handelaren het eiland bezochten.
[bewerk] De eerste machtshebbers
- In de veertiende eeuw stond Soemba onder controle van de Majapahit dynastie van Java.
- Daarna stond men onder invloed van de Bima op Soembawa en later van de Gowa op Celebes.
[bewerk] De Europeanen
Het eiland werd voor het eerst door Europeanen bezocht in 1522.
- Het eiland was indertijd bekend om zijn Sandelhout. Dit hout komt nu nog slechts zeer beperkt voor en de export is al sinds 1914 verboden. Tot de ontdekking van de penicilline was Sandelhout het enige middel tegen geslachtsziekten en daardoor erg kostbaar. Het werd in grote hoeveelheden geëxporteerd naar Europa, de Arabische landen en China.
- Ook was er handel in hout, paarden, betelnoten, fruit en ikat .
[bewerk] Eerste contacten met Nederland
- De eerste contacten met Nederland stammen uit 1754 toen de Nederlandse regering een brief gericht "aan haar getrouwe vrienden en bondgenoten, de Koningen en regenten op Soemba, haar toewenschende voorspoed en een gelukkige en vreedzame regering over hare onderdanen". Men bedankte tevens voor het ontvangen geschenk, bestaande uit twee slaven, een man en een vrouw.
- Rond 1838 kent het eiland een geschiedenis van zeeroverij, strandroof en slavenhandel. De Nederlandse regering wenste geen gewelddadig optreden (zoals vanuit Timor werd gevraagd), maar meer een "politiek van vriendschappelijke relatie".
[bewerk] Het Nederlands gezag wordt gevestigd
- Op 31 augustus 1866 kregen de Nederlanders de controle over het eiland en aanvaardde de Controleur Roos het bestuur over het eiland. De gedragslijn daarbij was dat men de bevolking liet onder het bestuur van haar eigen hoofden (radjas). Rechtstreekse inmenging van het bestuur mocht niet plaats hebben. Men mocht wel raadgevend optreden en aanwijzingen geven wat nuttig en heilzaam was, maar nooit bevelen. De reden daarvan was dat Nederland de macht miste om gehoorzaamheid af te dwingen.
- Pas onder Van Heutz in 1906 werd het eiland "gepacificeerd" d.w.z. bezet door Nederlandse militairen en nam de macht van de Radja's af. In 1913 kon het militair gezag vervangen worden door civiel gezag. Een controleur nam het gezag op zich, enige jaren later vervangen door een assistent-resident.
- De invloed van het bestuur was alleen te merken in de toegangkelijke gebieden. Het grootste gedeelte van het eiland was ontoegankelijk en behield veel van de oorspronkelijke cultuur. Het eiland werd verdeeld in districten en onderdistricten die veelal onder lokaal bestuur werden gelaatst. De indeling viel vaak min of meer samen met de taalkundige grenzen. Pas in 1933 was het zo rustig dat men de militairen kon vervangen door gewone politie.
[bewerk] Na de Tweede Wereld oorlog
Na het uitroepen van de Indonesische staat nam het centrale gezag van Indonesië in 1950 het eiland over. Alhoewel de macht van de lokale radja's en hun familieleden door Djakarta niet werd erkend kregen velen toch een functie in het nieuwe bestel en behielden daarmee (althans een deel van) hun machtige positie die zij altijd hadden gehad.
[bewerk] Ontwikkeling
Zoals gezegd heeft Soemba niet veel economische perspectieven. Het staat op de vierde plaats gerangschikt op de lijst van de armste gebieden van Indonesië. Eén van de oorzaken is droogte en de onvruchtbare grond, met name in Oost-Soemba. In 1990 kwam een stuwdam in de Melolorivier tot stand en kon vanaf 1991 vruchtbare grond verdeelt worden onder arme Soembanezen. In 1995 en 1996 gebeurde het zelfde na de bouw van een dam in de grote Kambanirurivier.
[bewerk] Zie ook
Bronnen en referenties: |
|