Kerkgebouw
Van Wikipedia
Een kerk is een plaats van samenkomst voor christenen. In dit gebouw worden diensten en andere samenkomsten belegd ter ere van God. In sommige kerken staat een altaar dat gebruikt wordt bij de uitvoering van sacramenten. Een kerk wordt ook wel bedehuis, Godshuis of tempel genoemd.
[bewerk] Beknopte geschiedenis
De eerste christenen kenden geen kerken maar kwamen bijeen op iedere geschikte plaats. Pas na enkele eeuwen werden gebouwen speciaal voor de eredienst gebouwd. De oudste bekende kerk is die van Dura Europus in Syrië. Deze kerk is voor het jaar 257 gebouwd. Een belangrijke stimulans voor de kerkenbouw was het Edict van Milaan in 313, waardoor de christelijke kerk gelegaliseerd werd. De eerste kerken kenmerken zich door een grote variëteit in vormen, maar vanaf de tweede helft van de 4e eeuw wordt de basiliek het meest voorkomende bouwtype. De kerkenbouw in het Oost-Romeinse Rijk wordt gekenmerkt door een neiging tot centraalbouw.
In het Karolingische Rijk worden de Romeinse bouwmethodes verder ontwikkeld en verspreid naar gebieden waar deze kennis verloren was gegaan. Uit de Karolingische architectuur komt in de 9e eeuw de romaanse stijl voort, waarin een toenemende drang tot verticaliteit zich uit in de bouw van torens. Deze romaanse architectuur kenmerkt zich verder door het gebruik van ronde vormen, dikke muren en kleine vensters en vindt toepassing in de gehele christelijke wereld.
Door de opkomst van de gotiek, dat door een ingenieuze skeletconstructie de bouw van zeer hoge en goed verlichte kerken mogelijk maakt, wordt de romaanse stijl vanaf de 13e eeuw in grote delen van Europa verdrongen, al vindt er in sommige streken een tijdelijke symbiose tussen de twee stijlen plaats in de vorm van de romanogotiek. Tot ver in de 16e eeuw is de gotiek de kerkelijke bouwstijl bij uitstek. De stijl wordt, behalve door een grote verticaliteit, gekenmerkt door spitsbogen en een grote mate van ornamentiek.
De gotiek wordt vanaf de 16e eeuw vervangen door de renaissance, een stijl die in eerste instantie vooral van belang is in Italië maar snel verspreid wordt over Europa. De architectuur van de renaissance grijpt sterk terug op de architectuur uit de Oudheid en kent een voorkeur voor centraalbouw, eventueel in combinatie met de traditionele basilikale opzet. Na de reformatie zijn het vooral de protestanten die de renaissance-architectuur verder gebruiken. Het katholieke antwoord hierop is de barok. In de loop der 18de eeuw vindt het classicisme wijde toepassing, zowel bij protestanten als katholieken. Rond de eeuwwisseling gaat dit classicisme over in het neoclassicisme. De 19e eeuw wordt daarna gekenmerkt door een herwaardering voor de bouwstijlen uit de Middeleeuwen. De neogotiek en de andere daaruit voortkomende neo-stijlen zijn tot ver in de 20e eeuw toonaangevend. Vanaf het einde van de Eerste Wereldoorlog loopt de ontwikkeling van de kerkenbouw grotendeels samen met die van de profane architectuur.
[bewerk] Soorten kerken
Voor veel termen betreffende de kerkbouw zie: Glossarium van de bouwkunde
[bewerk] Zie ook
{{{afb_links}}} | Christendom (Portaal) | {{{afb_groot}}} | |
---|---|---|---|
Bijbel - Jezus - Heilige Geest - Maria - Kerk - Monnik - Paus - Kardinaal - Bisschop - Priester - Pastoor - Kapelaan - Diaken - Dominee - Doop - Belijdenis - Avondmaal - Eucharistie - Liturgie - Liturgisch vaatwerk - Zonde - Vrijzinnig protestantisme - Vergeving - Geschiedenis van het christendom - Christendom van A tot Z |