P.H. Ritter jr.
Van Wikipedia
Pierre Henri Ritter (Utrecht, 16 augustus 1882 – Houten, 13 april 1962) was een Nederlands journalist, letterkundige, criticus en publicist.
Inhoud |
[bewerk] Levensloop
Ritter, wiens vader Pierre Henri Ritter (1851-1913) remonstrants predikant en later hoofdredacteur van het Amsterdamse dagblad Het Nieuws van den Dag en hoogleraar wijsbegeerte was, studeerde na zijn gymnasiumtijd rechten aan de universiteiten van Amsterdam (tot aan het kandidaatsexamen) en Utrecht. Aan de laatste universiteit promoveerde hij in 1909 op stellingen. Tussen 1903 en 1910 verscheen proza van hem in de stijl van Van Deyssel in De XXe Eeuw ; dit vroege werk is gebundeld in zijn, onder het pseudoniem Rudolf Atele verschenen Kleine Prozastukken (1911). Later publiceerde hij dit werk onder eigen naam, maar ter onderscheiding van zijn vader plaatste hij er 'jr.' achter. Zo ontstond de naam waaronder hij jarenlang grote bekendheid genoot: dr. P.H. Ritter Jr.
Na zijn promotie in 1909 was Ritter werkzaam bij de overheid. In 1910 werd hij adjunct-commies bij het CBS, en in het jaar daarop werd hij adjunct-commies bij het ministerie van Landbouw, Nijverheid en Handel, waar hij nog datzelfde jaar commies werd. G.H. Pannekoek, die destijds net als Ritter in Voorburg woonde en dagelijks met hem de stoomtram naar Den Haag nam, haalde Ritter over een literaire rubriek voor Het Vaderland te schrijven. In 1912 werd hij secretaris van de Mijnraad, en in 1916 chef van de derde afdeling van de Provinciale Griffie in Zeeland. Van 1918-1934 was hij hoofdredacteur van het Utrechtsch (Provinciaal en Stedelijk) Dagblad. Ritters literaire productie, proza van geringe betekenis, raakte in die periode op de achtergrond en het accent kwam te liggen op journalistiek en beschouwend werk: als criticus voor de krant en voor enkele literaire tijdschriften en als auteur van handleidingen voor welsprekendheid en redactievaardigheid. Van 1935 tot 1937 was hij redacteur van De Groene Amsterdammer.
Ware pioniersarbeid verrichtte Ritter met zijn wekelijkse boekenrubriek voor de AVRO en in die zin is hij van grote betekenis geweest voor de popularisering van de literatuur. Op 3 december 1925 maakte hij op uitnodiging van Willem Vogt zijn radiodebuut bij de Hilversumsche Draadloze Omroep met de causerie 'De betekenis van het boek en de literatuur voor onzen tijd'. Ritter, wiens aanbevelingen doorgaans in milde kritiek waren gevat, was vervolgens van 1928 tot 1957 via de ether te beluisteren – met een onderbreking tijdens de oorlogsjaren. Overigens kwamen er in die in totaal liefst 1393 uitzendingen, al dan niet in samenspraak met Ritter, ook anderen aan het woord.
Op 7 oktober 1940 's nachts om 4 uur werd er door de Sicherheitsdienst aangebeld bij Ritters Utrechtse woning. Ritter (een fel tegenstander van het nationaal-socialisme die zijn overtuiging meermalen in zijn boekbesprekingen had laten doorschemeren) werd met 115 andere bekende Nederlanders als gijzelaar naar het concentratiekamp Buchenwald gebracht. Het was een besluit van Rijkscommissaris Seyss-Inquart als represaille 'tegenover de houding der Nederlandse autoriteiten in Indië jegens de aldaar woonachtige Duitsers'. Op 9 oktober kwam de groep te Buchenwald bij Weimar aan. Ritter deelde zijn slaapzaal met onder anderen jhr. mr. Marinus van der Goes van Naters (lid van de Tweede Kamer), prof. J.H.W. Verzijl, prof. jhr. B.C. de Savornin Lohman (lid van de Eerste Kamer), jhr. W. Röell, de letterkundige H. van Wermeskerken, mr. S.J.R. de Monchy (burgemeester van Den Haag), A.J. Lievegoed (chef van de Regeringspersdienst), dr. Willem Drees (lid van de Tweede Kamer), mr. dr. L.N. Deckers (oud-minister), Anton Constandse, H.W. Tilanus (lid van de Tweede Kamer) en prof. dr. Pieter Geyl. Meer dan een jaar later, op 15 november 1941 werd het gezelschap uit Buchenwald per trein naar Nederland vervoerd, naar het grootseminarie Haaren bij Oisterwijk.
Ritters vriend en mede-gevangene Jo Juda gaf in zijn herinneringen (uitgegeven onder de titel Jantje Paganini, Häftling 2613, 1940-1945) een overzicht van de plekken van gijzeling. Deze zullen ook voor Ritter hebben gegolden:
- 7 oktober 1940-15 november 1941: concentratiekamp Buchenwald;
- 16 november 1941-mei 1942: groot-seminarie, Haaren;
- 11 mei 1942-29 oktober 1942: klein-seminarie Beekvliet, Sint-Michielsgestel;
- 29 oktober 1942-6 september 1944: jongenskostschool de Ruwenberg;
- 6 september 1944-16 september 1944: concentratiekamp Vught.
Op 17 september 1944 kwam er zodoende een einde aan de gijzeling. De Duitsers wilden het kamp voor krijgsgevangenen inrichten en lieten de gijzelaars vrij. Ritter schreef later in zijn herinneringen:'
- Wij hadden slechts tien minuten tijd, het kamp te verlaten, en moesten alles in de steek laten. We zijn onverhoeds vrijgelaten, zonder dat de moffen ons gelegenheid hebben gegeven onze bagage mee te nemen. Op de Ruwenberg beschikte ik over boeken, want de relaties met de groote wetenschappelijke bibliotheken waren vlot. Mijn aanteekeningen en verder materiaal moest ik op den Ruwenberg laten liggen, – er werd ons bij het vertrek geen tijd gegeven iets mee te nemen. Correspondentie heb ik moeten achterlaten.
Hij hervatte zijn boekbesprekingen voor de AVRO-radio op 20 januari 1946 en bleef daarnaast actief als redacteur en medewerker van diverse tijdschriften.
In 1957 nam Ritter afscheid van de AVRO. Na een kortstondig verblijf in het herstellings- en verplegingsoord Unicum in Houten overleed hij vijf jaar later op 79-jarige leeftijd. AVRO-medewerker Jan van Herpen heeft een studie gepubliceerd van Ritters radiowerk en de uitgave van een groot deel van diens zeer omvangrijke literaire correspondentie verzorgd.
[bewerk] Selectie uit het werk
[bewerk] Proza
- 1911 - Kleine prozastukken (onder het pseudoniem Rudolf Atele). Krimpen a/d Lek: Meindert Boogaerdt.
- 1923 - De ijlende reis. Verhalen. Bussum: Van Dishoeck.
- 1926 - Het verwijt. Roman. Edam: De Klyne Librye.
- 1926 - Een week minister, of de glorierijke dagen der rapalje-partij. Roman. Utrecht: Bruna.
- 1928 - De derde: een kleine roman. Laren (Gooiland): Schoonderbeek.
- 1930 - Het gobelijn der dagelijksche vreugden. Verhalen. Amsterdam: Van Kampen.
- 1934 - Woeker: een roman uit het ambtenaarsleven. 's-Gravenhage: Daamen.
- 1934 - Het welkom schandaal. Roman. Amsterdam: Van Kampen.
- 1935 - Kain en Abel: roman. Amsterdam: Scheltens & Giltay.
- 1936 - De goede herder: roman. Amsterdam: Scheltens & Giltay.
- 1938 - Vredenhof: roman. Amsterdam: Scheltens & Giltay.
- 1950 - Hemeltje-blauw. Novelle. Baarn: De Boekerij.
[bewerk] Beschouwend werk
- 1912 - Lodewijk van Deyssel. Biografie. Haarlem: Tjeenk Willink.
- 1919 - Zeeuwsche mijmeringen. Bussum: Van Dishoeck.
- 1921 - De kunst van het reizen. Arnhem: Van Loghum Slaterus en Visser.
- 1922 - De legende van het juweel. Essay. Amsterdam: Querido.
- 1928 - De kritische reis. Essays. Amsterdam: Holland.
- 1928 - De apologie van den misdadiger. Utrecht: De Gemeenschap.
- 1933 - De drang der zinnen in onzen tijd. Amsterdam: Scheltens & Giltay.
- 1934 - Over Mussert. Baarn: Hollandia.
- 1934 - Over Wijnkoop. Baarn: Hollandia.
- 1939 - Een kapper over een professor. Biografie van Nicolaas Beets. Nijkerk: G.F. Callenbach.
- 1948 - Vertoog en ontboezeming: verzameld essayistisch proza, ingeleid door Anton van Duinkerken met een bibliografie door G.H. 's-Gravesande. Utrecht: Bruna.
- 1956 - Ontmoetingen met schrijvers. Boekenweekgeschenk.
[bewerk] Handleidingen
- 1926 - De lusten en lasten der redeneerkunst. Amsterdam: Querido.
- 1932 - De kunst van het schrijven. Leiden: Handelswetenschappelijke Bibliotheek.
- 1933 - Het sollicitatie-gesprek. Den Haag: Maandblad Succes.
- Het woord voeren. Den Haag: Maandblad Succes.
- Een vergadering leiden. Den Haag: Maandblad Succes.
- 1939 - 'De ambtelijke taal'. In: Het orkest der overheid: ambtenaren op hun post, p. 97-125. Alphen aan den Rijn: Samson.
- 1940 - Van stamelaar tot redenaar. Utrecht: Bijleveld.
[bewerk] Proefschrift
- 1909 - Stellingen ter verkrijging van den graad van doctor in de rechtswetenschap. Utrecht: Den Boer.
[bewerk] Briefwisseling
- 1985 - Onze fatale geboortestad: de briefwisseling met C.C.S. Crone.
- 1985 - Hij droeg de zee en de verte aan zich mee: de briefwisseling Dr. P.H. Ritter Jr. - J.J. Slauerhoff (1930-1936), bezorgd en van aantekeningen voorzien door Jan. J. van Herpen. Utrecht, Hes. ISBN 90-6194-484-8.
- 1986 - Een toegenegen vriend, al ben ik wellicht lastig: de briefwisseling Dr. P.H. Ritter Jr. - Herman de Man aangevuld met andere brieven en documenten (1928-1946), bezorgd en van aantekeningen voorzien door Jan. J. van Herpen. Utrecht, Bibliotheek der Rijksuniversiteit/Hes. ISBN 90-6194-136-9.
- 1986 - De oude heer in Den Haag: de briefwisseling Dr. P.H. Ritter Jr. - Willem en Jeanne Kloos (1916-1949), bezorgd en van aantekeningen voorzien door Jan. J. van Herpen, met een nawoord door Harry G.M. Prick. Utrecht, Bibliotheek der Rijksuniversiteit/Hes. ISBN 90-6194-435-X.
- 1987 - De meest Delftse Delftenaar: de briefwisseling Dr. P.H. Ritter Jr. - Dirk Coster (1920-1956), bezorgd en van aantekeningen voorzien door Jan. J. van Herpen, met een nawoord van Theun de Vries. Utrecht, Bibliotheek der Rijksuniversiteit/Hes. ISBN 90-6194-216-0.
- 1988 - De markies onzer letteren: de briefwisseling Dr. P.H. Ritter Jr. - Lodewijk van Deyssel (1902-1951), bezorgd en van aantekeningen voorzien door Jan. J. van Herpen. Utrecht, Bibliotheek der Rijksuniversiteit/Hes. ISBN 90-6194-117-2.
- 1991 - Een schrijver in geen perkje passend: de briefwisseling Dr. P.H. Ritter Jr. - Jan Greshoff (1910-1953), bezorgd en van aantekeningen voorzien door Jan. J. van Herpen, met een nawoord van Pierre H. Dubois. Leiden, Dimensie. ISBN 90-6412-088-9.
- 1992 - Een geest die iets te zeggen had: de briefwisseling Dr. P.H. Ritter Jr. - Frans Coenen (1916-1936), bezorgd en van aantekeningen voorzien door Jan. J. van Herpen. Leiden, Dimensie. ISBN 90-6412-094-3.
- 2000 - Een kunstgevoelig man: de briefwisseling Dr. P.H. Ritter Jr. - Herman Robbers (1905-1935), bezorgd en van aantekeningen voorzien door Jan. J. van Herpen. Hilversum, Flanor. ISBN 90-76911-01-0.
- 2001 - Gastheer van de kunst: de briefwisseling Dr. P.H. Ritter Jr. - Frans Mijnssen (1904-1951), bezorgd en van aantekeningen voorzien door Jan. J. van Herpen. Hilversum, Flanor. ISBN 90-76911-03-7.
- 2002 - Een waarlijk zeer markante geest: de briefwisseling Dr. P.H. Ritter Jr. - Menno ter Braak (1930-1936), bezorgd en van aantekeningen voorzien door Jan. J. van Herpen. Hilversum, Flanor. ISBN 90-76911-10-X.
- 2002 - Een zich over het leven verwonderende vrouw: de briefwisseling Dr. P.H. Ritter Jr. - Clare Lennart (1933-1960), bezorgd en van aantekeningen voorzien door Jan. J. van Herpen. Hilversum, Flanor. ISBN 90-76911-07-X.
- 2002 - Het leven een raadsel: de briefwisseling Dr. P.H. Ritter Jr. - Eva Raedt-de Canter (1931-1938), bezorgd en van aantekeningen voorzien door Jan. J. van Herpen. Nijmegen, Flanor. ISBN 90-73202-50-7.
- 2003 - Brieven van Brodeck: de briefwisseling Dr. P.H. Ritter Jr. - Rein van Genderen Stort (1905-1940), bezorgd en van aantekeningen voorzien door Jan. J. van Herpen. Hilversum, Flanor. ISBN 90-76911-12-6.
[bewerk] Literatuur
- 1982 - Jan J. van Herpen: Al wat in boeken steekt: dertig jaar radiowerk van dr. P.H. Ritter jr. bij de AVRO, een boek in documenten. Zutphen: Terra. ISBN 90-6255-110-6.
- 1988 - Inventaris van het archief van dr. Pierre Henri Ritter Jr. (1882-1962); samengesteld door J.J. van Herpen en K. van der Horst. Utrecht, Bibliotheek der Rijksuniversiteit. ISBN 90-6701-005-7.
Bronnen en referenties: |
|