Palestijnse Autoriteit
Van Wikipedia
السلطة الوطنية الفلسطينية As-Sulta Al-Wataniyya Al-Filastīniyya Palestijnse Nationale Autoriteit |
|||||||||||||
Volkslied: Biladi |
|||||||||||||
Basisgegevens |
|||||||||||||
|
|||||||||||||
Politiek |
|||||||||||||
|
|||||||||||||
Overige |
|||||||||||||
|
|||||||||||||
De Palestijnse Autoriteit (PA) of Palestijnse Nationale Autoriteit (PNA) is een semi-autonome staatsorganisatie die officieel de Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever en in de Gazastrook regeert (deze gebieden worden samen met Oost-Jeruzalem ook wel de Palestijnse Gebieden genoemd).
De autoriteit werd in 1994 opgericht als een onderdeel van de Oslo Akkoorden tussen de PLO en Israël (1993). Alhoewel beperkt in bevoegdheden, is de Palestijnse Autoriteit internationaal erkend als de organisatie die het Palestijnse volk vertegenwoordigt, en het heeft een waarnemersstatus bij de Verenigde Naties. De Osloverdragen geven niet precies aan wat de toekomst van de PA zou zijn, maar er was een ongeschreven begrip van beide zijden dat, in het kader van het permanente-statusverdrag, het de basis zou vormen van een onafhankelijke Palestijnse staat.
Inhoud |
[bewerk] Geografie
De Gazastrook grenst aan Israël, Egypte en de Middellandse Zee. De Westelijke Jordaanoever grenst aan Israël, Jordanië en de Dode Zee. De Palestijnen willen dat Oost-Jeruzalem de hoofdstad van de toekomstige staat Palestina wordt. Israël bezette het stadsdeel in 1967 en annexeerde het in 1981, en dit was een stap die internationaal niet erkend is. Volgens Israël is Jeruzalem de absolute hoofdstad van de joodse staat en zal het Oost-Jeruzalem nooit opgeven. In het eenzijdige terugtrekkingsplan van Kadimaleider premier Olmert blijft heel Jeruzalem bij Israël.
[bewerk] Grondgebied onder controle van de PA
De Palestijnse Autoriteit heeft controle over de veiligheid- en burgerzaken in alle dicht bevolkte Palestijnse gebieden (in de Osloverdragen de 'A-gebieden'), en civiele controle over het Palestijnse platteland ('B-gebieden'). De Palestijnse Autoriteit heeft normalerwijze controle over de volgende steden: Bethlehem (Bit Lahm), Bir Zeit, Deir al-Balah, Gaza (Raza), Han Yunis, Hebron (al-Khalil), Jabalia, Jenin, Jericho (Arikha), Nablus, Qalqilya, Ramallah, Toelkarem.
Op een top tussen Israëlische en Palestijnse diplomatieke vertegenwoordigers in februari 2005 beloofde Israël om de volledige controle over Bethlehem, Jericho,Qalqilya, Ramallah enTulkarem over te dragen aan de Palestijnse Autoriteit. Eind juli 2005 zijn Jericho en Tulkarem overgedragen. De overdracht van Jenin wordt eveneens besproken.
Op de Westelijke Jordaanoever bevinden zich Israëlische nederzettingen en heeft de Israëlische overheid voor een groot gedeelte de controle. Volgens de Internationale gemeenschap en de Palestijnse Autoriteit zijn de nederzettingen illegaal aangezien het vestigen op bezet gebied van leden van de eigen bevolking een schending is van artikel 49 van de Vierde Conventie van Genève. Dit wordt echter door Israël betwist; het stelt dat de nederzettingen gebouwd worden op gebied dat van geen enkel land is.
De precieze grenzen van de gebieden zullen door onderhandelingen nog definitief bepaald moeten worden.
De Israëlische Westoeverbarrière scheidt tussen meeste, doch niet alle Israëlische en Palestijnse burgers. Er bestaat veel kritiek op deze barrière (bijvoorbeeld in een advies aan de VN verklaarde het Internationaal Gerechtshof ze illegaal), omdat deze onder meer niet samenvalt met de grenzen bepaald door VN-resolutie 181 (1950). Er wordt Israël verweten dat het door het bouwen van deze barrière de facto eenzijdig grenzen vaststelt.
[bewerk] Demografie
Het aantal mensen onder de Palestijnse Autoriteit bedraagt ruim 4.1 miljoen; door bijkomende vluchtelingen en ook een snelle natuurlijke aangroei is de bevolking sinds 1950 vermenigvuldigd met een factor vijftien [1].
[bewerk] Politiek in de Palestijnse Autoriteit
Na de dood van Yasser Arafat op 11 november 2004 werden op 9 januari 2005 presidentsverkiezingen gehouden waarbij de voormalig premier Mahmoud Abbas tot president werd gekozen. Abbas installeerde een regering waarvan Ahmed Qurei opnieuw premier werd. Op 24 januari 2006 werden voor het eerst sinds 1996 weer parlementsverkiezingen gehouden. Onder Arafat waren verkiezingen geannuleerd, en onder Abbas tweemaal uitgesteld. Hamas werd onverwacht de grote winnaar, en vormde een Hamas-regering, die door de internationale wereld werd geboycot. Eind 2006 ontstond een grote crisis tussen Fatah en Hamas, waardoor er een nieuwe regering werd gevormd, die in maart 2007 aantrad. Deze regering bestaat uit verschillende politieke partijen, waaronder Hamas en Fatah.
Gemeentelijke verkiezingen werden gehouden in twee fasen. De eerste fase ging door in december 2004. De tweede fase ging door op 5 mei 2005.
In de Palestijnse Wetgevende Raad zijn zetels voorbehouden aan de christelijke en Samaritaanse gemeenschappen in de Palestijnse Gebieden.
[bewerk] Partijen
De Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) heeft diverse facties, die onderling ook weer verdeeld kunnen zijn. De PLO omvat Fatah, the Democratic Front for the Liberation of Palestine (DFLP), the Palestine Liberation Front (PLF), the Arab Liberation Front (ALF), the Popular Struggle Front (PSF) en enkele kleinere groeperingen.
The Popular Front for the Liberation of Palestine (PFLP) stapte in 1974 uit de PLO, evenals the Popular Front for the Liberation of Palestine - General Command (PFLP-GC).
Naast de PLO zijn er ook nog Hamas en diverse kleinere partijen. Hamas is een islamistische organisatie, die vooral door haar terreuracties bekend is geworden. Hoewel de organisatie tot doel heeft het vernietigen van de staat Israël, verklaarde zij daags voor de verkiezingen wel tot (indirecte) onderhandelingen met Israël bereid te zijn. Daarnaast is de partij populair door het vele liefdadigheidswerk en haar afkeer van corruptie.
[bewerk] Corruptie
De Palestijnse Autoriteit en de PLO staan bekend als corrupt, met negatieve aspecten vandien. Veel kiezers gaven ook aan tegen de corruptie te stemmen.
Een vermoeden van misbruik van EU-gelden door de Palestijnse Autoriteit werd onderzocht door OLAF, de anti-fraude dienst van de EU in 2004-2005. Onderzoek wees echter uit dat dit hoogstwaarschijnlijk niet het geval was, alhoewel enige onduidelijkheid bleef bestaan over het achteroverdrukken van geld door niet nader genoemde personen [1].
De Franse justitie verrichtte een onderzoek naar transacties tussen de privérekeningen van Soeha Arafat, toen de vrouw van Arafat, en verschillende organisaties. De transacties werden niet crimineel bevonden. De eis van president Arafat salarissen contant uit te blijven betalen aan agenten, was een punt van onenigheid met zijn minister van financiën.
De partij Hamas dankt een groot deel van haar aanhangers aan het feit dat zij opkomt tegen de corruptie door de heersende leden van de PLO.
[bewerk] Veiligheid
De Palestijnse Autoriteit onderhoudt een 45.000 man sterke veiligheidsdienst. Sinds het uitbreken van de Tweede Intifada verbood Israël het dragen van wapens door deze veiligheidsdiensten. Dit werd op de Westelijke Jordaanoever nageleefd, maar niet in de Gazastrook. Dergelijk verbod maakte het voor de veiligheidsdiensten de facto onmogelijk om de confrontatie met militanten aan te gaan. Op 5 augustus 2004 werd aan de Palestijnse veiligheidsdiensten weer toelating gegeven om wapens te dragen.
Een onafhankelijke studie daterend van 26 juli 2005 en gesponsord door de Canadese en Nederlandse regeringen, bracht aan het licht dat de veiligheidsdiensten van de Palestijnse Autoriteit zwak zijn, verdeeld en slecht uitgerust. Er is een tekort aan munitie, communicatiemanieren (andere dan civiele mobiele telefoons) en terreinwagens. Het tekort aan wapens is zo schrijnend dat de ratio personeel t.a.v. wapens 4:1 bedraagt. Tevens blijkt dat Hamas, Islamitische Jihad en de Al-Aqsa Martelarenbrigades allen aanzienlijk beter uitgerust zijn. Het vernietigen van de politie-infrastructuur door Israëlische troepen sinds het uitbreken van de Tweede Intifada draagt, naast de macht van enkele persoonlijkheden en clans binnen de veiligheidsdiensten, eveneens bij tot de ondermijning van het centrale gezag. Recente maatregelen om de diensten te hervormen werden geprezen in de studie.
Na januari 2005 proberen de Palestijnse veiligheidsdiensten ook actief te voorkomen dat militanten raket- en mortieraanvallen uitvoeren op Israëlische doelwitten, hetgeen leidde tot hevige gevechten waarbij de Palestijnse veiligheidsdiensten de zwaarste klappen kregen.
[bewerk] Economie
De Palestijnse Autoriteit ontvangt aanzienlijke financiële steun van de Europese Unie, de Verenigde Staten en Israël. Het bouwde een internationale luchthaven bij Gaza. Israël sloot deze korte tijd na het uitbreken van de tweede Intifada. Een zeehavenproject, door Nederland en Frankrijk gefinancierd, bij Gaza werd eveneens gestopt.
Vele Palestijnen zijn financieel afhankelijk van de Israëlische arbeidsmarkt. Tijdens de jaren '90 van de vorige eeuw, is Israël echter begonnen met vervangen van Palestijnen door buitenlandse gastarbeiders. Dat was economisch meer rendabel en beperkte bovendien de afhankelijkheid van Palestijnen als bron van goedkope arbeid in verband met de Israëlische veiligheid. Dit schaadde de Palestijnse economie en daarmee de populariteit van de Autoriteit.
[bewerk] Externe links
- Officiële website van de Palestijnse Nationale Autoriteit (Engels)
- Site van het Belgische ministerie van Buitenlandse Zaken
- Site van het Nederlandse ministerie van Buitenlandse zaken
- Palestinian National Information Center (Engels)
Bronnen en referenties: |
|
|
---|---|
Algerije | Bahrein | Comoren | Djibouti | Egypte | Irak | Jemen | Jordanië | Koeweit | Libanon | Libië | Marokko | Mauritanië |