Faeröer
Van Wikipedia
Føroyar | |||
|
|||
Basisgegevens | |||
Officiële landstaal: | Faeröers, Deens | ||
Hoofdstad: | Tórshavn | ||
Regeringsvorm: | zelfbestuur | ||
Religie: | protestantisme | ||
Oppervlakte: | 1.399 km² [a] (0,5% water) | ||
Inwoners: | 47.350 (2002[b]), 47.246 (2006[c]) (33,8 / km² (2006)) | ||
Overige | |||
Volkslied: | Tú alfagra land mÃtt | ||
Munteenheid: | Faeröerse kroon (FOK ) |
||
UTC: | +0 | ||
Nationale feestdag: | 28 en 29 juli | ||
Web | Code | Tel. | .fo | FO | 298 |
De Faeröer (Faeröers: Føroyar; Deens: Færøerne) Zweeds: Färöarna) zijn een West-Europese eilandengroep, gelegen in het midden van de driehoek Schotland-Noorwegen-IJsland en behorend bij het koninkrijk Denemarken. De naam Faeröer betekent 'schapeneilanden' (øer is Deens voor 'eilanden', dus de naam Faeröer-eilanden is eigenlijk een pleonasme). Er wonen 47.246 (2006) mensen, van wie veel in de hoofdstad Tórshavn. De plaatselijke Noord-Germaanse dialecten, verwant aan het IJslands, vormen een aparte taal, gestandaardiseerd in het Faeröers.
De Faeröer zijn voornamelijk bevolkt vanuit Noorwegen, vanaf de 9e eeuw n.Chr. In de 11e eeuw kwamen de eilanden onder het gezag van de Noorse koning. Toen Noorwegen zelf een gebiedsdeel van Denemarken werd, kwamen de Faeröer ook onder de Deense kroon. Ook toen Noorwegen Zweeds en later zelfstandig werd, bleven de Faeröer Deens. In 1948 kregen ze verregaand zelfbestuur. De Faeröer horen niet bij de Europese Unie.
Op sommige zeekaarten uit de 16e en 17e eeuw is ten zuiden van IJsland een groot eiland te zien dat Frisland genoemd werd. Aangenomen wordt dat daarmee de Faeröer bedoeld werden.
De opbrengst van olie voor de kust wordt voor een groot deel overgeheveld naar Denemarken. De plaatselijke bevolking ziet dus weinig terug van hun eigen rijkdommen. Dit post-koloniale beleid van Denemarken heeft de wens onder de eilandbewoners volledig onafhankelijk te worden van Denemarken verder vergroot. Denemarken weigert dat.
[bewerk] Kerngegevens
- kustlijn: 1117 km
- hoogste punt: Slættaratindur op Eysturoy, 882 m.
[bewerk] De eilanden
De zeventien bewoonde eilanden van de Faeröer zijn:
Streymoy – Eysturoy – Vágar – Mykines – Suðuroy – Stóra DÃmun – Skúvoy – Sandoy – Hestur – Koltur – Nólsoy – Borðoy – Kalsoy – Kunoy – Viðoy – SvÃnoy – Fugloy.
Het achttiende, onbewoonde eiland is LÃtla DÃmun.
De hoofdstad Tórshavn, met 13.200 inwoners (2005), ligt op het grootste eiland, Streymoy. Dit eiland is met een dam verbonden met het op een na grootste eiland, Eysturoy. Een andere wat grotere plaats is KlaksvÃk met 4664 inwoners (2005), op Borðoy.
Vanaf Borðoy loopt een dam naar zowel Viðoy als Kunoy. Deze drie eilanden vormen samen met Kalsoy, SvÃnoy en Fugloy de Noordeilanden.
Op Vágar ligt de nationale luchthaven van de Faeröer, zodat luchtreizigers die naar Tórshavn wilden tot de opening van een tunnel in 2002 toch ook een overtocht per veerboot moeten maken.
Het meest westelijke eiland Mykines is beroemd om zijn populatie papegaaiduikers. De hele archipel heeft overigens een rijk vogelleven: de steile, rotsachtige kust maakt de nesten onbereikbaar voor vijanden.
Meer afbeeldingen die bij dit onderwerp horen kunt u vinden op de pagina Faroe Islands op Wikimedia Commons. |
{{{afb_links}}} | Noordse Raad | {{{afb_rechts}}} | {{{afb_groot}}} |
---|---|---|---|
Landen: Denemarken | Finland | IJsland | Noorwegen | Zweden Autonome territoria: Ålandseilanden | Faeröer | Groenland |
Bronnen en referenties: |
61° 57' 15ô NB, 6° 51' 25ô WL