Ketterij
Van Wikipedia
Ketterij is een theologische of religieuze mening of leer die wordt volgehouden in tegenspraak met de 'katholieke' of orthodoxe leer van de Christelijke Kerk of in het verlengde daarvan met welk geloof of religieus systeem dan ook dat als orthodox wordt beschouwd. Het begrip kan ook (figuurlijk) worden gebruikt wanneer een uiting of leer in de filosofie, de politiek, de wetenschap, de kunsten, etc. verschilt van wat algemeen als gezaghebbend wordt aanvaard.
[bewerk] Etymologie
In de oudheid was het Griekse woord haireseis een woord om aan te geven dat men partij koos, een bepaalde levensfilosofie aanhing. Het was oorspronkelijk neutraal, zonder speciale emotionele lading. Ook in de Bijbel wordt dit woord vaak neutraal gebruikt. In de eerste eeuw van onze jaartelling, toen er nog nauwelijks sprake was van een kerk zoals we die nu kennen, werd haireseis langzaam maar zeker een negatief begrip, waarmee afwijkende geloofsopvattingen werden aangeduid. Het Griekse haireseis werd sectae in het Latijn (vgl. heresie sekte). Heresie wordt tegenwoordig meer als synoniem voor "ketterij" beschouwd dan als een synoniem voor "sekte".
In later tijden, tijdens de Middeleeuwen ontstond pas de uitdrukking ketter. De uitdrukking gaat terug op de strijd tussen de Katharen (van het Grieks Καθαρος = rein) in Zuidoost-Frankrijk en de samenwerking tussen het Franse wereldlijke gezag en de toenmalige paus.
[bewerk] Beginnend christendom, vorming van de kerk
In de veelheid en verscheidenheid van sekten in het begin van de jaartelling groeide er gedurende de eerste twee eeuwen een hoofdstroming, die eigen ecclesiastische structuren kende. Vanwege deze structuren wordt ook gesproken over het begrip de vroege kerk. Deze kerkelijke structuren uit de oudheid kregen na de eerste concilies de titel orthodoxie, Grieks voor "rechtgelovig". Zowel de Oosters orthodoxe Kerken als de rooms-Katholieke Kerk zien in deze ontwikkeling van de orthodoxie een ononderbroken lijn vanaf Christus en de apostelen, hetgeen zij apostolische successie noemen. Vanuit deze veronderstelde "apostolische successie" rechtvaardigen zij hun autoriteit over de christelijke kerk.
[bewerk] Ontstaan van ketterij
Volgens de kerk uit de oudheid ontstonden ketterijen toen Hellenistische syncretistische levensbeschouwingen tot in de kerk doordrongen of vanuit de kerk zelf als reactie op christenvervolgingen.
Er zijn altijd grote en kleine groepen geweest die de leerstellingen en het centrale gezag van de kerkelijke hiërarchie verwierpen. Zo waren er groeperingen die het dogma van de goddelijke natuur van Christus verwierpen naast groeperingen die dan weer juist het dogma van de menselijke natuur van Christus verwierpen. Er waren ook groeperingen die de term "Christus" (gezalfde) gebruikten voor een bepaald geestelijk aspect in ieder mens zelf. Ook waren er Joden die Christus aanvaardden als de Messias, maar vasthielden aan de besnijdenis en andere Joodse gebruiken. In de hierboven geschetste smeltkroes van oosterse en westerse, o.a. Hellenistische en Latijnse, Perzische en Joodse zienswijzen was er veel onderlinge strijd.
[bewerk] Strijd tussen de verschillende stromingen
Bij Ignatius van Antiochië (overl. circa 110-120) was het begrip ketterij al duidelijk een negatief begrip voor een stelling, die niet te verenigen waren met de leer van het christendom. Door Irenaeus van Lyon werd in ongeveer het jaar 180 duidelijker inhoud gegeven aan het begrip ketterij. De kerkvaders, apologeten en kerkleraren produceerden een grote hoeveelheid literatuur, waarin werd gepoogd de uiteenlopende ketters verklaarde leringen (vaak zeer gedetailleerd) te weerleggen. De tot ketters bestempelde gelovigen werden al voor de tijd van de eerste concilies vervolgd en hun geschriften werden verbrand. Deze vervolging ging, zoals de meeste vervolgingen, in golven en varieerde in wreedheid en intensiteit. Zo waren er ook periodes dat sommige steden zowel een ariaanse als een orthodoxe Kerk hadden, compleet met alle bijbehorende gebouwen. Een voorbeeld is de Italiaanse stad Ravenna, waar van beide stromingen gebouwen bewaard zijn gebleven.
Wanneer heretische christenen zelf de steun van de keizer of koning kregen, vervolgden zij de orthodoxen vaak op hun beurt. Dit laatste gebeurde met name in het Oost-Romeinse rijk door eerst de Arianen en later de iconoclasten. Zo is de bestrijder van de Arianen Athanasius herhaaldelijk verbannen geweest en was tijdens zijn leven het Arianisme de staatsgodsdienst. In sommige gebieden hebben heretisch verklaarde theologieën hun dominante positie weten te behouden. Uiteindelijk kreeg de orthodoxie in de meeste gebieden toch weer de overhand en verloren afwijkende stromingen hun aantrekkingskracht of werden soms met harde hand uitgeroeid.
Tot ongeveer 1900 was de kennis van de afwijkende opvattingen en leerstellingen uit de begintijd van het christendom alleen bekend uit literatuur van de kerkvaders, kerkleraren en apologeten. Sinds die tijd zijn verschillende vondsten gedaan van teksten, waarin meer of minder afwijkende theologiën voorkomen (met name de vondsten in Nag Hammadi).
[bewerk] Invloedrijke geschriften tegen heresie
- Adversus Haereses door Irenaeus van Lyon, ontstaan rond 180
- Refutatio Omnium Haeresium door Hippolytus van Rome, ontstaan tussen 212 en 235
- Panarion door Epiphanius van Salamus, ontstaan rond 375
- Diversarum Haereseon Liber door Filastrius van Brescia, ontstaan rond 388
- De haeresibus door Augustinus van Hippo, ontstaan rond 428
[bewerk] Enkele tot heresie verklaarde stromingen
Grofweg onderscheidde men in de eerste vijf eeuwen van het christendom, naast de zich ontwikkelende orthodoxie, de volgende hoofdstromingen:
- Gnostiek
- Marcion (wordt ook wel tot de gnostiek gerekend)
- Manicheïsme (wordt ook wel tot de gnostiek gerekend)
- monofysitisme
- Arianisme
- Montanisme
[bewerk] Latere ontwikkeling
In de Middeleeuwen kon strijd over opvattingen aangaande de christelijke overtuiging leiden tot collectieve veroordeling en vervolging (bijv. de Katharen). Het uitbannen van tot ketterij bestempelde opvattingen kreeg vorm in de vervolging van de aanhangers van dergelijke opvattingen door lokale kerken en de wereldlijke macht. In het begin van de 13e eeuw legde keizer Frederik II vast dat op "ketterij" de doodstraf stond. Paus Gregorius IX stelde het beding dat in zulk geval alleen de kerk bevoegd zou zijn tot de vaststelling of een ketterij daadwerkelijk voorlag. Vervolgens werd in 1235 de inquisitie opgericht (zie aldaar).
In later tijden kreeg het veroordelen van afwijkende opvattingen echter een steeds meer individueel karakter. Enerzijds werd het propageren van nieuwe ideeën, die tegen traditionele geloofswaarheden indruisen, als ketterij vervolgd. Anderzijds werd de vervolging van de aangeklaagden ook geïnstrumentaliseerd om opvattingen, die bijvoorbeeld machtsmisbruik door kerkelijke of wereldlijke vertegenwoordigers aan de kaak stelden, te neutraliseren. Zij die door de kerkelijke autoriteiten werden aangemerkt als ketters, werden ervan beschuldigd onder invloed te staan van "Satan" (de duivel). Menig veroordeelde werd na een kerkelijk proces aan de wereldlijke autoriteiten overgedragen. De straffen konden sterk variëren: verbeurdverklaring van bezit, doen van boete (bijv. bedevaart), verbanning, maar ook in extreme gevallen om levend verbrand of anderszins zwaar gemarteld te worden.
[bewerk] Tegenwoordig
Diverse kerken zien het ook vandaag als hun opdracht de kerkelijke dogma's te bewaken. Daaruit volgt dat zij stelling nemen tegen opvattingen, die naar hun oordeel indruisen tegen het door de orthodoxie vastgelegde geloof, waarvan een aantal elementen als onveranderlijk wordt gezien (dogma's). Ook tegenwoordig worden sommige opvattingen als dwalingen, fouten of vergissingen beschouwd. Indien dergelijke opvattingen worden verkondigd door vertegenwoordigers van de kerk, reageert de orthodoxie met het aangaan van het debat en het uitvoeren van disciplinaire maatregelen. In laatste instantie kan sprake zijn van impliciete of expliciete excommunicatie.
Hier tegenover hebben zich, zowel vanuit het protestantisme als vanuit het rooms-katholicisme nieuwe groepen ontwikkeld die soms als erfgenamen van de oude heterodoxe stromingen willen worden gezien. De belangrijkste van deze stromingen is de neognostiek. Sinds de vondsten in Nag Hammadi is een duidelijk aanwezige neognostische beweging ontstaan. In Nederland kennen bijvoorbeeld de werken van de auteur Jacob Slavenburg een grote populariteit.
Daarnaast moet de herleving van ariaanse ideeën worden genoemd, vooral alomtegenwoordig onder modernistische theologen.
[bewerk] Door de (orthodoxe) kerk als ketters veroordeelde stromingen (voorbeelden):
|
|
[bewerk] Door verschillende kerken tot ketter verklaarde personen (voorbeelden):
- Jan de Bakker
- Giordano Bruno
- Jeanne d'Arc (gerehabiliteerd, gecanoniseerd)
- Galileo Galilei (gerehabiliteerd)
- Michael Servet
- Tanchelm
- John Wyclif
- Jan Hus
- Siger van Brabant
- Pelagius (monnik)
- Johannes Scotus