Mohammed Abdelkrim El Khattabi
Van Wikipedia
Mohammed Abdelkrim El Khattabi (volledige Arabische naam: Muhammad Ibn 'Abd al-Karim Al-Khattabi (محمد بن عبد الكريم الخطابي); bij de Riffijnen ook bekend als Moulay Mohend) (Ajdir, 1882 - Caïro, 6 februari 1963) was een Marokkaans Amazigh leider der Rif-Kabylen in de bevrijdingsstrijd van de Riffijnen tegen de Spanjaarden en de Fransen.
[bewerk] Jeugd
Mohammed werd geboren in 1882 in Ajdir bij Al Hoceima (Tamazight/Tarifit: Isri). Zijn vader was een islamitische geleerde. Hij gaf zijn zoon islamitisch onderwijs en daarna stuurde hij hem naar de universiteit van Fes om daar Arabisch en islamitische wetenschappen te bestuderen. Later studeerde Mohammed aan een Spaanse universiteit waar hij zijn diploma rechten behaalde.
Aanvankelijk werkte hij voor een Spaans tijdschrift El Telegrama del Rif, waarin hij Arabischtalige artikels schreef. Later werkte hij als rechter in Melilla. Ook onderwees hij Arabisch en Riffijns (een Tamazight dialect) aan Spaanstaligen.
[bewerk] De politieke situatie voor de opstand van Abdelkrim
Mohammed Abdelkrim El Khattabi is geboren in een tijd toen het Marokkaanse bestuur erg corrupt was. De heersers streefden persoonlijke rijkdom na. Maar opstanden in een aantal streken verzwakten het bewind en Marokko raakte politiek verdeeld in twee delen: het Blaad El Makhzan, wat het land van de overheid betekent, en Blaad Es Ssiba, wat het land van de niet-organisatie betekent, waarin de meeste Imazighen leefden. Maar grappig genoeg worden die streken beschreven als resp. Het land van de overheid en Het land van de leeuwen.
De Marokkaanse Sultan kon zich niet meer tegen die rebellen verdedigen en het was slechts een kwestie van tijd voordat hij definitief verslagen zou worden. Daarom vroeg hij om de hulp van buitenlandse mogendheden.
Marokko werd vervolgens een protectoraat, verdeeld tussen twee koloniale machten; in de Rif bereidde men zich voor de Spanjaarden tegen te houden. Maar de Spanjaarden veronderstelden dat ze de Riffijnen (de Imazighen van het Rifgebergte) niet gemakkelijk zou kunnen onderwerpen. Daarom boden de Spanjaarden gevoelige politieke functies aan de vader van Abdelkrim El Khattabi in zijn functie van Riffijnse stamleider aan hem gunstig te stemmen en een samenwerking aan te gaan. Maar de vader van Abdelkrim El Khattabi accepteerde dat niet. De Spanjaarden verboden vervolgens Abdelkrim El Khattabi als rechter in Melilla te werken en arresteerden hem voor één jaar met als officiële reden overigens dat hij te Duitsgezind zou zijn. Maar zijn vader bleef strijden tegen de Spanjaarden, tot zijn dood tijdens de slag van Tafersit.
[bewerk] Het begin van de opstand
Mohammed Abdelkrim El Khattabi was dus de opvolger van zijn vader als stamleider en daarom begon hij als negenendertigjarige zich erop voor te bereiden de Spanjaarden te verdrijven. Hij was als Spaans ambtenaar ontslagen omdat hij zich in geschriften te Duitsgezind had opgesteld.
Aanvankelijk was de strategie van de Spanjaarden tegen de Riffijnen gebaseerd op een langdurige geleidelijke verovering, door de Marokkanen om te kopen. Daarnaast was een ander Amazigh leider Mohamed Amezian (en anderen) een bloedige oorlog tegen de Spanjaarden aan het uitvoeren. Maar de Spanjaarden konden het westelijk en het oostelijke Rif onder controle krijgen en veel Riffijnse stammen gaven het op tegen de Spanjaarden wegens de overmacht aan manschappen en dus bleef alleen het middelste Rif buiten het gezag van Spanje, dankzij de succesvolle strategie van Abdelkrim El Khattabi, terwijl negentig procent van het Rif al bezet was.
[bewerk] De opstand van Abdelkrim
Mohammed Abdelkrim El Khattabi liet de Spanjaarden weten dat hij een staat aan het stichten was en dat ze de onafhankelijkheid van zijn republiek moesten erkennen om oorlog te vermijden. Maar de Spanjaarden weigerden een onafhankelijke staat te erkennen; autonomie onder het gezag van Spanje kon wel maar dat accepteerde Mohammed Abdelkrim El Khattabi niet. Hierover zei Silvestri dat Spanje zonder moeite overal in het Rif kan ingrijpen en hij besloot de Ait Wayagher (de invloedrijkste Riffijnse stam) aan te vallen en er zelfs thee met munt in het huis van Mohammed Abdelkrim El Khattabi te zullen drinken, of hij dat zou willen of niet.
Na de weigering door de Spanjaarden planden de Riffijnen om Anwal, de voornaamste basis van de Spanjaarden in 1921, waar Silvestri zat, aan te vallen. Mede dankzij het militair inzicht van Mohammed Abdelkrim El Khattabi konden de Riffijnen de militaire basis op 21 juli omsingelen (Slag om Anwal) en vervolgens elke schijn van weerstand neerslaan. De Spanjaarden probeerden tevergeefs te ontsnappen aan de aanval. Er werden in de strijd vijfentwintigduizend Spaanse soldaten gedood, tweeduizend soldaten vermist en negenhonderd soldaten gegijzeld. Alphonso XIII zou hebben gezegd dat zijn troon om zeep was geholpen. Een Britse politicus zei dat Anwal de plaats is, waar het Europese kolonialisme is gebroken.
Abdelkrim El Khattabi stichtte in 19 september 1921 een Riffijnse staat (de Confederale Republiek van de Stammen van de Rif) waarin hij Riffijnse stammen verenigde. Na zijn overwinning in Adhar Oe Baran tegen de Spanjaarden kregen de passievere Riffijnse stammen de hoop de Spanjaarden te kunnen verslaan en begon de legende van de onverslaanbare Spaanse soldaten te verdwijnen. De Riffijnen sloten zich vervolgens steeds vaker aan bij de beroemde leider die als bijnaam De veroveraar (Moessagh in het Tamazight) kreeg : Mohammed Abdelkrim El Khattabi.
Dankzij de overwinning en het uitroepen van de onafhankelijkheid werd Mohammed Abdelkrim El Khattabi een van de beroemdste vrijheidsstrijders, waarvan foto's werden gepubliceerd in Afrika en Klein-Azië. Zijn militaire tactieken werden naderhand vaak gebruikt in de onafhankelijkheidsstrijd overal ter wereld. Merkwaardig genoeg hebben ook de Vietnamezen op de manier van Mohammed Abdelkrim El Khattabi een guerrillastrijd gevoerd tegen de Amerikanen.
Na deze overwinning werden er stakingen in Spanje georganiseerd. De regering viel uiteen en na de staatsgreep van Primo de Riviera, besliste deze laatste naar vredesbesprekingen met Mohammed Abdelkrim El Khattabi te streven. Maar het leger werkte dit tegen en daarom vertrok hij persoonlijk om weer tegen Mohammed Abdelkrim El Khattabi te strijden in een oorlog van honderdtwintig dagen waarin de Spanjaarden weer vijftigduizend soldaten verloren. De Spanjaarden trokken zich naar de kust terug terwijl Mohammed Abdelkrim El Khattabi wereldberoemd werd. Na die slag zei de Spaanse generaal de Shumpra: De Riffijnse kwestie kost ons meer dan onze vermogens en daarom vertrekken we naar de kust naast Ceuta en het Rif zullen we niet ingaan.
[bewerk] De samenwerking van de koloniale machten om Abdelkrim te verslaan
Na de crises van de Spanjaarden en de versterking van Mohammed Abdelkrim El Khattabi's republiek, vreesden de Fransen dat ze aan de beurt zouden komen, vooral omdat de Algerijnen de Fransen in Algerije begonnen te irriteren. De Fransen besloten in te grijpen.
Ze hielden zich aanvankelijke neutraal tegenover Mohammed Abdelkrim El Khattabi. Maar heimelijk probeerden ze de Riffijnen tegen Mohammed Abdelkrim El Khattabi in opstand te krijgen door te beweren dat het volgens de Islam verboden is in het leger van Mohammed Abdelkrim El Khattabi te strijden. De Fransen beschouwden zijn nieuwe republiek als een gevaar dat de Marokkaanse kroon bedreigt en gebruikten hun Marokkaanse huurlingen om tegen Mohammed Abdelkrim El Khattabi te strijden. Maar toch zouden de Fransen hun oorlog steeds verliezen. De Riffijnen veroverden streken die onneembaar geacht werden, zoals de top van Tawnat.
De Riffijnen beklommen de bergen waarbij ze in 1925 het Franse leger ontmoetten. De Fransen zetten al hun wapens en hun vliegtuigen in en haalden extra manschappen uit Frans-Algerije. Maar toch hebben de Riffijnen kunnen overwinnen. In korte tijd vielen ongeveer zeventig militaire bases in handen van de Riffijnen en werden er een paar generaals na elkaar vervangen. Maar ze konden niet veel bereiken zonder onschuldigen te vermoorden waardoor veel stakingen tegen de strategie van Frankrijk ontstonden. Dat versterkte de oppositie in Frankrijk en regering na regering viel uiteen. Frankrijk bagatelliseerde haar nederlagen, zeggende dat de meeste doden Noord-Afrikanen waren, terwijl er niet veel Fransen sneuvelden.
De Fransen merkten op dat Mohammed Abdelkrim El Khattabi niet alleen Marokko wou bevrijden, maar de hele islamitische wereld. Hij bedreigde alle Europese koloniale machten in de islamitische wereld, zodat zelfs Groot-Brittannië zich bezorgd voelde worden over o.a. het Midden-Oosten, Brits-Indië en Malakka.
[bewerk] De koloniale machten boeken successen
Maar Mohammed Abdelkrim El Khattabi kreeg helemaal geen steun voor een algehele islamitische strijd tegen de koloniale machten. De Marokkaanse machthebbers beschouwden hem als gevaarlijk voor hun macht en de Arabieren steunden liever de Britten tegen de Ottomanen die weliswaar in 1917 verslagen waren, maar waarvoor men toch bleef vrezen.
Toch bleef Mohammed Abdelkrim El Khattabi met eigen wapens strijden tegen de koloniale machten. De Fransen en de Spanjaarden gingen met elkaar samenwerken en zo kregen ze in het geheel ongeveer één miljoen soldaten bijeen. Mohammed Abdelkrim El Khattabi verzwakte dusdanig dat hij ze niet meer af kon weren. Maar de echte reden was het gebruikmaken van de verboden wapens : de chemische wapens die door de Duitsers geleverd zijn, werden ingezet tegen zijn leger en de onschuldigen.
[bewerk] Het gebruik van verboden wapens
Chemische wapens werden gebruikt zonder onderscheid te maken en er kwamen vervolgens duizenden slachtoffers om. Mohammed Abdelkrim El Khattabi besefte dat zijn leger, dat uit ongeveer twintigduizend soldaten bestond, bijna uitgemoord was. Met primitieve wapens begon men niets tegen de chemische wapens en het enorme koloniale leger dat ongeveer uit een miljoen soldaten bestond.
[bewerk] Abdelkrim geeft zich over
Mohammed Abdelkrim El Khattabi veronderstelde dat de Fransen minder wraakzuchtig dan de Spanjaarden zouden zijn en daarom besliste hij om zich in 1926 aan de Fransen aan te geven. De Fransen hebben hem naar hun verste kolonie Pondicherry in India en later naar het eiland Réunion (in de Indische Oceaan, tussen Madagaskar en Mauritius) gestuurd. Na twintig jaar beslisten de Fransen hem in 1947 naar een paleis in Nice over te brengen. Maar Mohammed Abdelkrim El Khattabi kon ontsnappen en werd als asielzoeker in Egypte ontvangen. Daar zou hij met de pan-Arabisten samenwerken en het bureau Maghrib Arab een groot bekendheid geven.
[bewerk] Na de officiële onafhankelijkheid van Marokko
Toen Marokko officieel onafhankelijk werd, vroeg de Marokkaanse koning Mohammed V hem naar Marokko terug te keren. Maar Mohammed Abdelkrim El Khattabi zag daar het nut niet van in. Hij stelde dat in werkelijkheid Marokko nog bezet was en dus was er geen reden om terug te gaan zolang het bezet bleef. Vanuit Egypte steunde hij de opstandelingen van 1957 in El Hoceima en na de invoering van de grondwet van 1962 die door Hassan II is gemaakt, liet hij zijn bezwaren ertegen weten en stelde dat die grondwet niets met democratie of met het volk te maken had. Hij stelde dat die grondwet heimelijk voor de kolonialisten was gemaakt. Ook stelde hij dat die grondwet de koning absolute macht gaf, net alsof hij de vertegenwoordiger van de God op aarde zou zijn. In 1963 is hij gestorven en tot nu toe is zijn graf in Caïro.
[bewerk] Abdelkrim en de literatuur
Mohammed Abdelkrim El Khattabi was volgens een aantal schrijvers een bestaande legende maar andere, westerse schrijvers, zeiden dat Abdelkrim een realiteit was, geen legende. Fontin beschouwde hem als de bron van de revoluties in Noord-Afrika. Malik ibn Nabiy vertelt dat de Riffijnen niet voor een lang leven streden maar voor de eeuwigheid.