Partij voor de Vrijheid
Van Wikipedia
Partij voor de Vrijheid | |
---|---|
Partijvoorzitter | Geert Wilders |
Partijleider | Geert Wilders |
Fractieleider Eerste Kamer | |
Fractieleider Tweede Kamer | Geert Wilders |
Oprichting | 22 februari 2006 |
Richting | |
Ideologie | |
Jongerenorganisatie | |
Europese fractie | |
Website | www.pvv.nl |
De Partij voor de Vrijheid (PVV) is een Nederlandse politieke partij.
Inhoud |
[bewerk] Geschiedenis
De partij komt voort uit de Groep Wilders, de voormalige eenmansfractie in de Tweede Kamer van het van de VVD afgesplitste Kamerlid Geert Wilders. Op 22 februari 2006 registreerde hij bij de Kiesraad Partij voor de Vrijheid (PVV) als naam van de politieke beweging waarmee hij aan de Tweede Kamerverkiezingen 2006 wilde deelnemen. Bij deze verkiezingen behaalde de partij negen zetels.
[bewerk] Standpunten
Het voornaamste speerpunt van de Partij voor de Vrijheid is het tegengaan van de verdere islamisering van Nederland. Daarnaast bepleit de partij lagere belastingen en betere scholen. Verder wil de partij artikel 1 van de Grondwet afschaffen en vervangen door een ander artikel waarin de joods-christelijke en humanistische traditie en cultuur van Nederland als dominante cultuur wordt vastgelegd. Tevens wil de partij een verbod op het preken in moskeeën in een andere dan de Nederlandse taal. De standpunten zijn vastgelegd in het programma Klare Wijn.
[bewerk] Klare Wijn
Op 21 maart 2006 maakte Wilders zijn verkiezingsprogram bekend, met de titel Klare Wijn. Al eerder had hij aangegeven dat naar zijn mening bepaalde grondrechten tijdelijk of voorgoed moeten worden beperkt ter bescherming van de Nederlandse nationale identiteit en veiligheid. Het programma is daar ten dele een uitwerking van. Belangrijke punten zijn:
- Afschaffing van artikel 1 van de Grondwet, de rechtstatelijke grondnorm dat alle ingezetenen in beginsel gelijk zijn voor de wet. Hij wil het vervangen door een artikel dat vastlegt dat de dominante cultuur van Nederland bestaat uit de joods-christelijke en humanistische tradities. Als motief voor afschaffing stelt Wilders dat het huidige artikel een beperking vormt voor de vrijheid van meningsuiting. Overigens wil Wilders geen substantiële aanpassing van de huidige strafwetten die bepaalde vormen van discriminatie verbieden.
- Gedeeltelijke en blijvende beperking van de vrijheid van meningsuiting in de vorm van een verbod tot het houden van preken in een andere dan de Nederlandse taal.
- Gedeeltelijke en tijdelijke opschorting van de vrijheid van godsdienst in de vorm van een verbod tot het bouwen van moskeeën voor vijf jaar.
- Gedeeltelijke en tijdelijke opschorting van de vrijheid van onderwijs in de vorm van een verbod tot het oprichten van islamitische scholen voor vijf jaar.
- Bij 3 maal een zwaar geweldsmisdrijf een levenslange gevangenisstraf.
- Blijvende opheffing van het habeas corpus-beginsel in die zin dat de overheid bij het enkele vermoeden van terroristische activiteiten of sympathieën naar eigen goeddunken iedere burger voor onbepaalde tijd kan vastnemen zonder aanklacht en zonder substantiële rechterlijke toetsing: de zogenaamde administratieve detentie.
- Een volledige immigratiestop voor vijf jaar.
- Invoering van minimumstraffen.
- Verhoging van de maximumstraffen.
- Invoering van een bindend referendum
- Afschaffing van de Europese commissie en het Europees parlement.
[bewerk] Verdere standpunten
De partij wil ontwikkelingshulp schrappen, maar noodhulp behouden. Dit in combinatie met het afschaffen van de landbouwsubsidies in EU-verband en het afschaffen van importheffingen. De PVV is voor een verregaande vrijhandelspolitiek.
Voorts wil de PVV snoeien in de uitkeringen; men wil de "te royale Nederlandse verzorgingsstaat" vervangen door een "basisstelsel"; Ook is de partij voor een sterke deregulering, wat betekent dat de overheid haar regelgeving met minstens 50% vermindert of schrapt; voorts is men voor het behoud van de hypotheekrenteaftrek en voor versoepeling van de arbeidsmarkt om de werkgelegenheidsgraad op te krikken; tevens is de PVV voor het afschaffen van het Poldermodel, en wil men het vervangen door een sterk gedecentraliseerd overleg, maar op sector- of zelfs op bedrijfsniveau; daarnaast wil de partij de kinderbijslag tot de eerste twee kinderen beperken, en meer investeren in zorghuizen en sociale hulpbijstand. De belastingen worden sterk verlaagd, wat uiteindelijk moet resulteren in een vlaktaks.
Bij dierenmishandeling wil de partij ingrijpen, door net als in de Verenigde Staten een noodnummer in het leven te roepen waar dierenmishandeling direct gemeld kan worden. Het nummer zou dan 113 moeten zijn. Dierenrechten moeten worden vastgelegd in de Grondwet.
De PVV kiest op Europees gebied voor sterke economische samenwerking, maar wijst een politiek samengaan af. De PVV is dus tegen een Europese grondwet en een Europese regering.
[bewerk] Koers
De Partij voor de Vrijheid wordt soms beschouwd als een fortuynistische partij, maar onderzoek wijst uit dat de aanhang van Wilders anders van samenstelling is dan die van de LPF. Ook de partijstandpunten zoals vermeld in de onafhankelijkheidsverklaring van Geert Wilders geven een andere koers aan. Evenals Fortuyn viseert Wilders de islam, en waarschuwt hij op verschillende manieren voor islamisering. De partij ziet zichzelf als liberaal en men kan het inderdaad betitelen als een partij met een conservatief-liberale signatuur. Het liberale karakter wordt echter sterk betwist omdat de partij het gelijkheidsbeginsel niet ondersteunt en sommige vrijheden wil inperken. Ook is er onenigheid over het nationalistisch karakter van de partij. Wilders' islamkritische punten worden regelmatig betiteld als islamofobie, of men beschuldigt hem ervan dergelijke islamofobie aan te willen wakkeren. Populisme en xenofobie worden eveneens in verband met de partij gebracht.
[bewerk] Dubbele nationaliteit
In 2007 kwam de Tweede Kamerfractie van de PVV tweemaal in actie tegen de dubbele nationaliteit voor (potentiële) bewindslieden. Op 15 februari trachtte Sietse Fritsma een motie in te dienen om te voorkomen dat de PvdA-politici Nebahat Albayrak en Ahmed Aboutaleb (die naast de Nederlandse de Turkse respectievelijk Marokkaanse nationaliteit bezitten) tot staatssecretaris zouden worden beëdigd in het kabinet-Balkenende IV. Fritsma werd echter door Kamervoorzitter Verbeet verzocht niet verder te gaan en de motie werd onder druk van de Kamer niet ingediend. Op 1 maart, tijdens de regeringsverklaring, kwam de PVV echter opnieuw over dit onderwerp in het geweer, toen beide politici inmiddels waren beëdigd. Fractievoorzitter Wilders diende een motie van wantrouwen in tegen Albayrak en Aboutaleb, met als argument dat hun dubbele nationaliteit tevens een dubbele landenloyaliteit met zich mee zou brengen. De schijn van belangenverstrengeling moest worden voorkomen, zo meende Wilders, en hij gebruikte onderzoeken die zouden aantonen dat een groot deel van de Nederlandse bevolking zijn standpunt deelde. De motie was een week vantevoren bekendgemaakt en veroorzaakte vooraf al veel tumult. Zij werd door geen enkele andere fractie gesteund, maar leidde binnen en buiten het parlement wel tot veel discussie over het verschijnsel dubbele nationaliteit. Vlaams Belang-leider Filip Dewinter besloot op 12 maart Wilders te volgen in zijn strijd tegen de dubbele nationaliteit en overwoog ook een wetsvoorstel om de dubbele nationaliteit voor politici te verbieden, aldus Vlaamse media .
Een week later diende de PVV opnieuw een motie in tegen een van van oorsprong Marokkaanse politicus. Ditmaal ging het om het Kamerlid Khadija Arib (PvdA). Haar lidmaatschap van een adviescommissie voor de onafhankelijke Raad van de Mensenrechten in Marokko vormde volgens Wilders een beletsel bij loyaliteit aan Nederland. Ook deze motie leverde fel, emotioneel debat op en opnieuw kreeg de PVV-fractie in de stemming geen steun van een andere partij. De VVD-fractie toonde echter wel begrip.
D66-leider Pechtold zei op 21 maart in de Volkskrant dat Wilders duidelijkheid moest scheppen of zijn vrouw, die van Hongaarse komaf is, haar Hongaarse nationaliteit nog heeft. Wilders zei tegenover het programma NOS Headlines dat hij dat niet nodig vond.
Op 31 maart zei SP-leider Jan Marijnissen in een interview met De Telegraaf dat het "een dikke extra plus" zou zijn als de staatssecretarissen Aboutaleb en Albayrak hun buitenlandse paspoort zouden inleveren. Wel mogen ze het van hem zelf weten of ze dat daadwerkelijk doen, maar "een bewindspersoon heeft een voorbeeldfunctie", aldus de SP'er. Geert Wilders sprak van een groeiend draagvlak voor zijn eigen standpunt en riep via Kamervragen Albayrak opnieuw op afstand te doen van haar Turkse nationaliteit.
[bewerk] Naamgeving
De naam Partij voor de Vrijheid herinnert bewust aan de naam van de Partij van de Vrijheid, die na de Tweede Wereldoorlog is opgericht en in 1948 opging in de VVD.
Tot de Tweede Kamerverkiezingen 2006 werd de partij voor de herkenbaarheid aangeduid als Groep Wilders - Partij voor de Vrijheid. Na de verkiezingen ging de partij onder de naam Partij voor de Vrijheid door.
De Partij voor de Vrijheid wordt afgekort als PVV hoewel in de media de afkorting PvdV ook soms opduikt.
[bewerk] Aanhang
Volgens opiniepeilers vertoonde de populariteit van de partij van Wilders na de moord op Theo van Gogh een grote piek. Volgens peilingen van TNS NIPO en Peil.nl zou zijn partij in november 2004 in een keer 24 tot 29 zetels hebben gehaald, als er toen Tweede Kamerverkiezingen waren houden.
Tijdens de Tweede Kamerverkiezingen 2006 haalde de Partij voor de Vrijheid ruim 579.000 stemmen en negen zetels, waarmee ze een van de winnaars van de verkiezingen werd. De concurrenten op het zogenaamde 'gat op rechts', Lijst vijf Fortuyn, EénNL en Partij voor Nederland, behaalden geen enkele zetel. In de media had Wilders diverse malen aangegeven "er zitten tien zetels in", als men de vraag had gesteld hoeveel zetels zijn partij zou halen.
Uit het Nationaal Kiezersonderzoek 2006 bleek dat vooral oud LPF-stemmers voor Wilders kozen. Verder trok de PVV ontevreden VVD- en PvdA-stemmers en notoire niet-stemmers. Wilders-stemmers zijn vaker tegen de komst van moslims, tegen ontwikkelingssamenwerking en tegen Turkije in de Europese Unie.
De Partij voor de Vrijheid zou voor de Kamerverkiezingen steun hebben gezocht bij en/of spontaan hebben gekregen op extreemrechtse en andere radicale internetfora, zoals Polinco, zo meldde NRC Handelsblad op 13 januari 2007 na eigen onderzoek.[1] Het zou vooral gaan om het verzamelen van ondersteuningsverklaringen die nodig waren om in alle kiesdistricten op de lijsten te komen[2]. Dit werd, volgens Geert Wilders, gedaan door de stagiair Matthijs Jansen[3] bij de partij, naar wie geen antecedentenonderzoek was verricht. Wilders gaf aan zich van personen met extreemrechtse denkbeelden te distantiëren.
[bewerk] Verkiezingsuitslag (2006-)
Verkiezingsjaar | # stemmen | % van de stemmers | # gewonnen zetels |
---|---|---|---|
2006 | 579,490 | 5,90% | 9 |
[bewerk] Verdere verkiezingen
Bij de Provinciale Staten-verkiezingen van maart 2007 heeft de Partij voor de Vrijheid niet meegedaan, omdat er nog geen tijd geweest was om lijsten met kandidaten samen te stellen. Wilders riep zijn aanhang op om, net als hijzelf, blanco te stemmen.
De partij heeft aangegeven dat ze waarschijnlijk wel bij de volgende gemeenteraadsverkiezingen (2010) vrijwel overal vertegenwoordigd zal zijn.
[bewerk] Leden in de Tweede Kamer
Na de Tweede Kamerverkiezingen van 2006 heeft de partij 9 vertegenwoordigers in de Tweede Kamer der Staten-Generaal, te weten:
Zie: Alle (voormalige) Tweede Kamerleden van de PVV |
[bewerk] Literatuur
- G. Wilders, 'Partij voor de Vrijheid, 2005: Kies voor Vrijheid'
[bewerk] Zie ook
[bewerk] Externe link
Bronnen en referenties: |
|
{{{afb_links}}} | Tweede Kamerleden voor de PVV (lijst) | {{{afb_rechts}}} | {{{afb_groot}}} |
---|---|---|---|
Fleur Agema - Martin Bosma - Hero Brinkman - Teun van Dijck - Sietse Fritsma - Dion Graus - Barry Madlener - Raymond de Roon - Geert Wilders |
{{{afb_links}}} | Politieke partijen in Nederland | {{{afb_rechts}}} | {{{afb_groot}}} |
---|---|---|---|
Vertegenwoordigd in de Staten-Generaal: Voor partijen die niet in het parlement vertegenwoordigd zijn, provinciale partijen, lokale partijen en opgeheven partijen, |