Pierre-Simon Laplace
Van Wikipedia
Pierre-Simon Laplace (Beamont-en-Auge (Normandië), 23 maart 1749 — Parijs, 5 maart 1827) was een Frans wiskundige.
Inhoud |
[bewerk] Biografie
Laplace stamt uit een familie van lagere adel in Normandië. Hij studeerde theologie in Caen, maar ontdekte daar zijn voorliefde voor de wiskunde, en verliet de universiteit zonder diploma. Hij ging naar Parijs, waar hij onder de hoede kwam van de wiskundige Jean Le Rond d'Alembert, die hem een positie gaf als wiskundeleraar aan de militaire academie.
In 1773 werd Laplace toegelaten in de Académie des Sciences, en in de komende jaren groeide hij uit tot een van de toonaangevende Franse wiskundigen.
Onder Napoleon was Laplace een vooraanstaand lid van de senaat, hij werd zelfs minister van Binnenlandse Zaken, maar werd hier al na zes weken weer door Napoleon ontslagen. Na het herstel van de monarchie werd hij markies. Laplace is wel verweten dat hij een politieke draaitol was. Die houding stelde hem in staat om te blijven werken aan allerhande prestigieuze instellingen (bijvoorbeeld het Bureau des Longitudes) bij wisselingen van de politieke macht. Op filosofisch gebied was hij zeker geen draaitol en zijn tegenover Napoleon gemaakte opmerking dat hij de hypothese "God" niet nodig had in zijn hemelmechanische onderzoekingen, zal zeker niet bij al zijn tijdgenoten in goede aarde gevallen zijn.
Laplace trouwde op 15 mei 1788 met Marie-Charlotte de Courty de Romanges, en had met haar een zoon, Charles-Emile en een dochter, Sophie-Suzanne.
[bewerk] Werk
Laplace hield zich bezig met onder meer waarschijnlijkheidsrekening, differentiaalvergelijkingen en de toepassing van de wiskunde in de astronomie en de natuurkunde.
Onder Laplace's wiskundige ontdekkingen zijn de Laplacetransformaties, de theorie van genererende functies en het bewijs van de limietstelling van de Moivre-Laplace in de waarschijnlijkheidsrekening. Het andere gebied waarop Laplace baanbrekend is geweest was de hemelmechanica. Hij bewees de stabiliteit van het zonnestelsel: de diverse planeetbanen ondervinden geen seculiere instabiliteiten die tot ejectie van planeten uit het Zonnestelsel leiden. Dit bewijs is echter niet streng, omdat men inmiddels weet dat het Zonnestelsel streng genomen chaotisch is (chaostheorie) en men zulke claims niet kan maken. Hij ontdekte en verklaarde verscheidene effecten in de Maanbaan en bewees dat de "Grote Ongelijkheid" tussen Jupiter en Saturnus een periodiek verschijnsel was (periode ong. 900 jaar). Ook was hij auteur van een 'neveltheorie' (verschillend van de theorie van Kant uit 1755), die stelt dat het zonnestelsel ontstaan is uit een platte, roterende gaswolk. In de details is de theorie niet houdbaar, maar het grondidee staat nog steeds overeind. Net als zijn tijdgenoot en collega Lagrange gebruikte hij volledig analytische methoden bij zijn hemelmechanische onderzoekingen. De Laplacevergelijking is naar Laplace genoemd, maar was al voor Laplace bekend.
In zijn "Essai philosophique sur les probabilites" beschrijft Laplace dat als een Geest (Intelligence), op zeker moment alle posities en snelheden zou kennen (Laplace formuleert het wat vager) en bovendien die gegevens aan analyse zou kunnen onderwerpen, hij toekomst en verleden op slag voor ogen zou hebben en er geen onzekerheid voor hem zou bestaan. Vervolgens geeft Laplace aan dat wij mensen oneindig ver van zo'n superieure geest afstaan en dat we daarom de kansrekening nodig hebben. Weliswaar wordt deze passage altijd weer aangehaald om het mechanistisch-deterministische wereldbeeld te beschrijven, maar uit de context van het essay is duidelijk dat de passage bedoeld is om 's mensen beperktheid te tonen en de noodzaak van een intellectueel middel als de kansrekening. Voor Laplace was waarschijnlijkheid "gezond verstand teruggebracht tot getallen", zoals (vrij vertaald) op de laatste bladzij van het genoemde essay te lezen is. In het technische boek over de kansrekening (theorie analytique des probabilites) komt de stelling van Bayes voor het eerst voor. Laplace is de eerste geweest die deze geformuleerd heeft, in de vroege zeventiger jaren van de achttiende eeuw.
[bewerk] Bibliografie
- Exposition du systeme du monde (1796)
- Traité du Mécanique Céleste (1799-1825)
- Théorie Analytique des Probabilités (1812)
- Essai philosophique sur les probabilités (1814)
[bewerk] Zie ook
[bewerk] Externe link
Bronnen en referenties: |
http://www-gap.dcs.st-and.ac.uk/~history/Mathematicians/Laplace.html |