Twente
Van Wikipedia
Twente (begin van de jaartelling de Tubanti, in het oude Latijn vermeld als Tuihanti, in 797 Tuianti, in 799 Tueanti, in 851 Thuehenti en in de 11e eeuw Tuente en tenslotte Twente of Twenthe) is een streek in het oosten van Nederland, die het oostelijke deel van de provincie Overijssel omvat en min of meer begrensd wordt door de rivieren Regge en Dinkel en de grenzen met Duitsland en de Achterhoek (provincie Gelderland). De naam Twente is afkomstig van de Romeinse benaming Tuihanti oftewel Tubanten voor de Germanen die in dit gebied woonachtig waren en in de vroege middeleeuwen door de Germaanse stam der Saksen geassimileerd en hevig beïnvloed werden.
Inhoud |
[bewerk] Ontwikkeling
De geschiedenis van Twente voor de vroege middeleeuwen is slechts sporadisch bekend. Er zijn wel vele bodemvondsten gedaan die op permanente bewoning ver voor het begin van onze jaartelling wijzen. Tijdens de eerste eeuwen na Christus vindt men de invloed van het Romeinse Rijk ook terug in Twente, dat echter samen met de overige Noordwest-Germaanse streken Romeinse pogingen tot onderwerping steeds met succes afsloeg. De toenmalige bewonende stam der Tubanten mag dan fel tegen Romeinse bezetting geweest zijn, zelf dienden zij als voortreffelijke ruiters en krijgsheren in de Friese ruiterijafdelingen van de keizers van Rome. De naam Tuihanti en Tubanti vindt men terug op altaren en tafelen die verspreid over het gebied van het toenmalige Romeinse Rijk gevonden zijn. In Tuihanti hoort men duidelijk de taalkundige wortel van de naam Twente. Vanaf de 5e eeuw na Christus drukt de invloed van de Saksen steeds meer haar stempel op de streek. Waarschijnlijk vindt er enige kolonisatie- en bevolkingspolitiek door de Saksen plaats. De wellicht aan de Saksen verwante Tubanten vermengen zich snel met de nieuwkomers. Twente draagt vanaf dan ook zelf de duidelijke cultuurkenmerken van de Noordoostelijker gelegen stamgebieden der Saksen. Eind 8e, begin 9e eeuw kwam het Twentse gebied onder de macht van het Frankische rijk te staan. De Franken onder leiding van Karel de Grote onderwierpen de weerspannige Saksische streek door eigen militaire vestigingen te stichten. Zo herinnert de naam Oldenzaal aan Olde Sala. Sala is een Frankisch woord voor woonstede, ook kan het op de Frankische Saliërs duiden. Twente was tot laat in de 8e eeuw een weerspannige heidense streek gebleven, maar door de Frankische overheid werd veel werk gemaakt van de kerstening. Massaal werd het Doopsel ontvangen, voornamelijk nadat vooraanstaande Saksische leiders (Widukind) zich hadden laten dopen. In die tijd werden ook de Germaanse heiligdommen omgebouwd tot christelijke kapellen en kerken. De Saksische adel kon zich door het nieuwe Frankische leenrecht gaan gedragen als feodale klasse. De adel onderwierp de meeste boeren die voor de Frankische overname nog geheel vrije gemeenschappen waren geweest. Sommige boeren - vooral zij die op zeer arme gronden woonden - bleven evenwel vrij en zouden dat blijven tot het finale afbrokkelen van de adellijke structuren in de 18e eeuw. Na de onderwerping van de Twentse Saksen door de Franken in de 9e eeuw kwam Twente (als deel van het Oversticht) stevig in de greep van de Utrechtse bisschoppen. Gedurende de Middeleeuwen beheerste een borgman - leenheer van de bisschop - de streek vanuit zijn residenties (Goor en Delden). Acht Twentse plaatsen kregen ooit stadsrechten:
Typisch voor Twente was de structuur van de veel voorkomende marken. Marken waren gemeenschappen van vrije boeren en dorpsbewoners die de gehele gemeentelijke jurisdictie en alle landafbakeningsrechten genoten. Zij stonden qua macht op hetzelfde niveau als de later ontstane feodaliteitsadel. De markenstructuur is een typisch overblijfsel van de Germaanse tijd waarin stammenvergaderingen besluiten namen en de feodale structuur nog niet bestond. De marken bleven tot de 19e eeuw de lokale macht uitmaken. Een ander typisch Twents historisch fenomeen is het bestaan van de zogenaamde Scholtenboeren: vrije boeren die samen de eigen buurtschap verdedigden en landarbeiders in dienst hadden. Tot in de 20e eeuw zouden de rijke Scholtenboeren zich ver verheven voelen boven de overige plattelandsbevolking.
Tijdens de Tachtigjarige Oorlog lag Twente verschillende keren in het oorlogsgebied. Rond 1620 was vrijwel de gehele streek door het Spaanse opperbevel aan de Staatse troepen van Maurits van Oranje overgelaten. Hiermee was de woelige periode niet ten einde. Tientallen jaren nog lag de vijand in de persoon van de prins-bisschoppen van Münster op de loer. Van 1672-1674 bezette Bommen Berend, bisschop van Münster, Twente in het kader van een oorlog tegen de Zeven Provinciën. Bovendien voerde de regering van Overijssel in de 17e eeuw op vaak gewelddadige wijze de Reformatie in. In Twente werden de katholieke parochiekerken en kloosters ondanks de weigering van het merendeel van het gewone volk en een klein deel van de adel over te gaan naar het protestantisme, geconfisqueerd, van binnen leeggehaald en heringericht voor de eredienst van de aanvankelijk zeer kleine protestantse gemeenten. De katholieke bevolking mocht haar godsdienst niet openlijk belijden, noch uitoefenen. Stiekem lazen rondtrekkende priesters de H. Mis in tot kapellen omgebouwde stallen, schuren en huizen op het Twentse platteland. Pas begin 19e eeuw zou de situatie voor de katholieken verbeteren en ook in Twente in een grootschalige nieuwbouw van katholieke kerken en kloosters resulteren.
De drie voornaamste plaatsen, Enschede, Hengelo en Almelo, kwamen alle drie pas in de 19e eeuw tot noemenswaardige economische ontwikkeling. Evenals in bijna alle andere Twentse plaatsen (Goor) kwam hier de textielindustrie tot ontwikkeling op basis van de plaatselijke huisnijverheid, en de komst van het spoor maakte juist deze drie plaatsen tot de economische as van Twente. Nijverdal is als industriestad opgericht door de Engelsman Thomas Ainsworth en vormt een uitzondering op deze regel. In Hengelo domineerde de machinebouw, metaalindustrie en elektrotechniek bekende firma's uit die tijd en ook tegenwoordig zijn STORK, HOLEC (voortgekomen uit Heemaf en Hazemyer) Dikkers en Hollandse Signaalapparatem(het huidige Thales). Een reden waarom in Hengelo in tegenstelling tot de omliggende steden veel minder textielindustie was is gelegen in het feit, dat door Hengelo toen en nu de spoorlijn van west naar oost liep. De ondernemer C.T. Stork onderkende in die tijd, we praten over de negentiende eeuw, reeds het belang van een goede spoorverbinding tussen west Nederland en het Duitse achterland en vestigde zich in het centrum van hengelo vlakbij het spoor. Met de komst van onder anderen STORK naar Hengelo was de metaalstad Hengelo geboren. De Twentse textielindustrie is inmiddels verleden tijd ook de glorietijden van de Hengelose metaalindustrie is ook over zijn hoogtij heen, deze ontwikkelingen liepen ongeveer syngroon.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd Twente al op 10 mei 1940 overdonderd door de Duitse Wehrmacht. Op enkele schermutselingen na bleef het rustig. Reeds in de middag marcheerden Duitse colonnes door de Twentse dorpen naar het westen. NSB'ers beheersten het beeld in de grotere plaatsen. Het Twentse platteland kenmerkte zich door passiviteit. De joodse gemeenschap hield zich in Twente beter staande dan in andere delen van het land, omdat de landelijkheid zich beter leende tot onderduiken. Voedseltekorten kende men gedurende de oorlog niet echt. Al voor, en tijdens de Hongerwinter 1944-1945 werden kinderen uit West-Nederland ondergebracht bij boerengezinnen om aan te sterken en te overleven. Gewelddadige verzetsacties kwamen er gedurende de oorlog niet voor, afgezien van aanslagen op voedselbonkantoren. Het actief verzet bleef beperkt tot het grootschalig onderduiken door joden en mannen die aan de Arbeitseinsatz wilden ontkomen. De katholieke geestelijkheid en protestantse predikanten als Ds. Overduin (Enschede) hielpen bij de hulpacties voor vervolgde Joden en politici.
Als doorvoergebied van Zuid- en West-Nederland en Vlaanderen naar Noord-Duitse industriesteden als Hamburg, Stettin en Hannover was Twente een zeer belangrijk gebied voor het Duitse spoorwegtransport. Aan het einde van de oorlog kreeg Twente het dan ook steeds zwaarder te verduren. Grote delen van Hengelo en Enschede werden weggevaagd door geallieerde bombardementen die bedoeld waren voor de daar gevestigde bewapeningsfabrieken, zoals Hazemeyer en de spoorwegverbindingen. Daarbij werd het centrum van Hengelo op 6 en 7 oktober 1944 zo goed als geheel vernietigd. Het centrum van het stadje Goor werd tijdens een hevig bombardement in maart 1945 weggevaagd, met vele burgerslachtoffers als gevolg.
De naoorlogse wederopbouw geschiedde beetje bij beetje, waarbij Twente het geluk had op de toen nog oplevende textielindustrie te kunnen terugvallen.
Twente heeft sinds enige decennia een vliegveld en, halverwege Hengelo en Enschede, een - aanvankelijk uitsluitend technische - universiteit: de Universiteit Twente. De totstandkoming van de A1 naar Berlijn, Hannover en Osnabrück gaf vanaf de jaren '70 de Twentse regio een grote economische impuls.
[bewerk] Landschap
Twente is buiten de grote steden een streek met grote landschappelijke kwaliteiten: het heeft een kleinschalig coulisselandschap met belangrijke natuurgebieden (zoals het Lutterzand aan de meanderende Dinkel en de Friezenberg bij Markelo), en veel groene landgoederen (Singraven, Weldam, Twickel). Het gebied wordt van noord naar zuid door een heuvelrug doorsneden, waarvan de Tankenberg bij Oldenzaal het hoogste punt is. Oud stedenschoon is vooral te vinden in het kleine Ootmarsum en in mindere mate in Oldenzaal, dat wel een zeer belangrijke Romaanse basiliek (de Sint Plechelmusbasiliek) heeft.
Geologisch is Twente een van de interessantste gebieden van Nederland. Er komen aardlagen uit verschillende perioden op een vrij klein gebied aan de oppervlakte. Bij Losser bevindt zich een open steengroeve. Hengelo en Boekelo hebben zoutwinning.
[bewerk] Folklore
In Twente hebben zich vele volksgebruiken kunnen handhaven, zoals het midwinterhoornblazen en het stoken van paasvuren. In Ootmarsum wordt elk jaar met Pasen door de katholieken het traditionele vlöggelen gepraktiseerd door de poaskearls. In het Twentse volkslied worden al deze eigenschappen van Twente, samen met de textielnijverheid en de landelijke gemeenschap benoemd. In Oldenzaal, dat met de rest van Noord- en Oost-Twente vrijwel geheel rooms-katholiek is, wordt uitbundig carnaval gevierd.
De schrijver J.J. Voskuil beweert, dat het midwinterhoornblazen geen voorchristelijk gebruik is, zoals lang gedacht werd, maar dat deze traditie pas is ontstaan tussen de Eerste en Tweede Wereldoorlog. Daarvoor vond het midwinterhoornblazen slechts incidenteel plaats. Toch is het hoornblazen reeds eeuwen in Twente aanwezig - in verschillende varianten: zo kent Markelo en omgeving het ossenhoornblazen.
De wijd en zijd bekende streeksport klootschieten maakt ook deel uit van de Twentse cultuur en folklore. Oorspronkelijk werd dit spel gespeeld met harde kleine ballen die zover mogelijk over lange zandwegen gegooid werden. Tegenwoordig zijn er ook andere varianten (met rubberen ballen bijvoorbeeld).
[bewerk] Religie
Twente wordt (van oudsher) gekenmerkt door een duidelijke rooms-katholieke meerderheid, voornamelijk in het oosten en noordoosten van Twente. Het uiterste westen en noordwesten van Twente zijn overwegend (streng) protestants. Zoals hierboven vermeld is de katholieke godsdienst duidelijk aanwezig in vele gebruiken van de streek. Christus-, Maria-, heiligen- en Sacramentsprocessies en katholieke wegkapellen nemen, zelfs in de huidige tijd van algemene secularisatie, in Twente nog in aantal toe, waarvan bijvoorbeeld de kapelnieuwbouw rond kernen als De Lutte getuigt. Op het Twentse katholieke platteland blijft de verbondenheid met parochie en Kerk relatief groot. Tegenwoordig scoort Noordoost-Twente (Tubbergen, Dinkelland) mede door haar katholieke karakter landelijk het hoogst qua gemiddeld kindertal per huwelijk. Oostelijk, noordelijk, en zuidelijk Twente zijn aldus overwegend rooms-katholiek. Het "Roomse bolwerk" Oldenzaal, maar ook katholieke plaatsen als Denekamp, Tubbergen, Almelo, Borne, Hengelo, Lonneker, Haaksbergen, en enigszins Delden en directe omgeving maken het merendeel van Twente uit. In Oldenzaal zijn sinds de Middeleeuwen de relieken van de H. Plechelmus aanwezig geweest, die van de stad een regionaal bedevaartsoord maakten. Ook nu nog kan men deze relieken vereren in een crypte van de St. Plechelmusbasiliek in dezelfde stad. Het uiterste westen van Twente is in meerderheid protestants. Dorpen als Diepenheim, Markelo, Holten, Hellendoorn (met de oudste Romaanse kerk van Nederland), Nijverdal en Vriezenveen hebben sinds de reformatie (17e eeuw) een voornamelijk protestantse bevolking. Een alom in den lande bekend streng-gereformeerd bolwerk is Rijssen (De Poort van Twente), waar men een nadrukkelijk aanwezige rijke mix van vaak zeer strikte kerkgenootschappen die de Reformatie aanhangen vindt. Plaatsen als Nijverdal, Goor en Wierden hebben een religieus gemengde bevolking. Al vroeg in de 20e eeuw kenmerkte Enschede zich als een socialistische burcht door een grote mate van onkerkelijkheid. In de grotere Twentse steden bevindt zich sinds de jaren '70 een islamitische minderheid. De Joodse bevolking hield zich na de Tweede Wereldoorlog ondanks grote verliezen staande en de erediensten worden in synagogen in Haaksbergen, Hengelo, maar vooral in Enschede voortgezet.
Sporen van de religie vindt men overal in Twente. In Oldenzaal staat de middeleeuwse St. Plechelmusbasiliek, die opgetrokken werd uit Bentheimer zandsteen. Delden bezit een kleinere, eveneens middeleeuwse kerk (de Oude Blasius), evenals Denekamp, Haaksbergen en Weerselo. In Tubbergen is niet alleen de parochiekerk, maar ook het reusachtige monument voor de bekende Twentse RKSP-politicus Mgr. Dr. Schaepman opmerkelijk. In de omgeving van Denekamp en Zenderen zijn kloosters gevestigd. Vele kloosters en kleinseminaries bevinden zich onder meer in Goor, Delden, Hengelo, Haaksbergen, Enschede, Ootmarsum, Almelo en Oldenzaal, hoewel er door de teruggang van het kloosterleven steeds weer enkele moeten sluiten.
In Enschede bezit de Israëlitische gemeenschap een indrukwekkende synagoge. In Hellendoorn en Almelo zijn joodse begraafplaatsen te vinden.
Onder de bekende oude eikenboom bij Fleringen (de Kroezenboom) ligt een katholieke wegkapel. In De Lutte, Denekamp, de voormalige gemeente Ambt Delden enz. vindt men langs wegen eveneens talrijke katholieke bidkapelletjes. In Overdinkel vindt elk jaar een processie ter ere van de H. Gerardus Majella plaats onder leiding van de Paters Redemptoristen.
[bewerk] Streektaal
Het Twents is een dialect van het Nedersaksisch, een erkende taal die aangetroffen wordt in zowel Nederland (Groningen, Oostelijk Friesland (Stellingwerf), Drenthe, Overijssel, Gelderland) als Duitsland (Westfalen, Nedersaksen, Saksen(-Anhalt), Mecklenburg-Vorpommern, Brandenburg, Bremen, Hamburg, Berlijn). Nedersaksisch is samen met het Limburgs een van de twee erkende streektalen in Nederland. Twents wordt gesproken in alle gemeenten, maar sprake van één dialect is er niet. Woorden kunnen per dorp sterk verschillen. De oostelijke delen van Twente kenmerken zich door een on-Nederlandser dialect dan de westelijke delen. Zeer bijzondere klanken en woorden vindt men in de dialecten van kernen als Vriezenveen, Enter en Rijssen.
Het Van Deinse Instituut zet zich in om meer te weten te komen over heden en verleden van Twente. Het in Enschede gevestigde instituut richt zich op de streekcultuur, volkskunde, streektaal, cultuurgeschiedenis en het landschap van Twente. Daarnaast verzamelt, onderhoudt, bestudeert en presenteert het een uitgebreide collectie materiële getuigenissen uit het verleden van Twente.
[bewerk] Imago van Twente en het Twentse zelfbeeld
Uit de gouden korenaren
schiep God de Twentenaren,
en uit het kaf en de resten
de mensen uit het Westen
Op Twentenaren werd in vroeger tijden door grootstedelijke Nederlanders neergekeken als een nijver, gesloten, eigenaardig, religieus boerenvolkje uit het verre oosten des lands. Belangrijke imagoverbetering kwam tot stand door de verovering van het Nederlandse toneel door vooral Herman Finkers. Finkers voldoet op een hartelijke manier aan het stereotiepe beeld van de Twentenaar: vreemd accent en droge humor. Finkers trad in het verleden meermaals in het Twents op en verleende het dialect zo meer bekendheid en eigenwaarde.
Twente wordt in de rest van Nederland ook gezien als een "gezellige streek" en is daardoor steeds populairder geworden onder dag- en campingtoeristen. Vele campings en hotels zijn rond Ootmarsum te vinden, maar ook het landelijke gebied rond het dorpje Markelo is populair.
Door de toenemende bedrijvigheid en de economische groei van Enschede, Almelo en Hengelo is er ook bij het Nederlandse bedrijfsleven een positiever beeld van Twente ontstaan. Niet in de laatste plaats wordt hiertoe bijgedragen door de Universiteit Twente en haar landelijke uitstraling. De (inter)nationale bekendheid van een voetbalclub als FC Twente (1965) draagt eveneens haar steentje bij aan een sterke naamsbekendheid van de streek.
Hoezeer de culturele emancipatie van de streek - met al haar eigenheden - gelukt is, blijkt wel uit het initiatief van de Twentenaren Herman Finkers en regisseur Johan Nijenhuis. In oktober 2005 verscheen de Twentse dramaserie Van jonge leu en oale groond bij RTV Oost. Door het Twentse bedrijfsleven werd aan de totstandkoming van de kostbare televisieproductie bijgedragen. Inmiddels is er landelijke belangstelling voor de serie.
[bewerk] Plaatsen in Twente
Aadorp -- Agelo -- Albergen -- Almelo -- Azelo -- Beckum -- Bentelo -- Beuningen -- Boekelo -- Borne -- Bornerbroek -- Breklenkamp -- Bruinehaar -- Buurse -- Daarle -- Delden -- De Lutte -- Den Ham -- Denekamp -- Deurningen -- Diepenheim -- Enschede -- Enter -- Fleringen -- Geesteren -- Glanerbrug -- Goor -- Haaksbergen -- Harbrinkhoek -- Hellendoorn -- Hengelo -- Hengevelde -- Hertme -- Langeveen -- Lattrop -- Lonneker -- Losser -- Mariaparochie -- Mander -- Manderveen -- Markelo -- Nijverdal -- Oldenzaal -- Ootmarsum -- Overdinkel -- Reutum -- Rietmolen -- Rijssen -- Rossum -- Saasveld -- Sint Isidorushoeve -- Tilligte -- Tubbergen -- Usselo -- Vasse -- Vriezenveen -- Vroomshoop -- Weerselo -- Westerhaar -- Wierden -- Zenderen
[bewerk] Regionale samenwerking
- Zie Regio Twente voor het kaderwetgebied Regio Twente
- Zie Twentestad voor informatie over stedelijke samenwerking in Twente
[bewerk] Externe links
Meer bronnen die bij dit onderwerp horen kunt u vinden op de pagina Twents volkslied op de Nederlandse Wikisource. |