Süleyman I
Van Wikipedia
1494-1566 | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
![]() |
||||||
Ottomaans sultan | ||||||
|
Kanuni Sultan Süleyman I (6 november 1494 – 6 september 1566), was de 10e Sultan van het Osmaanse Rijk, hij volgde in 1520 Selim I op. Hij kreeg de eretitel Süleyman de Grote (= de Prachtlievende).
De Osmaanse sultan Süleyman de Grote ondernam veel uitdagende militaire acties en breidde de grenzen van het rijk enorm uit. Zijn legers namen de Balkanlanden in en trokken ver op in het Habsburgse Rijk in Europa. Süleyman omringde zich met bekwame bestuurders en staatslieden en was hierdoor een zeer succesvol bestuurder. Tijdens zijn regering ontwikkelde het Osmaanse Rijk zich op vele manieren behalve in oorlogsvoeren. Recht, literatuur, kunst en architectuur bloeiden onder zijn bewind. Hij was in grote mate verantwoordelijk voor de herbouw van Istanbul en de belangrijke steden Mekka en Bagdad.
Süleyman was tolerant tegenover andere godsdiensten. Hij verwelkomde de Joden en Christenen in zijn rijk, en stond ze toe hun eigen geloof te belijden.
Inhoud |
[bewerk] Jeugd en machtsovername
Süleyman de Grote werd geboren op 6 november 1494 in Trabzon, gelegen in het noordoosten van Turkije. Vanaf zijn zevende jaar studeerde hij wetenschap, geschiedenis, literatuur, godsdienst en militaire strategie in de scholen van Istanbul, het voormalige Constantinopel.
Hij was de zoon van Selim de Barse, die sultan was van 1512 tot 1520. Selim veroverde Klein-Azië, Syrië en Egypte. Hij breidde het Ottomaanse rijk sterk uit en maakte het machtiger. Toen Selim overleed in 1520, volgde zijn zoon Süleyman hem op zesentwintigjarige leeftijd op. Een paar belangrijke factoren die bijdroegen aan een succesvolle heerschappij waren;
- Hij was enig kind, dus hij was gespaard van de Islamitische wet die zei dat de aankomende sultan zijn broers moest vermoorden.
- Zijn vader stuurde hem weg om zestien jaar lang bestuurskunde te studeren.
- Zijn vriend en trouwe adviseur Damat Ibrahim Pasha.
Hij was sinds jonge leeftijd goed bevriend met Damat Ibrahim Paşa, een bijzonder slimme slaaf uit het Devşirmesysteem. Zij waren onafscheidelijk en in tijden van oorlog sliepen zelfs bij elkaar in bed. Later zou deze Ibrahim door Süleyman tot grootvizier benoemd worden en altijd een van Süleymans meest vertouwde adviseurs blijven. Uiteindelijk liet Süleyman Ibrahim executeren omdat hij tegen hem in opstand was gekomen. Süleyman schond toen zijn eed waarin hij had gezworen dat hij Ibrahim nooit zou laten executeren.
[bewerk] Veroveringen
Nadat hij zijn vader had opgevolgd begon hij een serie militaire expedities om een revolutie neer te slaan, die geleid werd door de gouverneur van Damascus. Hierna veroverde hij in augustus 1521 Servië.
Süleymans vader had ooit het plan opgevat om het Christelijke bolwerk Rhodos, een eilandje voor de Griekse kust, te veroveren. Dit eiland was in handen van de ridders van de Johannieter Orde. Tijdens het bewind van Selim I kon Rhodos niet veroverd worden, maar in 1522 slaagde Süleyman er alsnog in dit doel te bereiken toen hij een 400.00 man sterk leger op het eilandje afzette. Het beleg duurde zes maanden, waarna Süleyman als overwinnaar uit de strijd kwam. Hij stond vervolgens toe dat de overlevenden aan Griekse zijde konden vluchten naar het koninkrijk van Sicilië.
Op 29 augustus 1526 veroverde Süleyman Hongarije, nadat hij de 20 jarige koning Lodewijk II van Hongarije in de Slag bij Mohács had verslagen. Na politieke conflicten die hier op volgde werd Hongarije in 1541 opgesplitst in drie delen.
Ferdinand van Habsburg, de koning van Oostenrijk, kreeg het gebied wat bekend stond als "Koninklijk Hongarije", dat bestond uit Slowakije, Burgenland en West-Kroatië. John Zápolja, een Hongaarse edelman en troonpretendent, kreeg Transsylvanië en het derde deel ging naar Süleyman zelf. Dit is het gebied dat we kennen als het huidige Hongarije.
De Habsburgers veroverden Hongarije echter binnen korte tijd weer op Süleyman. De Sultan probeerde het terug te nemen, door opnieuw binnen te vallen. Dit bleef zonder succes door omstandigheden als slecht weer tijdens het belegeren van Wenen in 1529 en 1532. In 1533 sloot hij daarom een verdrag met Ferdinand, waarin hij zijn claim op het gebied opgaf en Hongarije werd samengevoegd tot twee gebieden, met aan de ene kant de Habsburgers en aan de andere kant Zápolya. Na Zápolya’s dood werd Hongarije weer één geheel, geregeerd door Ferdinand.
Terwijl Süleyman niet succesvol was aan het Europese front, bleef hij successen behalen aan het oosterse front. Er was een grote rivaliteit tussen Süleyman en de Safawiden, die Perzië en het huidige Irak regeerden. In de eerste campagne in 1534 veroverde Süleyman de belangrijke stad Bagdad. Daarna raakte de stad in verval, overschaduwd door de groeiende stad Istanbul.
In de derde campagne slaagden de legers van Süleyman er niet in het leger van de Shah te overwinnen, waarna hij uiteindelijk met hen een verdrag sloot waarin de Shah de grenzen van het Ottomaanse rijk erkende en zijn invallen stopte.
Süleyman veroverde grote gebieden in Noord-Afrika. Deze gebieden dienden als belangrijk uitvalsbasis tegen keizer Karel V van het Heilige Roomse Rijk. Deze keizer had in 1533 de oorlog verklaard aan het Ottomaanse rijk. Süleyman liet zijn beroemde generaal Khair ad Din, beter bekend als Barbarossa, vechten tegen het leger van de keizer. Barbarossa behaalde veel successen en de Ottomanen domineerden het gehele Middellandse Zee gebied.
De Ridders van Malta vielen de Ottomaanse handelsvloot voortdurend lastig. Deze Ridders behoorden tot de overgebleven Johannieters. In 1565 besloot Süleyman Malta te veroveren. Dit mislukte, nadat Spaanse troepen Malta te hulp schoten. De Ottomanen verloren 30.000 man in de strijd.
Een jaar later overleed Süleyman in Szigetvár op 5 of 6 september. Hij werd opgevolgd door Selim II, bijgenaamd Selim de Idioot.
[bewerk] Süleyman de wetgever
Süleyman stond bekend als een groot rechter en een rechtvaardig heerser. In het Turks werd hij ook wel Süleyman Kanuni genoemd, wat de wetgever betekent. Süleyman koos zijn vertrouwelingen op basis van intelligentie en niet op basis van sociale status of populariteit. De naam Süleyman zelf is een afgeleide van Salomo, deze koning wordt in de Koran gezien als de ultieme rechter. De Islamitische cultuur zag Süleyman als een tweede Salomo.
In de Süleyman moskee in Istanbul, is een inscriptie die hem beschrijft als de verspreider van de Islamitische wet. Deze inscriptie luidt: Nashiru kawanin al-Sultaniyye. Dit betekent; "de verspreider van de wetten van de Sultan". Alle deze wetten samen waren de Kanuni Osmani, de Osmaanse Wetten.
[bewerk] Religieuze tolerantie
Sommige tot moslim bekeerde christenen in het Ottomaanse rijk konden belangrijke functies binnen het rijk bekleden. Pargalı İbrahim Paşa was tot Süleyman hem liet terechtstellen dertien jaar grootvizier.
Süleyman continueerde het beleid van religieuze tolerantie tegenover Joden, dat was begonnen onder Bayezid II (1481–1512), die Joodse vluchtelingen uit Spanje had verwelkomd, die daar gedurende de Spaanse Inquisitie werden vervolgd.
In een brief aan paus Paulus IV (1555–59) in 1556, vroeg Süleyman voor onmiddellijke vrijlating van de Ancona Marronen, die vervolgd werden nadat ze onder de pauselijke autoriteit vielen; Süleyman verklaarde hen tot Ottomaanse burgers. De paus liet hen vrij, wat een demonstratie van de invloed van de Ottomaanse Rijk is onder Süleymans bewind2. Süleyman had ook een Joodse lijfarts, Moshe Hamon1.
In Jeruzalem heerste onder de Ottomaanse sultans een tijdperk van religieuze vrede; Joden, christenen en moslims hadden vrijheid van religie.
[bewerk] Architectuur
Süleyman heeft veel gebouwd en hij maakte van Istanbul het centrum van de Islamitische samenleving. Hij liet paleizen bouwen die het konden opnemen tegen de grootste bouwwerken in de wereld. Süleyman had een briljante architect in dienst genaamd Sinan. De kenmerken van Sinans bouwwerken zijn dat ze met grote koepels zijn uitgerust en rijkelijk gedecoreerd zijn. Er wordt gezegd dat hij het volgende heeft gebouwd; 52 kleine moskeeën, 41 badhuizen, 35 paleizen, 22 mausoleums, 20 hotels, 17 openbare keukens, 8 bruggen, 8 warenhuizen, 7 scholen, 6 aquaducten en 3 ziekenhuizen.
Zijn bekendste bouwwerk is de grote Süleyman moskee in Istanbul. Op de minaretten van deze moskee zaten zelfs meer balkonnetjes dan op de moskee in Mekka, de heilige stad van de moslims. Hiervan werd in de moslimwereld nog wel eens schande van gesproken, omdat dit zou betekenen dat Süleyman belangrijker zou zijn dan Mohammed.
Na zijn dood is Süleyman de Grote bijgezet in deze naar hem genoemde moskee.
[bewerk] Referenties
1 http://turizmforumu.sitemynet.com/eng/articles/turkishjewish.htm 2 http://www.chabad.org/library/article.asp?AID=111925