Geschiedenis van Zeeland
Van Wikipedia
Geschiedenis van Nederland |
Zeeland in de negentiende eeuw |
..Naar chronologie
|
..Naar onderwerp
|
..Naar overzeese gebiedsdelen
|
..Naar provincie
|
..Naar voormalige koloniën
|
De geschiedenis van Zeeland begint enkele tienduizenden jaren geleden. Na de laatste ijstijd kwam Nederland omhoog, waardoor grote stukken grond droog kwamen te liggen. Door het koude klimaat groeide er vrijwel geen vegetatie, en was een Zeeland een zandvlakte. Door rivieren uit het binnenland van Europa, zoals de Schelde en de Maas, zorgen ervoor dat Zeeland werd verdeeld in verschillende eilandjes. Mede door de rivieren en de diverse stormvloeden werden die eilandjes steeds kleiner.
Inhoud |
[bewerk] De eerste mens
Ongeveer 150.000 jaar geleden begon de mens zich te vestigen in Zeeland. Dit heeft men enkele jaren vastgesteld, na de vondst van een stenen bijl in Cadzand. De vondst van de bijl op die plaats is te verklaren, omdat Cadzand is gelegen op een soort zanderige, lange heuvelrug van oost naar west. Op die heuvelrug was men beter beschermd tegen de zee. Ook andere voorwerpen werden gevonden in de heuvelrug, waaronder stenen pijlpunten uit omstreeks 9000 jaar voor Christus. Rond 4500 voor Christus begon de landbouw in Zeeland op te komen. De veeboeren woonden op de hoger gelegen veengronden, en maakten hun aardewerk zelf, of lieten het maken in de Rijnstreek of Lotharingen. Rond de begin van de jaartelling werd Zeeland een belangrijk handelgebied, mede omdat de Romeinen zich rond die tijd in Zeeland gingen vestigen. In de handel speelde het plaatsje Domburg op Walcheren een belangrijke rol. 300 na Christus vond een grote overstroming plaats, waardoor Zeeland grotendeels overstroomde. De meeste inwoners trokken weg uit het gebied, alleen in de duinen vond mogelijk nog bewoning plaats. In 1647 zijn namelijk in de duinen resten gevonden van een tempel. Deze kwam bloot te liggen na een hevige storm. Pas jaren later kwamen er weer mensen naar Zeeland. Zij dreven intensief handel met de Engelsen, vaak vanuit Domburg. Domburg heette in die tijd waarschijnlijk Walacria. Vanaf het jaar 850 hadden de Vikingen Walcheren korte tijd in bezit. Na het vertrek van de Vikingen besloot men op grote schaal verdedigingsburchten te bouwen in Oostburg, Oost-Souburg, Middelburg, Domburg en Burgh. Deze burchten waren onderdeel van een uitgebreide verdedigingslinie die liep vanaf de Franse kust tot Texel.
[bewerk] Middeleeuwen
Vanaf de 11e eeuw werden veel gebieden in Zeeland ingepolderd. Dit werd gedaan in opdracht van de Vlaamse abdijen die Zeeland grotendeels in handen hadden. Het bouwen van dijken koste veel moeite, omdat er geen goed gereedschap was. Langzaam werden de eilanden door inpoldering wat groter. Op de schorren en slikken werden schapen gehouden. Door de wol ontstond er wolhandel. Rond die tijd speelden abdijen en kloosters een belangrijke rol in het leven in Zeeland. De monikken zorgen ervoor dat de landbouw geordend verliep. Hierdoor nam de handel en dus de welvaart toe. De bevolking groeide, In de twaalfde en dertiende eeuw ontstonden er veel dorpen. Echter de dorpen waren alleen belangrijk wanneer er een kerk stond. Middelburg kreeg stadsrechten in 1217, uitgereikt door Johanna van Constantinopel, gravin van Vlaanderen, en Willem I, graaf van Holland. Rond die tijd ontstonden de waterschappen. Omdat er verschillende eilanden waren, was er niet een bepaalde taal die in heel Zeeland werd gesproken.
[bewerk] Zestiende eeuw
In de zestiende eeuw nam de handel opnieuw toe, maar er waren ook veel oorlogen en watervloeden. Op 5 november 1530 verdwenen zeer grote delen van Zeeland, waaronder Noord-Beveland, Borssele en Sint-Philipsland voor lange tijd onder water. Sommige gebieden zijn zelfs helemaal niet meer boven water gekomen, zoals het Verdronken Land van Saeftinghe. Aan het einde van de zestiende eeuw was het gebied in oorlog met Spanje. Middelburg viel in 1574 in handen van Willem van Oranje. Veel kloosterlingen verlieten Zeeland, maar er verhuisden ook veel Vlamingen naar het gebied, mede door de val van Antwerpen in 1585.
[bewerk] De Gouden Eeuw en de Fransen
In de zeventiende eeuw brak de Gouden Eeuw aan in Zeeland. Er was veel handel. Vanuit Zeeland was er veel zeevaart: visserij, koophandel (waardoor Zeeland een koloniaal en slavernijverleden heeft), en ook voor oorlogsdoeleinden. In Middelburg was de Admiraliteit van Zeeland gevestigd. In de 18e eeuw ging het weer achteruit met de welvaart. Dit kwam ook door de overheersing van Napoleon. Door de Franse tijd (1795-1813) werd de handel grotendeels stopgezet. Scheepvaart op de Westerschelde werd gestopt. Alleen landbouw was in die tijd nog volop mogelijk. Begin negentiende eeuw verlieten de Fransen het gebied weer. De steden waren verpauperd. Veel bouwwerken werden in de negentiende eeuw gesloopt.
[bewerk] 19e en begin 20ste eeuw
In 1868 reed de eerste trein door Zeeland, namelijk op de spoorlijn van Bergen op Zoom naar Goes. De lijn werd 5 jaar later uitgebreid naar Vlissingen. Er werden kanalen gegraven, en er werd een grote haven opgezet in Vlissingen. De overheid probeerde met deze ingrepen de handel weer in gang te brengen. Door de oprichting van de scheepsbouwmaatschappij "De Schelde" ontstond er veel werkgelegenheid. In 1928 werd een brug aangelegd van het eiland Tholen naar Noord-Brabant. Ook werden er tramlijnen aangelegd op Walcheren en later in Zeeuws-Vlaanderen en op Schouwen.
[bewerk] Tweede Wereldoorlog
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd Zeeland zwaar getroffen. Duitsland bombardeerde Middelburg op 17 mei 1940, waardoor een groot deel van Middelburg was vernietigd. Vlissingen werd echter nog veel zwaarder getroffen. Vrijwel alle huizen lagen in puin aan het einde van de oorlog. Ook waren alle provinciale veerboten vernietigd. In 1944 bombardeerden de geallieerden de Walcherse zeedijken. Heel Walcheren liep onder water, waardoor de Duitsers het gebied uittrokken. Alleen Schouwen-Duiveland bleef tot 1945 bezet.
[bewerk] Watersnood
Zeeland kende vele watersnoden in zijn geschiedenis. Door de Tweede Wereldoorlog lag bijna de hele provincie in puin. Nadat vrijwel alles weer was opgebouwd, vernielde de Watersnood van 1953 opnieuw vrijwel de hele provincie. Er vielen door een combinatie van hoogwater en storm 1836 doden, en de meeste Zeeuwse eilanden stonden onder water. Na de ramp werden de Deltawerken aangelegd. Aanvankelijk werd besloten de Westerschelde in te dammen. Er ontstond veel kritiek, en uiteindelijk werd hier vanaf gezien. In 1986 was de stormvloedkering in de Oosterschelde gereed. Zeeland ligt namelijk vrijwel helemaal onder het zeeniveau. Een nieuwe watersnood is daarom niet ondenkbaar. Door de deltawerken werd Zeeland veel beter bereikbaar, en nam het toerisme flink toe.
[bewerk] Recente geschiedenis
In 1965 was de Zeelandbrug gereed, een brug die Schouwen-Duiveland met Noord-Beveland verbindt. Het was enige tijd de langste brug van de wereld. Zuid-Beveland en Zeeuws-Vlaanderen worden sinds 2003 verbonden door de 6600 m lange Westerscheldetunnel. De veerdiensten over de Westerschelde werden daardoor opgeheven.
Zeeland is een van de dunstbevolkte provincies van Nederland. De afgelopen jaren is de vergrijzing sterk toegenomen.
[bewerk] Zie ook
- Zeeland - Informatie over de provincie Zeeland.
- Categorie:Geschiedenis van Zeeland - Overzicht van artikelen met informatie over belangrijke gebeurtissen uit de Zeeuwse geschiedenis.