Nederlands in België
Van Wikipedia
Nederlands wereldwijd |
---|
Nederlands |
*Nederlands in Nederland |
*Nederlands in België |
*Nederlands in Suriname |
*Nederlands op de Nederlandse Antillen en Aruba |
**Afrikaans |
----------------------------------------------------------------- |
*Nederlands in Wallonië |
*Nederlands in Frankrijk |
**(Nederlands in Frans-Guyana) |
*Nederlands in Duitsland |
*Nederlands in de Verenigde Staten |
*Nederlands in Indonesië |
*Afrikaans in Namibië |
----------------------------------------------------------------- |
Nederlandse creoolse talen: |
Petjoh, Javindo, Negerhollands, |
Portaal Nederlands |
Het Nederlands is in België de grootste taal, naar schatting 60 % van de bevolking (6 van de 10 miljoen inwoners) heeft het Nederlands als moedertaal. In het Vlaamse Gewest is Nederlands de officiële taal van de overheid met de burger. In Wallonië, het zuidelijke deel van België, is Frans de voertaal. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bestaande uit 19 gemeenten, is een tweetalig gebied waar Frans en Nederlands officiëel op gelijke voet horen te staan. In de Oostkantons, het oosten van de provincie Luik, is Duits de moedertaal van 75.000 Ostbelgier.
In Vlaanderen en Brussel worden kleurige dialecten gesproken. Ook in verschillende Franstalige gemeenten bij de taalgrens worden nog veel van oorsprong Vlaamse dialecten gebruikt. In een aantal Franstalige gemeenten hebben de Nederlandstaligen faciliteiten. Er zijn echter meer Vlaamse gemeenten waar Franstalige inwoners faciliteiten kunnen vragen. Dit blijft vooral in de verstedelijkte Rand rond Brussel, in Vlaams Brabant, een heikel thema.
Er mag gesteld worden dat de positie van de Nederlandse taal in België de laatste 50 jaar sterk is verbeterd ten koste van het Frans, dat ooit sterk overheerste in politiek, economisch en cultureel opzicht. Hoofdoorzaken zijn de sterker geworden economische positie van Vlaanderen en de problematische situatie van de zware industrie in Wallonië vanaf de jaren 60. Daarnaast is ook de positie van het Standaardnederlands als algemene omgangstaal versterkt ten koste van de dialecten, wat de status van het Nederlands heeft vergroot, vooral ook bij niet-Nederlandssprekenden. Dit kan één van de verklaringen zijn voor het steeds maar groeiende succes van het Nederlandstalig Onderwijs in Brussel.
Toch groeit er in België in meerdere opzichten een diepe kloof tussen Nederlandstaligen en Franstaligen. De kennis van het Frans als tweede taal bij Nederlandstaligen vermindert, vooral ten voordele van het Engels. Een dergelijke situatie bestond reeds langer in Franstalig België ten opzichte van het Nederlands. Op scholen in Wallonië wordt Nederlands vaak als keuzevak onderwezen. In het onderwijs in Vlaanderen ontstaat een gelijkaardige evolutie. Het zo goed als geheel gescheiden kiesstelsel en de diverse staatshervormingen creëren een steeds verdergaande mentale scheiding tussen de twee gemeenschappen die ook een weerslag heeft op de wederzijdse perceptie. Ook de media zijn volledig gescheiden en benadrukken vaak meer de verschillen dan de overeenkomsten.
Ten oosten van de Vlaamse faciliteitengemeente Voeren ligt de Platdietse streek in de provincie Luik, waar een overgangsdialect tussen het Nederlands en het Duits gesproken wordt. Deze streektaal sluit nauw aan bij die in Nederlands Zuid-Limburg, het dialect van Eupen en van het aangrenzende Aken. Deze landelijke gemeenten, die hun 'Platdietse' karakter ondanks 2 eeuwen van Franstalig bestuur hebben kunnen bewaren, bleven na de vaststelling van de taalgrens in 1963 officieel eentalig Frans, alhoewel er een wettelijke mogelijkheid voor faciliteiten voor het Nederlands of het Duits bestaat.
Voor het tweetalige Brussels Hoofdstedelijk Gewest zijn er geen recente officiële cijfers bekend over het aantal Nederlandstaligen resp. Franstaligen en anderstaligen. De laatste officiële talentelling in België dateert reeds van 1947. Toen lagen de verhoudingen als volgt:
- NL: 24,24%
- FR: 70,61%
De situatie in het Brusselse is sindsdien zeker grondig veranderd mede door de grote toevloed van anderstalige migranten, een in 2001 gehouden steekproef door de Vrije Universiteit Brussel naar het gebruik van de thuistaal gaf het volgende resultaat:
- NL: 9%
- NL & FR: 11%
- FR: 50%
- FR & Anderstalig: 10%
- Anderstalig: 20%
Volgens een onderzoek uit 2006 door medewerkers van de UCL en ULB zou in Brussel 59% van de inwoners Nederlands kennen en in Wallonië 19%.
Gesproken talen in België zijn:
- Nederlands (ca. 60%)
- Frans (ca. 40%)
- Duits (<1%)
Uit een peiling blijkt dat 56% Nederlands als moedertaal spreekt, 38% Frans en 0,4% het Duits.